Love Parade Blues
Berlijnse Berichten

Columns - 30 juli 2001 - Auteur: Marja Verburg

Ik had dit jaar helemaal geen zin in de Love Parade. Maandenlang hoorde ik het geruzie erover aan, en vond het steeds kinderachtiger worden. De Love Parade is gewoon uit zijn voegen gebarsten. Commerciële belangen spelen de hoofdrol. Dat was in voorgaande jaren natuurlijk ookal zo, maar toen stoorde mij dat niet. Lekker dansen op straat met z´n honderdduizenden, dat is gewoon leuk.

Dit jaar werd de Love Parade voor het eerst in haar geschiedenis niet meer als demonstratie (voor ´Frieden, Freude, Eierkuchen´) erkend. Tegenstanders hadden de oorspronkelijke datum (14 juli) weggekaapt, door zelf een demonstratie aan te kondigen, en de kranten schreven voortdurend alarmerende berichten over het park Tiergarten, dat elk jaar meer moeite heeft om van de aanslag te herstellen. Nu de Love Parade geen demonstratie meer is, zijn de organisatoren zelf verantwoordelijk voor de enorme hoeveelheid afval die de bezoekers achterlaten. Men schijnt nu dan ook ernstige financiële problemen te hebben, want er waren door al dat geruzie minder sponsoren, maar meer kosten dan anders. Maar daar hoeven we ons verder geen zorgen over te maken, want iedereen in Berlijn die politiek wat voorstelt, is voor de Parade, omdat er geen betere reclame voor de stad bestaat. En natuurlijk geen betere profilatie voor de Berlijnse partijen met het oog op de komende verkiezingen.

Ik had geen zin in dat opgefokte gedoe. Na al die commerciële druktemakerij zeker opeens een weekend lang half naakt van de hele wereld houden en tolerant zijn. Maar ja, ik mocht dan ook geen alcohol drinken. Ik mocht überhaupt niet zoveel meer van de dokter. Ik had mijn rug overbelast en oogstte weer eens bezorgde blikken. Gelukkig weet ik inmiddels dat je maar tien procent van wat een Duitse arts zegt, serieus hoeft te nemen, anders kon ik dit stukje niet eens meer schrijven. Maar het leek me in ieder geval beter me niet in dansende massa´s te begeven.

Ik besloot dus vrijdag vroeg naar bed te gaan, en net te doen alsof er niets aan de hand was. Die illusie werd mij snel ontnomen. In mijn achterhuis vond een voor-Love-Parade-party plaats, waar zelfs ik niet doorheen kon slapen. Niet de bonkende muziek was het ergst, maar het geschreeuw van een paar hysterische meisjes. Ik dacht eerst dat er iemand afgemaakt werd, maar ze hadden gewoon lol.

Na een halfdoorwaakte nacht sliep ik zaterdag eerst een gat in de dag. Toen bedacht ik dat, nu iedereen met dit prachtige weer naar de Love Parade was, mijn ´achtertuin´, Volkspark Friedrichshain, voor de achterblijvers was. Daar moesten vrienden van mij later erg om lachen. Het was zelfs voor mij een erg naïeve gedachte. Tenslotte ken ik de Love Parade alleen in haar huidige massale vorm, dus wist ik eigenlijk ook wel dat er overal in de stad gefeest werd. Volkspark Friedrichshain was geconfisqueerd door een lokale radiozender. Ietwat verdwaasd liep ik er rond. Het zag er allemaal erg surrealistisch uit: op het plein bij de vijver stond een hele menigte mensen onder een stellage met een discobal te dansen op de muziek van de DJ´s die op het dak van het eetcafe stonden. De muziek schalde door het hele park. Iedereen was net iets te vrolijk, naakt en bruinverbrand, de sfeer was me veel te gemaakt en gladjes. Brrr, ik was er heel snel weer weg.

´s Avonds dan toch maar naar een vriend van mij. Die verzamelde zoveel mogelijk vrienden op het dak van zijn huis, om alvast in de stemming te komen voor een nacht dansen in Prenzlauerberg. Toen had ik mijn plan om de Love Parade aan me voorbij te laten gaan natuurlijk definitief opgegeven, maar ik kan toch op zaterdagavond terwijl de hele stad bruist, niet chagerijnig thuis gaan zitten? Op het dak kreeg ik mijn goede humeur ook meteen weer terug. Ik liet me dan ook bijna echt nog verleiden mee te gaan dansen, maar ik voelde mijn schouders al pijn doen toen ik het dak af klauterde, dus toch maar naar huis gefietst. Ook een gevaarlijke onderneming: een auto reed een bierflesje kapot terwijl hij langs me reed, zodat ik nog een glassplinter in mijn been kreeg. Had zo opeens toch nog mijn eigen Love Parade-verwonding.

Zondag fietste ik tegen acht uur ´s avonds naar de Potsdamer Platz, of liever gezegd: ik slalomde om hoopjes glas, blikjes, papier en andere troep heen. Bij Tresor, dé technoclub van Berlijn, moest ik afstappen, zo´n ongelooflijke troep was het daar. Maar daar kon ook nog niet opgeruimd worden, want er stonden nog steeds mensen te dansen. De die-hards. De net-niet die-hards stonden er bleek weggetrokken bij te hangen (staan kon je het niet meer noemen), biertje in de hand. Ik heb er een poosje naar staan kijken, samen met de taxi-chauffeurs, die stonden te wachten tot de laatste omviel.

Maar de laatste Love-Paradeganger heb ik maandag in mijn park gezien. Met boek zette ik mij onder een boom, en keek toe hoe grote wagens en sterke mannen het park schoonmaakten. Het stonk nog een beetje naar bier, maar verder was het er best uit te houden. Eén boom verder lag de enige ander bezoeker van het park. Hij sliep. Zijn fluitje hing nog om zijn nek, zijn glittershirt had hij onder zijn hoofd gerold. Pas tachtig bladzijden later werd hij wakker. Hij keek een beetje versuft om zich heen, rekte zich uit, nam zijn T-shirt en strompelde het park uit.

Volgend jaar doe ik gewoon weer mee.

LINKS

Loveparade, Nederlandse site

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger