'Duitse studenten zijn over het algemeen serieuzer'
Serie Duitse studenten in Nederland (3)

Achtergrond - 8 juli 2011

Robin Rübsteck uit Aken studeert ruim vier jaar aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij begon met een bachelor geschiedenis en is nu bezig met zijn tweejarige masteropleiding Nederland-Duitslandstudies. Als deel van zijn opleiding gaat hij in oktober voor een paar maanden naar Münster, maar na zijn studie wil hij beslist in Nederland blijven. (Deel 3 van de serie Duitse studenten in Nederland)

'Duitse studenten zijn over het algemeen serieuzer'
© Robin Rübsteck

Waarom besloot je in Nederland te gaan studeren?
Robin: “Mij was al snel duidelijk dat het niveau van mijn studie beter was in Nederland dan in Duitsland. In Nederland zijn er verhoudingsgewijs meer docenten per student dan in Duitsland. Dat betekent dat je meer contact hebt met je docent. Je krijgt meer kans om vragen te stellen. Bovendien zijn er in Duitsland overvolle studiezalen. Van neven en vrienden hoorde ik dat je soms wel een half uur voordat het college begint aanwezig moet zijn omdat er anders geen plaats meer is. Bovendien is Nederland eerder overgestapt op het bachelor/master-systeem dan Duitsland. In Nederland weten ze precies, dit kan de student aan. In Duitsland is dat anders. Daar proberen ze studies die voorheen vier jaar duurden in een BA-opleiding van drie jaar te proppen.”

Hoe gaat dat, in het Nederlands studeren?
“Dat je als Duitser een studie in het Nederlands moet beginnen, betekent natuurlijk dat je meer moet doen dan de gemiddelde Nederlandse student. Voordat ik naar Nederland kwam, heb ik aan de Volkshochschule een Nederlandse taalcursus gevolgd. Dat maakte het makkelijker om de taal aan het begin van mijn studie op te pikken. Aan de universiteit heb ik vrijwillig nog 4 weken lang een stoomcursus gevolgd. Nu heb ik binnen mijn studie minder moeite met de Nederlandse taal dan met de Duitse. Duitsers maken meer gebruik van een wetenschappelijke woordenschat dan Nederlanders. Bovendien maken ze lange zinnen. Af en toe moest ik Duitse boeken lezen waar paginalange zinnen in voorkomen.”

Hoe wordt er op je gereageerd in Nederland? Voel je je welkom?
“Er worden natuurlijk grapjes gemaakt over Duitsers. Dat ze geen humor hebben bijvoorbeeld. Ik krijg weleens de vraag “maak eens een Duitse grap”, maar mijn vrienden zijn bijna allemaal Nederlands. Dat is niet heel gebruikelijk. De meeste Duitse studenten trekken toch vaak naar elkaar toe en Nederlanders gaan natuurlijk ook geen extra moeite doen om Duitse vrienden te maken. Dat is jammer, maar ik kan dat goed begrijpen.

Dat Duitse studenten vaak naar elkaar toetrekken ligt niet alleen aan de taalbarrière. Over het algemeen zijn Duitse studenten serieuzer. Toen ik begon aan mijn studie was er in Duitsland nog dienstplicht en duurde de middelbareschooltijd een jaar langer dan in Nederland. Daardoor ben je als Duitse student volwassener. Ik heb Zivildienst (vervangende dienstplicht, red.) gedaan. In dat jaar heb ik geleerd hoe het is om zelf geld te verdienen en had ik de tijd om na te denken over mijn studiekeuze. Het is daarom jammer dat de dienstplicht in Duitsland is afgeschaft.

Veel van mijn vrienden ken ik nog uit de introductieweek. Dat was een aparte belevenis. In Duitsland ontbreekt het studentenverenigingsleven. Er bestaan wel verenigingen, maar die zijn heel erg conservatief. In Nederland heb je die ook, maar er is meer keuze. Zelf heb ik niet zo veel met studentenverenigingen. Het voelt nog steeds een beetje vreemd. Ook zonder verenigingsleven zijn er in Nederland veel meer activiteiten die buiten de studie plaatsvinden dan in Duitsland.”

Wat merk je van de verschillen tussen de Nederlandse en Duitse academische cultuur?
“De mentaliteit is losser, in een positieve zin. Nederlanders nemen hun vak wel serieus, maar de omgangscultuur is relaxter. Er is minder hiërarchie en je spreekt elkaar anders aan. Ik doe nu de master Nederland-Duitsland studies. Die studie is een samenwerkingsproject tussen de universiteit van Münster en de universiteit van Nijmegen. Soms merk je dat de twee universiteiten botsen. Nederlanders zijn bijvoorbeeld directer en zeggen het sneller als ze iets niet bevalt.”

Wat ben je na je studie van plan?
“Ik wil in Nederland blijven, het liefst in Nijmegen. Nijmegen is een hele fijne stad en veel van mijn vrienden wonen daar. De omgangscultuur in Nederland bevalt me gewoon goed. Die vind ik prettiger dan de hiërarchie in Duitsland. Dat merk ik soms als ik weer in Duitsland ben.”

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger