Geld bij goede cijfers
In Duitsland bieden banken studiefinanciering aan

Achtergrond - 5 december 2005

(5 december 2005) Over een jaar zal aan Duitse universiteiten collegegeld worden ingevoerd. Nu moeten studenten meestal pas na vijf jaar of voor een tweede studie betalen. Onderwijs is in Duitsland aangelegenheid van de deelstaten, die daarom al tijden druk doende zijn te bedenken of en zo ja, hoeveel geld ze van hun studenten willen vragen. Wat betreft studiefinanciering, die de extra lasten voor de studenten zou kunnen compenseren, blijft het echter stil. Commerciële instellingen spelen daar nu al slim op in.

Een formulier van twee pagina’s invullen is bij de Deutsche Bank voldoende om vijf jaar lang tot 800 euro per maand aan studiefinanciering te ontvangen. Normaal gesproken is het in Duitsland veel moeilijker dan in Nederland om een lening op te nemen, zeker als je daar als arme student niets tegenover kan stellen. Maar deze bank heeft zich gerealiseerd dat aan de invoering van het collegegeld te verdienen valt.

Het risico dat banken bij studentenkredieten aangaan is groter dan bij normale leningen, maar blijft gering. Studenten hebben tenslotte een relatief grote kans op een – goedbetaalde – baan en een stijgend carrièreverloop. Na beëindiging van de studie mogen studenten van de Deutsche Bank een jaar wachten met de aflossing van hun schuld. Hebben ze binnen die tijd een baan gevonden, dan moeten ze na drie maanden beginnen met terugbetalen. Bovendien krijgen ze twaalf jaar de tijd om hun schuld, inclusief rente, weg te werken.

Liefdadigheid

Banken zijn echter geen liefdadigheidsinstellingen. Voor studenten mogen de kredieten een uitkomst zijn voor de kosten die op hen af dreigen te komen, maar ze zijn wel overgeleverd aan de voorwaarden die de Deutsche Bank stelt. Een rekensom toont daar de consequenties van. Wie vijf jaar lang 400 euro leent houdt uiteindelijk een schuld over van 28.250 euro. De afbetaling kost vervolgens meer dan 300 euro per maand, twaalf jaar achtereen. De rente die gedurende die tijd bij de schuld wordt gerekend verhoogt het in totaal terug te betalen bedrag tot meer dan 40.000 euro. Een student zonder eigen vermogen – wat de belangrijkste reden zal zijn om überhaupt geld te lenen – zal zich bij deze bedragen wel twee keer bedenken. Daarbij dient de lage rente van momenteel 5,9 procent juist als lokkertje.

Ter vergelijking: de rente die de Informatie Beheer Groep hanteert, de instantie die in opdracht van het ministerie van Onderwijs in Nederland de studiefinanciering regelt, schommelt de laatste tien jaar tussen 3 en 4 procent en staat telkens voor vijf jaar vast. Een schuld bij de IBG moet binnen vijftien jaar worden terugbetaald, waar bovendien een comfortabele aanloopfase van minstens twee jaar aan voorafgaat.

De Deutsche Bank is de grootste bank in Duitsland en, op een aantal regionale aanbieders van studentenleningen na, de eerste bank met een eigen regeling voor studiefinanciering. Er volgen echter meer. De kleine KfW Förderbank heeft reeds aangekondigd volgend jaar een speciaal krediet voor studenten te introduceren. De voorwaarden van dit ‘Studienkreditprogramm’ zijn al een stuk gunstiger dan die van de Deutsche Bank, onder meer omdat de schuld over 25 jaar mag worden terugbetaald. Ook de Sparkassen hebben aangegeven op termijn een studiefinancieringprogramma aan te willen bieden.

In gebreke

Waar de kredietverleners gretig in de niche duiken, blijven de deelstaatoverheden ernstig in gebreke. Sinds het hoogste federale gerechtshof begin 2005 het verbod op collegegeld ongeldig verklaarde, denken de meeste deelstaten na over een collegegeld van ongeveer 500 tot 1000 euro per semester. Dat zal vanaf de herfst van 2006 of een half jaar later worden geïnd. Geen enkele deelstaat heeft daar echter reeds een studiefinancieringssysteem aan gekoppeld – met uitzondering van Saarland, dat over een dergelijk systeem zegt na te denken. In Duitsland kunnen studenten met vermogensarme ouders weliswaar wettelijk aanspraak maken op financiële tegemoetkoming – dankzij de zogeheten BAföG – maar daar komen maar gemiddeld één op vijf studenten voor in aanmerking.

Van de landelijke overheid hoeven studenten in deze kwestie niets te verwachten. Hoger onderwijs valt in Duitsland strikt onder de bevoegdheid van de deelstaten. Dat constateerde de vorige minister van Onderwijs, Edelgard Bulmahn (SPD), maar weer toen ze het collegegeld wilde beperken tot een eventuele tweede studie en door het federale gerechthof – op instigatie van de deelstaten – werd teruggefloten. De nieuwe Onderwijsminister Annette Schavan (CDU) heeft al bij voorbaat te kennen gegeven hoger onderwijs te beschouwen als “de kern van de deelstaatpolitiek” en haar handen ervan af te houden. Zij ziet haar taken vooral weggelegd in het beroepsonderwijs.

Gevaar

De weigering van de deelstaten zelf verantwoordelijkheid te nemen over de studiefinanciering is onverantwoord. Wie bij de Deutsche Bank een lening wil opnemen, mag geen schulden bezitten en moet de bank bovendien een studieplan voorleggen. Een potentiële lener “moet laten zien hoe het staat met zijn tentamens of diploma’s”, aldus woordvoerder van de Deutsche Bank Markus Block.

Ook de IBG in Nederland voert controle uit op de studieresultaten van haar leners, maar maakt geen uitzonderingen wie ze studiefinanciering aanbiedt. Banken kunnen in principe zelf beslissen wie ze een lening toestaan en wie niet. Het gevaar van discriminatie ligt dus op de loer. Als banken vrezen dat een studieplan niet haalbaar is of dat de aanvrager zijn studie niet aankan, kunnen ze leningen weigeren. Zo lopen de minder intelligente studenten, of degenen die een ambitieus studieprogramma willen volgen het risico geen lening te krijgen. Hoe zij tien semesters lang 500 euro moeten betalen, is dan hun probleem.

Schuld

De Duitse consumentenbond maakt zich vooralsnog slechts zorgen om de hoogte van de schuld die studenten in staat zijn op zich te laden. Helga Springeneer van de nationale Verbracherzentrale waarschuwt: “Voordat een student een krediet wil opnemen, moet hij of zij voor zichzelf duidelijk hebben wat hij eigenlijk wil financieren”. Zij pleit ervoor niet meer dan 80 tot 160 euro per maand te lenen: “Met de lening zou niet het gehele levensonderhoud moeten worden gefinancierd, maar werkelijk alleen het collegegeld. Het heeft geen zin na de studie met een schuld van tienduizenden euro’s het beroepsleven in te gaan”, aldus Springeneer.

Het beste advies dat Springeneer evenwel geeft aan studenten is nog even te wachten met het afsluiten van een lening. Hoe meer banken regelingen gaan aanbieden voor studiefinanciering, des te meer keuze zullen studenten krijgen om de meest gunstige verbintenis aan te gaan. Banken zullen in de slag om de student met elkaar de concurrentie moeten aangaan, waardoor de voorwaarden in principe voordeliger zouden moeten worden.

Daarmee is het belangrijkste probleem echter niet opgelost. Studenten die ervoor moeten vrezen überhaupt een lening te krijgen kunnen slechts wachten tot de deelstaten of de universiteiten zich zelf in deze kwestie mengen.

Pim Huijnen is redacteur van het Duitslandweb. 

Reacties

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger