Onderwijs wordt speerpunt rood-groen
Interview met minister van Onderwijs NRW

Achtergrond - 3 oktober 2002

(3 oktober 2002) De rood-groene regering heeft tijdens de coalitieonderhandelingen deze week verklaard het onderwijs de komende jaren tot een speerpunt van haar beleid te willen maken. Onderwijs was een belangrijk thema tijdens de recente verkiezingen in Duitsland. Aanleiding daarvoor was het internationaal vergelijkend onderzoek naar de kwaliteit van onderwijs in een aantal industrielanden, het 'Programme for International Student Assessment' (PISA), dat in december 2001 verscheen. De resultaten daarvan haalden de voorpagina's van alle Duitse kranten. Uit het onderzoek bleek namelijk dat het Duitse onderwijs internationaal gezien zeer matig presteerde.

Behler: Ik geloof niet dat we in Duitsland terug moeten keren naar de oude loopgraafgevechten. We kunnen het ons gewoonweg niet veroorloven opnieuw een fase van strijd over de diverse schoolsystemen in te gaan. Wel kunnen we proberen onze scholen te verbeteren door ze meer vrijheden te geven, ze meer bevoegdheden toe te staan. Met name bij het stimuleren van leerlingen die moeilijk leren of een achterstand hebben. Mijn doel is een zelfstandige school met verstrekkende personele en pedagogische vrijheden, die echter ook op duidelijke normen afgestemd blijft en daarvoor ook verantwoording aflegt.

In heel Duitsland, maar ook in NRW, is de groep leerlingen die zich op de onderste trede van het leesvaardigheidsniveau bevindt zeer hoog. Hoe komt dat?
Behler: Dat is voor mij een van de meest beangstigende resultaten van het PISA-E-onderzoek. We falen blijkbaar bij het stimuleren van de zwakkere leerlingen. Onze insteek is het dan ook kinderen in een vroeger stadium te stimuleren. Hen al in de eerste twee jaar van de basisschool een omgeving met veel leerprikkels te bieden en hun taalvaardigheden al voordat ze de stap naar de hogere groepen maken te stimuleren. Bovendien hebben we op de basisschool veel meer tussen- en naschoolse opvang nodig. Deze bieden het organisatorische kader om met name de kinderen uit die maatschappelijke groepen te steunen die ver van het onderwijs af staan.

Steeds meer deelstaten voeren momenteel het Centraal Eindexamen in. Wanneer volgt NRW?
Behler: Voor mij is het Centraal Eindexamen geen ideologische kwestie. Als het echt tot een verbetering van de schoolprestaties zou leiden, zou ik er meteen voor zijn. Maar de VWO-resultaten laten ons zien dat deelstaten zonder Centraal Eindexamen het er net zo goed van afbrengen als die mèt. Bovendien vind ik het problematisch dat leerlingen pas aan het einde van hun schoolloopbaan de bevestiging krijgen of ze hun doel bereikt hebben of niet. Daarom zullen wij in NRW voor de hele deelstaat een onderzoek naar het leerniveau invoeren. In eerste instantie alleen voor de eindexamenklassen, zo snel mogelijk echter ook voor de andere bovenbouwklassen evenals in de toekomst voor de basisschool. Deze groots opgezette testmethode moet aantonen waar de zwakke punten bij de leerlingen zitten en daarmee nog speelruimte voor mogelijke correctie bieden. Want in principe geldt voor Duitsland dat we afstand moeten nemen van de selectie en de weg moeten kiezen van de bereidheid zorg en stimulans aan de individuele leerling te geven. Want dat is hetgeen we werkelijk van de winnaars van het PISA-onderzoek kunnen leren: en dan niet van de winnaars op nationaal maar van die op internationaal niveau.

PISA

Coalitieonderhandelingen

Dossier Die Zeit

Federale ministerie van Onderwijs

Stephanie Paeleke is plaatsvervangend woordvoerster van het Ministerie van Onderwijs van de deelstaat NRW en nam in 1997-1998 deel aan het Journalistenstipendium Nederland-Duitsland.

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger