Duitse accijnsverlaging brandstof valt tegen

Als compensatie voor de hoge energieprijzen heeft de Duitse regering gedurende 3 maanden de energiebelasting op brandstof verlaagd. De bedoeling was dat benzine daarmee 30 cent en diesel ruim 14 cent per liter goedkoper zou worden. De verlaging op 1 juni zorgde voor lagere prijzen aan de pomp, maar de afgelopen dagen stegen de prijzen weer. Op dit moment is benzine ongeveer 20 cent goedkoper dan voor 1 juni, meldt de ADAC. De prijzen zijn volgens de automobielvereniging veel te hoog, ook in relatie tot de olieprijs op de wereldmarkt.

Het vermoeden is daarom dat de oliebedrijven of de tussenhandel extra winst maken, van belastinggeld. Politici van Groenen, SPD en CDU roepen om een extra belasting op deze winsten, maar minister van Financiën Lindner wil daarvan niks weten. Dat kan er volgens hem voor zorgen dat de prijzen nog hoger worden en kan het vertrouwen in het Duitse vestigingsklimaat schaden.

De brandstofleveranciers zijn niet verplicht de accijnsverlaging door te geven aan de automobilist, maar de regering heeft de bedrijven opgeroepen dat wel te doen. Toezichthouder Bundeskartellamt onderzoekt al sinds april de hoge prijzen. Lees meer bij Die Zeit en lees bij het ministerie van Financiën hoe de brandstofprijs is samengesteld.

De accijnsverlaging is onderdeel van een pakket aan maatregelen waarmee burgers worden gecompenseerd voor de hoge energieprijzen en inflatie. Ook het tijdelijke goedkope maandabonnement voor het openbaar vervoer maakt daar deel van uit. Verder krijgen huishoudens een eenmalige tegemoetkoming in de energiekosten en zijn er extra bedragen beschikbaar voor mensen met een uitkering en mensen met kinderen.