Merkels coalitiecrisis
Experts over veranderingen in het partijenlandschap
Achtergrond - 16 juni 2010
Angela Merkel maakt op dit moment de grootste crisis door uit haar kanselierschap. De eurocrisis en de staatsschuld verplichten haar regering tot bezuinigen. Maar de problemen hebben ook te maken met de manier waarop het kabinet Merkel-II vorig jaar werd geformeerd. Dat concluderen Nederlandse en Duitse experts tijdens een symposium over coalitievorming.
Merkel bij het afscheid van president Köhler. Zijn plotselinge vertrek en de strijd over zijn opvolging maken haar positie er niet makkelijker op.
Duitsers willen niet opdraaien voor het corrupte beleid van de Griekse overheid, zegt Gerd Langguth, gezaghebbend politicoloog en prominent CDU’er. “Merkel heeft als kanselier van Duitsland echter geen keuze en moet wel ingrijpen.” En dat is niet haar enige probleem, aldus Langguth, die naam maakte met zijn Merkel-biografie.
Langguth discussieert tijdens een symposium in Amsterdam met Uwe Jun, politicoloog aan de Universiteit Trier, Peter Bootsma, die promoveert op kabinetsformaties in Nederland en Ton Nijhuis, wetenschappelijk directeur van het Duitsland Instituut, over coalitievorming in Nederland en Duitsland. Zie daarover meer in het Factsheet.
Gehaast regeerakkoord
Eén van de meest in het oog springende verschillen tussen beide landen is de duur van de coalitieonderhandelingen. Waar die zich in Nederland maanden kunnen voortslepen, zijn de Duitsers er altijd in een paar weken wel uit. Dat pakt niet altijd positief uit volgens Langguth. “Vorig jaar ging het in Duitsland te gehaast.”
CDU/CSU en FDP hebben in 2009 te veel onderwerpen voor zich uit geschoven, vindt ook Jun. Over bezuinigingen, energiebeleid en gezondheidszorg is niets definitiefs vastgelegd in het regeerakkoord. “Dat leidt tot de ruzies in de coalitie waar Merkel nu mee zit”, aldus Jun. Het is in Duitsland sowieso niet gebruikelijk vier jaar regeringsbeleid in een akkoord vast te leggen, leggen de experts uit. Alleen de belangrijkste punten staan er in, getallen vrijwel nooit.
Volgens Langguth heeft dat als voordeel dat er tijdens een regeerperiode nog speelruimte is. Kanselier Schröder (SPD) maakte zijn belangrijkste hervormingsprogramma, Agenda 2010, tijdens zijn kanselierschap in 2003. Daarover stond niets in het akkoord van 2002.
Gebrek aan ervaring
Merkel kan momenteel niet van die speelruimte profiteren, menen Jun en Langguth. Dat heeft te maken met haar coalitiepartner FDP. De liberalen wonnen de verkiezingen in 2009, mede omdat ze zich tijdens de campagne expliciet voor een coalitie met de CDU/CSU uitspraken. “Die winst leidde tot hoogmoed”, aldus Langguth, “waardoor ze dingen beloofden die ze nu niet na kunnen komen, zoals belastingverlaging.”
De liberalen bleken daarnaast een stuk minder compromisbereid dan Merkels vorige coalitiepartner, de SPD. “De liberalen hadden elf jaar niet geregeerd. Dat gebrek aan ervaring breekt Merkel-II nu op”, aldus Langguth.
Merkel had sowieso liever met de SPD geregeerd, weten Jun, Langguth en Nijhuis. “Zij is persoonlijk veel sociaaldemocratischer dan de FDP en haar eigen partij de CDU”, aldus Jun. Dat maakt het moeilijk de draai van haar eerste kabinet met de SPD naar dat met de FDP te maken. Langguth: “Merkel heeft onvoldoende duidelijk gemaakt wat ze met deze coalitie wil.”
Kiesdrempel
De komende jaren wordt coalitievorming alleen nog maar moeilijker, voorpelt Nijhuis. Dan krijgt Duitsland met dezelfde veranderingen in het partijlandschap te maken als Nederland nu: traditionele volkspartijen die steeds meer aanhang verliezen, kiezers die steeds minder honkvast zijn, zetelaantallen die steeds dichter naar elkaar toe kruipen.
Nijhuis verwacht dat het op landelijk niveau voor Duitsland nog niet zo’n vaart zal lopen. “Door specifiek Duitse factoren, zoals de kiesdrempel van 5 procent en daardoor een kleiner aantal partijen in het parlement, gaat die ontwikkeling langzamer dan bij ons.”
Op deelstaatniveau zien de experts deze ontwikkelingen al wel. Als voorbeeld noemen zij Noordrijn-Westfalen. Daar vonden in mei verkiezingen plaats, die de CDU nipt won. Een coalitie met de FDP was getalsmatig echter niet mogelijk, en een grote coalitie van CDU en SPD wilden beide partijen niet. Sindsdien proberen de sociaaldemocraten het op allerlei mogelijke manieren.
Drie partijen coalities
Met de Groenen alleen kan de SPD slechts een minderheidsregering vormen en dat wil ze niet. Met Die Linke erbij gaat ook niet omdat alle betrokken partijen dat onacceptabel vinden. En met de FDP en Groenen samen gaat niet omdat die niet met elkaar willen. Er gaan inmiddels al stemmen op voor nieuwe verkiezingen.
“Op dit moment is er met Saarland slechts één deelstaat waarin drie partijen regeren”, zegt Jun. “In alle andere deelstaten zijn twee partijen nog steeds genoeg om een coalitie te vormen. Maar de vraag is of dat zo blijft.”
Het wordt dus ook in Duitsland steeds belangrijker om verschillende coalities te kunnen vormen die uit meer dan twee partijen bestaan, concludeert Langguth. “Deze ontwikkelingen maken Nederland interessant voor Duitsland.”
Foto 2: Gerd Langguth tijdens het symposium in Amsterdam. Afb.: Duitslandweb.nl
Het symposium ‘Na de verkiezingen: hoe verder?’ vond op 14 juni 2010 in Amsterdam plaats en werd georganiseerd door het Duitsland Instituut Amsterdam.
Sprekers:
Gerd Langguth: hoogleraar politicologie aan de Universiteit Bonn, gevraagd commentator op de Duitse tv, prominent CDU’er en biograaf van zowel Angela Merkel als Horst Köhler
Uwe Jun: politicoloog en hoogleraar in de Regeringsleer aan de Universiteit Trier
Peter Bootsma: promoveert aan het Montesquieu Instituut van de Universiteit Maastricht op kabinetsformaties in Nederland en is onder meer co-auteur van het NIOD rapport over Sebrenica en de biografie van CDA’er Dries Van Agt
Ton Nijhuis is wetenschappelijk directeur van het Duitsland Instituutbij de Universiteit van Amsterdam
Reacties
Geen reacties aanwezig