Discussie om invulling posten
Nieuws

Volgens dagblad de Süddeutsche Zeitung weigert Peer Steinbrück (SPD), die in de komende regering minister van Financiën wordt, de verantwoordelijkheid voor het Europese financiële beleid aan Stoiber over te dragen. Hij zegt weliswaar bereid te zijn een aantal ambtenaren aan het ministerie van Economische Zaken af te staan, maar geen complete bevoegdheden. “Er bestaan goede redenen voor om die bevoegdheden in één ministerie te handhaven. Dat is in alle landen van de Europese Unie het geval”, zo kreeg Steinbrück bijval van partijgenoot Joachim Poß.

Stoiber zal daarnaast verantwoordelijk worden voor de gebieden Technologie en, ten dele, Wetenschap. Bijna een kwart van de bevoegdheden van het ministerie van Onderwijs zal daarmee naar Economische Zaken verschuiven. Stoiber heeft al aangegeven welke wetenschapsgebieden hij graag zou binnenhalen, tot woede van de SPD, maar ook van de CDU. Demissionair minister van Onderwijs Edelgard Bulmahn (SPD) waarschuwde dat “het willekeurig uit elkaar trekken van wetenschapsgebieden die bij elkaar horen fataal zou zijn voor de toekomst van Duitsland”. Bovendien zou het ministerie van Onderwijs volgens Bulmahn in deze opzet toekomstig “een ministerie zonder betekenis” worden.

Ook de nieuwe minister van Onderwijs, Anette Schavan (CDU), zou zich “enorm hebben opgewonden” over Stoibers gewenste opdeling. CDU-parlementariër Christoph Bergner viel haar bij door te stellen dat “je het niet kan maken zomaar invloedssferen voor jezelf af te bakenen”. De CDU wil opnieuw praten over de inhoudelijke verdeling van de bevoegdheden.

Onder het tweede rood-groene kabinet was het ministerie van Economische Zaken samengevoegd met dat van Werkgelegenheid. Die laatste post gaat nu naar Franz Müntefering (SPD). Om iets van het aanzien van het voormalige 'super-ministerie' te behouden, had Stoiber extra verantwoordelijkheden voor Economische Zaken bedongen. Volgens de Süddeutsche Zeitung staat bij de coalitieonderhandelingen vandaag de nieuwe bevoegdheden van de ministeries van Economische Zaken en van Werkgelegenheid op het programma.

Lothar Bisky’s moeilijkheden om tot vice-voorzitter van de Bondsdag te worden gekozen, lijken vooral voort te komen uit zijn functie als partijvoorzitter van Die Linkspartei. Als vice-voorzitter van de Bondsdag wordt hij geacht een zekere mate van onpartijdigheid aan de dag te leggen. Een meerderheid van de Bondsdag vreest dat hij als partijvoorzitter en oppositieleider hiertoe niet in staat zal zijn.

Bisky noemde deze redenatie vandaag in het Morgenmagazin “een argument, waarover te praten valt”. In verdekte termen gaf hij daarom aan noodzakelijkerwijs het partijvoorzitterschap op te zullen geven: “Ik ben niet van plan vier jaar lang een dubbelfunctie te bekleden”. Daarbij plaatste hij evenwel de kanttekening dat hij niet zou wijken voor pesterijen van de andere partijen, die hem in drie opeenvolgende stemrondes niet genoeg steun gaven om te worden gekozen. “Als het zo doorgaat en er geen normale, faire omgang met Die Linkspartei komt, dan zou me dat zo woedend maken dat ik nog wel tien jaar lang partijvoorzitter kan blijven.”