Politiek en Staatsinrichting:

Egon Krenz
De laatste leider van de SED

Egon Krenz werd op 19 maart 1937 geboren in Kolberg (Pommeren) als zoon van een kapper. Op zestienjarige leeftijd start hij een leraarsopleiding in Putbus, die hij vier jaar later - in 1957 - afrondt.

Krenz' gehele jeugd verliep volgens wat men een 'DDR-protocol' zou kunnen noemen: in 1953 sloot hij zich aan bij de Freie Deutsche Jugend (FDJ). Dit was de jeugdorganisatie van de SED, die aanvankelijk een enigszins democratisch karakter kende, maar later een uitermate socialistisch karakter kreeg. Van 1959 tot 1964 was Krenz binnen de FDJ achtereenvolgens de tweede en eerste regiosecretaris van de regio Bergen/Rügen. Daarna, vanaf 1960, werd hij eerste secretaris van de regio Rostock en vanaf 1961 was hij zelfs landelijk secretaris van de FDJ. In 1955 was Krenz al lid geworden van de SED. En van 1957 tot 1959 diende hij het Nationale Volksarmee, een ideologisch leger waar de soldaten de SED onvoorwaardelijk moesten gehoorzamen. Van 1964 tot 1967 bezocht Krenz de hogeschool van de KPdSU in Moskou en behaalde hier een graad als maatschappijwetenschapper.
In de periode 1967 tot 1983 was Krenz wederom landelijk secretaris van de FDJ. Als topfunctionaris van de FDJ had hij goede contacten opgebouwd met Erich Honecker, die de jeugdorganisatie mede op had gericht. Tevens was Krenz van 1971 tot 1974 voorzitter van de pioniersorganisatie Ernst Thälmann. Ook trad hij in 1971 toe tot de Volkskammer, het parlement van de DDR, waarin de SED de grootste invloed had. In 1983 werd Krenz volledig lid van het SED-Politbüro en vanaf 1984 was hij de belangrijkste man van de DDR na Erich Honecker.

Kort aan de macht

Op 18 oktober 1989, toen Erich Honecker werd afgezet, werd Krenz diens opvolger. Hij werd voorzitter van de Staatsrat en van de Nationaler Verteidigungsrat. Dit duurde echter niet lang: krap twee maanden later dat jaar, op 3 december - de Muur was inmiddels gevallen - trad Krenz af. In 1990 werd hij zelfs uit de SED/PDS ontzet.
Vanaf 1991 trad hij in verscheidene processen tegen vroegere DDR-representanten op als getuige en moest uiteindelijk zelf ook voor de rechter verschijnen. Dit vanwege zijn verantwoordelijkheid voor het geweld dat bij de Berlijnse Muur tijdens het DDR-regime was gepleegd en de vele slachtoffers die daarbij waren gevallen. Ook stond hij terecht op verdenking van medeplichtigheid aan vervalsing van verkiezingsuitslagen in de DDR-periode. In 2000 werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf. Zijn eigen commentaar op zijn veroordeling luidde: "Ik voel mezelf niet als een misdadiger, maar als iemand die om politieke redenen wordt vervolgd." In 2003 kwam Krenz vrij.


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger