Traditierijk Leica vecht om voortbestaan
Beroemde camerafabrikant worstelt met digitale tijdperk

Achtergrond - 6 juni 2005

(6 juni 2005) Leica, de vermaarde Duitse cameraproducent, vecht voor zijn voortbestaan. Het bedrijf versliep zich tijdens de digitale revolutie in de fotografie.

Voor de beroemde camera waar het allemaal mee begon, de 35-millimeter-camera, moet bijna een eeuw in de tijd worden teruggegaan. Vlak voor de Eerste Wereldoorlog kwam Oskar Barnack, medewerker van microscoopfabrikant Leitz, op het idee om negatieven te verkleinen tot het formaat waarmee draaiende films werden gemaakt. Toepassing van deze 35-millimeter-film betekende dat fotografen voortaan met een handzaam zakapparaat verslag konden leggen, in plaats van met de tot dan toe gebruikelijke joekels van houten dozen met tere glasplaten. Na enige vertraging zag de Leica (een samenstelling uit ‘Leitz’ en ‘camera’) in 1924 het licht.

Het apparaat groeide uit tot een commercieel succes: wereldberoemde fotografen als Robert Capa – de man van de D-Day-opnames – en Henri Cartier-Bresson, die samen het befaamde fotopersbureau Magnum oprichtten, zwoeren bij Leica. Vanwege hun grote opnamecapaciteit rustte de Duitse Luftwaffe zijn Stuka-bommenwerpers tijdens de oorlog uit met Leica’s. Decennia later, nadat de naam Leica was uitgegroeid tot synoniem voor kwaliteit in de fotografie, deed de digitale camera echter zijn intrede. Een modernisering die weleens teveel kan blijken voor het Duitse Traditionsbetrieb.

Mark Schenkel is historicus. Regelmatig schrijft hij artikelen voor het Duitslandweb

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger