RUG-onderzoek toont succesfactoren voor Nederlands-Duitse samenwerking - Koester overeenkomsten én verschillen
Hilversum, 13 november 2020 – Hoe maken de Duitse en Nederlandse landmacht van hun militaire integratie een samenwerking met blijvende meerwaarde? Onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) naar de militaire samenwerking genaamd ‘Project Taurus’ laat zien hoe dat kan: met een gefundeerde motivatie en wederzijds vertrouwen. Het project wordt internationaal geroemd voor zijn succesvolle integratie van Nederlandse en Duitse eenheden in de Duitse 1. Panzerdivision. De onderzoeksresultaten zijn vandaag tijdens het online Culturele Interoperabiliteit Symposium gepresenteerd.
Het symposium, georganiseerd door de Koninklijke Landmacht, het Duitsland Instituut Amsterdam (DIA) en de RUG, stelde de vraag centraal wat civiele en militaire organisaties van elkaar kunnen leren over Nederlands-Duitse samenwerking. Het onderzoek van de RUG over culturele interoperabiliteit bij het ‘Project Taurus’ gaf hiervoor belangrijke impulsen. Het ‘Project Taurus’ is de integratie van Nederlandse en Duitse eenheden in één pantserdivisie.
Motivatie blijkt een van de belangrijkste factoren. De deelnemers (in zowel de civiele als militaire wereld) dienen ervan overtuigd te zijn dat de samenwerking kansen biedt voor de persoonlijke ontwikkeling en dat deze voor de groei van de organisatie noodzakelijk is. Het onderzoeksteam van de RUG geeft als advies juist deze motivatie te stimuleren: Het delen van verhalen over de noodzaak, de kansen én de uniekheid van de integratie blijkt zeer effectief te zijn.
Bovendien is vertrouwen in de bekwaamheid, integriteit en goede intenties van de ander van groot belang voor het creëren van een gemeenschappelijke groep. Het onderzoeksteam van de RUG geeft de aanbeveling face-to-face-momenten, zowel werk-gerelateerd als in de ontspannen sfeer, tussen de verschillende groepen te initiëren. Dit vergroot de motivatie, de effectiviteit, het vertrouwen en de (wederzijdse) identificatie.
Een terugkerend thema bij internationale samenwerking, zo bleek deze ochtend, zijn cultuurverschillen. “De overeenkomsten in de identiteit van de militair zorgen voor herkenning en een saamhorigheidsgevoel. De verschillen (zoals de gestructureerde - Duitse - versus de flexibele - Nederlandse - werkwijze) creëren een uitdaging, maar worden bovenal als een verrijking bestempeld met synergie als streven “, legt Frederik Wermser, promovendus aan de RUG, uit.
Achtergrond van het onderzoek
Ook de oorsprong van het onderzoek naar deze unieke integratie is een bijzondere. Toenmalig commandant van 43 Gemechaniseerde Brigade en huidig Commandant Landstrijdkrachten, Martin Wijnen, heeft om het onderzoek gevraagd. De RUG heeft hierop een onderzoeksteam samengesteld, dat tijdens een vierjarig onderzoek op drie momenten grootschalige enquêtes heeft uitgevoerd onder de soldaten uit de 1. Panzerdivision, Panzerlehrbrigade 9 en 43 Gemechaniseerde Brigade, alsook de gehele Panzerbataillon 414 en 45 Pantserinfanteriebataljon. Daarnaast zijn er voor en na de enquêtes interviews afgenomen. Onderzoekers van de RUG konden met een frisse blik naar het project kijken, en met een niet-militaire, academische blik beide landmachten van nuttige inzichten voorzien.
Het Final Report Cultural Interoperability in Project Taurus met daarin een samenvatting en een uitgebreid verslag van het uitgevoerde onderzoek door de RUG is vanaf vandaag beschikbaar op de website van het Duitsland Instituut Amsterdam.
Het Culturele Interoperabiliteit-Symposium kan op het YouTube-kanaal van de Landmacht worden teruggekeken. Er is ook een Duitse versie aanwezig.
--------------------------------------------------------------
Noot voor de redactie:
Voor verdere informatie en interviews kunt u contact opnemen met:
Frederik Wermser PhD, E: f.l.wermser[a]rug.nl, Tel: 050-363 4288