Graduiertenkolleg: Heidegger en het nationaalsocialisme

Wat was de verhouding tussen Martin Heidegger, zijn filosofie en het nationaalsocialisme? Sinds de publicatie van diens ‘denkdagboeken’, de Schwarze Hefte uit de jaren 1931-1948, in 2014-15 is het stormachtige debat over dit onderwerp niet meer gaan liggen. Het gaat niet meer alleen om de vraag of Heidegger als persoon, maar zeker ook of delen van zijn werk in verband worden gebracht met het Duitse fascisme, en niet in de laatste plaats ook met het virulente antisemitisme. De vraag doet zich voor of Heideggers werk überhaupt nog gelezen kan worden zonder de werking van de filosoof in Nazi-Duitsland, in het bijzonder als rector van de Universiteit Freiburg in de jaren ’33-’34, erbij te betrekken. Aan de wereldwijde discussie hierover nemen talrijke prominente intellectuelen deel, ook in Amsterdam, waar het Duitsland Instituut in 2015 Peter Trawny, redacteur van de Schwarze Hefte, had uitgenodigd, hetgeen tot verhitte discussies in SPUI25 leidde.

Het DIA heeft het verblijf van gastwetenschapper en Heidegger-specialist Adam Knowles (Philadelphia) als aanleiding gezien om een Graduiertenkolleg te organiseren over de actuele stand van het onderzoek en de posities in de ’Heidegger-Kontroverse’. Inleidend licht Jeffrey Herf (Maryland), gerenommeerd kenner van de politieke ideeëngeschiedenis, de geschiedenis van de controverse en het actuele debat hierover nader toe. Adam Knowles spreekt over zijn onderzoek naar Heideggers tijd als rectoren in Freiburg, Victor Kal (Amsterdam) over de verhouding tussen Heideggers hoofdwerk Sein und Zeit en de ‘Konservative Revolution’ en Tijmen Lansdaal (Amsterdam) spreekt over de rol van het antisemitisme in het werk van Heidegger.