Van Heimatfilme tot Fassbinder
Burgerlijkheid en wedergeboorte, BRD 1949-1990
Het duurt vrij lang voor de filmindustrie in de BRD zich herstelt van de ravage van de Tweede Wereldoorlog. Aanvankelijk worden er vooral apolitieke amusementsfilms gemaakt. Dat verandert in de jaren zestig met de opkomst van de Nieuwe Duitse Film.
In 1949 werd de tweedeling van het naoorlogse Duitsland, door de stichting van de BRD en de DDR, politieke werkelijkheid. In de BRD duurde het wat langer dan in de DDR voor het filmbedrijf weer op orde was. Maar met behulp van staatssubsidies bloeide de Duitse film in de jaren vijftig weer aardig op. Het publiek had een voorkeur voor apolitiek vermaak. Het kwam vooral naar de bioscoop voor Heimatfilme en Schlagerfilme.
Begin jaren zestig was voor een groep jonge Duitse filmers de maat vol. Volgens hen bleef de kwaliteit van de Duitse films ernstig achter bij de kwantiteit. Met het befaamde Oberhausener Manifest van 1962 pleitten zij voor een creatievere en kunstzinnigere Duitse film.
De filmers van de Neue Deutsche Film stonden in Europa niet alleen. In Frankrijk rekenden jonge regisseurs zoals Jean-Luc Godard en François Truffaut af met de cinéma du papa. In Engeland klommen Angry Young Men Lindsay Anderson en Tony Richardson in de gordijnen. Het revolutionaire elan onder de jonge filmmakers had effect. De artistieke Duitse film maakte in de jaren zestig en zeventig een ongekende bloei door. De belangrijkste exponent van de Nieuwe Duitse Film werd Rainer Werner Fassbinder.