De Lezing: Ostalgie
Cultuurhistoricus Segal over Oost-Duits verlangen naar de DDR
Achtergrond - 7 november 2012
Toen de Muur viel, vielen Oost- en West-Duitsers elkaar juichend in de armen. Binnen een jaar was de eenwording een feit. Maar daarna deed een nieuw verschijnsel zijn intrede: Ostalgie. Vrijdag, op de 23e verjaardag van de val van de Muur, spreekt cultuurhistoricus Joes Segal in Nijmegen over dit verlangen van Oost-Duitse burgers naar bepaalde aspecten van de DDR. “Oost-Duitsers waren niet trots op de DDR, maar wel op hun leven in de DDR.”
Waar gaat uw lezing over?
Segal: “Over de vraag waarom op de DDR, een staat die verantwoordelijk was voor zoveel onrecht, toch zoveel nostalgische gevoelens worden geprojecteerd.”
En waarom was dat?
“Ja, daarvoor moet je eigenlijk twee verschillende vormen van Ostalgie onderscheiden. De eerste heeft te maken met de verschillen in het dagelijks leven van Oost-Duitsers in de DDR en in de BRD, dus voor en na de eenwording in 1990. Oost-Duitsers hadden bijvoorbeeld moeite met de ellebogenmentaliteit van West-Duitsers, ze moesten wennen aan de werkloosheid, er was minder sociale zekerheid - neem de kinderopvang, die in de DDR vanzelfsprekend was. Ook vonden ze dat West-Duitsers materialistischer waren - ze misten het solidariteitsgevoel dat ze van de DDR kenden.
De andere vorm van Ostalgie is meer de humor en de ironie waarmee Oost-Duitsers na de val van de Muur naar de DDR keken. Dat was mede een reactie op het verschil tussen de herinneringen die mensen zelf hadden aan hun DDR-verleden en hoe er officieel over de Oost-Duitse staat werd gesproken.
Monumenten, straatnamen, kunst: het moest na de eenwording allemaal weg. Vooral West-Duitse politici en journalisten spraken over de DDR als onrechtstaat, waar slechts een paar dissidenten waren geweest. De suggestie werd gewekt dat Oost-Duitsers die geen verzet tegen het regime hadden gepleegd onderdeel waren geweest van de totalitaire staat. Dat was een veel te eenzijdige kijk voor Oost-Duitsers. Zij hadden een eigen zingeving voor hun leven in de DDR, ook degenen die niet in verzet waren gegaan. Zij waren niet trots op de DDR, maar wel op hun leven in de DDR.
Deze humor-Ostalgie was een combinatie van speels verlangen naar het dagelijks leven in de DDR en de spot die ook onderdeel van het leven in de DDR was.
Speelt Ostalgie nog steeds?
“Het hoogtepunt ervan was in de jaren negentig. Toen begon ook de discussie over de DDR als onrechtstaat. Die discussie laait nog steeds regelmatig op, bijvoorveeld rond de herdenking van de 20e verjaardag van de val van de Muur in 2009.
Der Spiegel hield in 2009 een enquete waaruit bleek dat 57 procent van de Oost-Duitsers de DDR positief beoordeelde en vond dat de staat meer goede dan slechte kanten had. Een deel van hen vond het leven in de DDR beter dan in de BRD. Maar ik denk dat de Ostalgie wel over zijn hoogtepunt heen is. Door de afstand in de tijd, en doordat de mensen voor wie de Wende een breuk in hun leven vormde, steeds ouder worden. In een aantal Oost-Duitse deelstaten gaat het economisch goed, dat speelt ook een rol.
Je zag een opleving van Ostalgie toen de film 'GoodBye Lenin' uitkwam (in 2003, een feelgoodmovie waarin met humor over het leven in de DDR werd verteld - red.) Toen kwam er weer discussie, voornamelijk gevoerd door West-Duitsers, dat het geen pas gaf om niet-veroordelend over de DDR te spreken. De Junge Union, de jongerenafdeling van de CDU/CSU, voerde bijvoorbeeld de actie: ‘Ostalgie - nein danke’. Oost-Duitsers stoorden zich juist weer aan die oordelen van West-Duitsers, die er zelf niet bij waren geweest.”
Heeft Ostalgie een functie gehad in de integratie tussen Oost- en West-Duitsers?
“Ostalgie was voor Oost-Duitsers een manier om ruimte te creëren voor hun eigen beleving van hun verleden. Het was hun breekijzer in de BRD, waar geen ruimte was om openlijk over het verleden te discussiëren.”
Waarom was die ruimte er niet?
“Voor veel West-Duitsers was het moeilijk te accepteren dat de BRD zoals ze die kenden er door de eenwording niet meer was. Zij voelden Westalgie: de BRD was veel groter geworden, kreeg nieuwe problemen, het oude vijandbeeld van de Koude Oorlog verdween - voor veel West-Duitsers was Oost-Duitsland een bedreiging.
Heel opvallend is bijvoorbeeld dat de Koude Oorlog-retoriek van de jaren vijftig begin jaren negentig in West-Duitsland weer van stal werd gehaald. Dat zag je bij historici, politici, journalisten, maar bijvoorbeeld ook in musea. Oost-Duitse kunst werd weggehangen, met verwijzing naar het Derde Rijk. DDR-kunst werd als totalitair beschouwd.
Nu zie je Oost-Duitse kunst langzaam weer terugkomen in tentoonstellingen en musea en wordt er gedifferentieerder naar gekeken. In 2009 was er bijvoorbeeld in Los Angeles een tentoonstelling: ‘Art of two Germanies’, die ook later dat jaar ook naar Neurenberg en Berlijn kwam. Daar werden Oost- en West-Duitse kunst parallel getoond.”
Is Ostalgie een typisch Oost-Duits verschijnsel?
“Je ziet ook nostalgie naar het verleden van voor de val van het communisme bij andere Oost-Europese landen, maar dat heeft een andere vorm. De nostalgie van andere Oost-Europese landen is traditioneler, heeft niet dat ironische van de Oost-Duitsers. De DDR-geschiedenis is uniek: de staat werd na de val van de Muur integraal overgenomen door de BRD. Het is niet hun eigen land waarmee Oost-Duitsers in het reine moeten komen. Als je in Oost-Duitsland het heden afwijst, wijs je met je vinger naar West-Duitsland, omdat de DDR niet meer bestaat. Dat aspect speelt niet bij andere Oost-Europese landen.”
Blijft Ostalgie nog lang bestaan?
“Ik denk dat het van vorm verandert. Mensen worden ouder, hebben een andere realiteit dan in de jaren negentig, andere problemen, andere referentiekaders. Misschien dat Ostalgie verdwijnt, maar de discussie over hoe je de DDR moet interpreteren blijft.”
Reacties
Geen reacties aanwezig