Zorgen over Duits
Schoolvak Duits
Het dalende percentage leerlingen Duits op Nederlandse scholen en het geringe aantal studenten Duitse taal en cultuur geven aanleiding tot zorg. Tegelijkertijd is er steeds meer besef voor het belang van Duits voor de economische en politieke betrekkingen tussen Nederland en Duitsland.
© Peter van BeekVertegenwoordigers uit bedrijfsleven, onderwijs en politiek praten over het vak Duits op school, tijdens een lunch van de Actiegroep Duits.
Duitsland is met afstand de belangrijkste handelspartner van Nederland. Met ongeveer 189,4 miljard euro (DNHK, 2018) is het Nederlands-Duitse handelsvolume een van de grootste wereldwijd. Nederland exporteerde in 2018 voor 98,2 miljard euro naar Duitsland. Daarmee staat Nederland op de tweede plaats van belangrijkste toelveranciers, direct onder China.
In Duitsland zijn meer dan 5.000 Nederlandse dochterondernemingen actief. Tegelijkertijd zijn in Nederland bijna 2070 Duitse dochtermaatschappijen gevestigd, goed voor 130.000 arbeidsplaatsen (cijfers 2016 CBS, via DNHK). Bovendien onderhoudt bijna elke Nederlandse onderneming die internationaal is georiënteerd, nauwe banden met Duitse klanten en partners.
Uit een ondernemersenquête van de Duits-Nederlandse Handelskamer (DNHK, 2018) blijkt dat Nederlandse ondernemers het beheersen van Duits als belangrijke basis zien voor een goede handelsrelatie. Ook voor de politieke en culturele betrekkingen met Duitsland en het wederzijds begrip speelt het beheersen van Duits een belangrijke rol.
De discrepantie tussen de afname van het aantal mensen dat Duits leert en de vraag vanuit het bedrijfsleven is goed zichtbaar bij de cursussen Duits voor volwassenen. Het Goethe-Institut Niederlande en andere taalinstituten zien het aantal aanmeldingen voor taalles toenemen. Meestal gaat het om werkenden die hun Duits willen verbeteren. Dit wijst erop dat het aanbod van Duits in het voortgezet onderwijs niet overeenkomt met de vraag op de arbeidsmarkt.