Rainer Werner Fassbinder (1945-1982)
Regisseurs, BRD 1949-1990
Rainer Werner Fassbinder wordt het grootste genie van de Nieuwe Duitse Film genoemd. Hij maakte in veertien jaar tijd 42 speelfilms. “Slapen kan ik als ik dood ben”, was een van zijn gevleugelde uitspraken.
Rainer Werder Fassbinder (rechts) in 'Der Sehnsucht der Veronika Voss', één van de laatste films voor zijn dood.
Fassbinder wordt in 1945 geboren in het Beierse Bad Wörishofen en groeit op in München. Zijn ouders scheiden als hij vijf is. Aanvankelijk woont hij bij zijn moeder, aan wie hij altijd zeer verknocht blijft. Door zijn vader voelt hij zich afgewezen. Op zijn zestiende breekt Fassbinder zijn middelbare school af en verhuist naar zijn vader in Keulen.
Twee jaar later is hij terug in München. Hij volgt toneellessen aan de Fridl-Leonard-Studio, waar hij zijn latere muze Hanna Schygulla ontmoet. In 1966 en 1967 maakt Fassbinder zijn eerste korte films. In dezelfde periode wordt hij tot twee keer toe afgewezen door de pas opgerichte filmacademie in Berlijn.
Fassbinder legt zich toe op toneel bij het Action Theater in Müchen, een ensemble dat zich richt op emotie, intuïtie en improvisatie. Zijn eerste stuk ‘Katzelmacher’ wordt in 1968 opgevoerd. Als de groep in datzelfde jaar uit elkaar valt, richt Fassbinder met gelijkgestemden het Antiteater op. Tussen 1968 en 1971 regisseert en schrijft hij zo’n vijftien theaterwerken. Zijn bekendste stuk is ‘Der Müll, die Stadt und der Tod’ (1975) dat in Duitsland én Nederland ophef veroorzaakt door de vermeende antisemitische inhoud.
In 1969 maakt Fassbinder zijn eerste twee speelfilms. Voor zijn tweede, het gastarbeiderdrama ‘Katzelmacher’, krijgt hij de Bundesfilmpreis. De pers is gefascineerd door dit nieuwe wonderkind en zijn ongelofelijke productiviteit. Van 1970 tot 1972 is Fassbinder getrouwd met actrice Ingrid Caven. Zij is ook lid van het Antiteater en speelt de hoofdrol in zijn film ‘Der Händler der vier Jahreszeiten’ (1971), waarin een teleurgestelde straatventer besluit zich dood te drinken.
‘Die bitteren Tränen der Petra von Kant’ (1972), over de claustrofobische en sadomasochistische relatie tussen twee vrouwen, is eveneens succesvol. De film weerspiegelt Fassbinders pessimistische kijk op de liefde die volgens hem slechts een manier van wederzijdse uitbuiting is. Fassbinder heeft in het algemeen weinig vertrouwen in de westerse samenleving: volgens hem zorgt de industrialisering ervoor dat iedereen van elkaar vervreemdt.
De openlijk biseksuele Fassbinder heeft tijdens zijn huwelijk met Caven ook een relatie met de Marokkaan El Hedi Ben Salem die de hoofdrol speelt in Angst essen Seele auf (1974). Tussen 1974 en 1978 heeft Fassbinder een relatie met acteur Armin Meier die zelfmoord pleegt als Fassbinder de verbintenis verbreekt.
De verfilming van de Fontanes roman ‘Effi Briest’is een publiekstrekker op het Berlijnse filmfestval de Berlinale in 1974. In 1980 verschijnt Fassbinders vijftien uur durende magnum opus ‘Berlin Alexanderplatz’, naar de roman van Alfred Döblin.
In 1979 verschijnt ‘Die Ehe der Maria Braun’, het eerste deel van een trilogie over de sporen van het Derde Rijk in het naoorlogse Duitsland. Deel 2 en 3 zijn ‘Lili Marleen’ (1981), naar het leven van zangeres Lale Andersen, en ‘Die Sehnsucht der Veronika Voss’ (1982), over een verslaafde nazi-actrice.
In 1982 overlijdt Fassbinder aan een fatale combinatie van cocaïne en slaappillen.