Afscheid van rood-groen?
Opinie

Achtergrond - 21 maart 2005

(21 maart 2005) Het is zeer de vraag of de regering-Schröder de eindstreep haalt. De deelstaatverkiezingen in Noordrijn-Westfalen in mei dit jaar, zijn van doorslaggevend belang.

Van nog groter belang is het verkiezingsdrama dat zich vorige week afspeelde in de kleine deelstaat Sleeswijk-Holstein. Hoewel rood-groen tijdens de verkiezingen van de landdag in Kiel op 20 februari haar meerderheid ternauwernood had weten te behouden, kwam zittend minister-president Heide Simonis (SPD) vrijdag welgeteld één stem van de afgevaardigden tekort om herkozen te worden. Hoogstwaarschijnlijk is sprake van een dissident binnen de eigen partij. De schade is aanzienlijk: behalve op enorm gezichtsverlies - zelfs de eigen politici lijken zich nu tegen de partij te keren - wordt de SPD in Sleeswijk-Holstein nu getrakteerd op noodgedwongen samenwerking met de CDU in een grote coalitie. Aangezien de sociaal-democraten zijn aangewezen op de christen-democraten, verkeert de CDU in Kiel nu in een machtspositie. Simonis is inmiddels teruggetreden en maakt vermoedelijk plaats voor CDU-lijsttrekker Harry Carstensen.

Verder moeten de gevolgen van ‘Sleeswijk’ voor de centrale regering in Berlijn niet worden onderschat. In de federale bondsrepubliek beïnvloeden uitslagen van regionale verkiezingen vaak de landelijke machtsverhoudingen. Zetelverlies in een deelstaat betekent doorgaans verlies van invloed in de Bondsraad, de deelstatenvertegenwoordiging die wetgeving uit de Bondsdag op onderdelen kan blokkeren. Op dit punt ziet het er somber uit voor Schröder: na het debacle van Kiel beschikt de combinatie rood-groen in nog slechts één van de in totaal zestien deelstaten over de macht. Dat is in Noordrijn-Westfalen, de deelstaat met de meeste inwoners van Duitsland en van oudsher een SPD-bolwerk. Uitgerekend hier ondergaat de levensvatbaarheid van rood-groen binnenkort de ultieme test: op 22 mei vinden er deelstaatverkiezingen plaats. Wint de CDU, dan verwerft zij een tweederde meerderheid in de Bondsraad en kan zij zoveel wetgeving blokkeren dat rood-groen de facto buitenspel komt te staan. Vervroegde verkiezingen komen dan een flinke stap dichterbij. Niet voor niets worden de verkiezingen in Noordrijn-Westfalen beschouwd als vervroegde Bondsdagverkiezingen. De peilingen voorspellen weinig goeds voor de SPD: de sociaal-democraten zouden op ongeveer 30 procent kunnen rekenen, tegenover ruim 40 procent voor de CDU.

Een mogelijke noodgreep voor Schröder is het vormen van een grote coalitie op federaal niveau. De kanselier zou de oppositie met een beroep op het landsbelang kunnen verzoeken een deel van de verantwoordelijkheid op zich te nemen voor alle misère en impopulaire maatregelen. Dat zou zijn eigen regering enigszins uit het kwade daglicht halen. Schröder slaagde eerder in deze opzet met onder andere Hartz IV, de gewraakte werkloosheidswet die tot stand kwam met medewerking van de CDU en die de populariteit van de oppositie tijdelijk parten speelde. Vorige week herhaalde hij deze zet, door met Edmund Stoiber (CSU) en Angela Merkel (CDU) in een topoverleg onder andere de werkloosheid te bespreken. De CDU heeft echter geleerd: afgelopen zondag liet partijleider Angela Merkel in boulevardblad Bild al weten niets in een grote coalitie te zien. De CDU wacht liever af tot de regering van SPD en Die Grünen vanzelf haar laatste adem uitblaast. Op 22 mei zou het zover kunnen zijn.

Mark Schenkel is historicus. Regelmatig schrijft hij artikelen voor het Duitslandweb.

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger