Bündnis 90/Die Grünen
Bündnis 90/Die Grünen is een centrumlinkse milieupartij, opgericht in 1980. Ze heeft zich ontwikkeld van een radicale oppositiepartij tot een coalitiepartner voor SPD en CDU. Tussen 1998 en 2005 maakte ze deel uit van de Bondsregering.
Een nieuwe generatie Duitsers mengde zich in de jaren zestig in het West-Duitse politieke debat. Buiten de gevestigde partijen om vormde een deel van hen een linkse oppositie, de außerparlamentarische Opposition. Ze hadden onder meer kritiek op het functioneren van de democratie. Vanaf de jaren zeventig wisten deze Neuen Sozialen Bewegungen nieuwe thema’s op de politieke agenda te zetten, zoals milieu- en vredesbeleid en vrouwen- en burgerrechten.
Eind jaren zeventig deden vertegenwoordigers van de Neuen Sozialen Bewegungen met Alternativen Listen mee aan lokale verkiezingen. In januari 1980 werd de partij Die Grünen opgericht. Bij de deelstaatverkiezingen in Baden-Württemberg haalde ze twee maanden later de kiesdrempel en in 1983 werd ze ook in de Bondsdag gekozen. Het was voor het eerst sinds de jaren vijftig dat een nieuwe partij in het parlement kwam. In 1985 namen Die Grünen voor het eerst deel aan een deelstaatregering in Hessen, met partijprominent Joschka Fischer als minister van Milieu.
Fundis en Realos
Die Grünen zijn van oudsher een gespleten partij. Ze bestaat uit twee kampen, de Fundis en Realos, die de partij meermaals op het randje van de afgrond hebben gebracht. De Fundis hielden vast aan de radicale beginselen, wat neerkwam op permanent verblijf in de oppositie. De Realos waren bereid compromissen aan te gaan in het parlement en wilden ook regeren. Zij hebben de strijd in de loop van de jaren in hun voordeel weten te beslechten, al duikt de controverse nog steeds wel eens op.
Bij de Duitse eenwording in 1990 werkten de West-Duitse Groenen samen met de Oost-Duitse partijen Bündnis 90 en de Grüne Partei der DDR, die rond de val van de Muur in de DDR uit de burgerrechtenbeweging waren ontstaan. In 1993 fuseerden ze tot Bündnis 90/Die Grünen.
Aan de eerste Bondsdagverkiezingen in het herenigde Duitsland in 1990 deden de West-Duitse Grünen en de Oost-Duitse Bündnis 90/Grüne nog apart mee. De voormalige DDR en de BRD golden als gescheiden kiesdistricten. In West-Duitsland haalden Die Grünen die kiesdrempel niet, maar Bündnis 90/Grüne lukte dat in Oost-Duitsland wel, zodat de partij toch in de Bondsdag kwam. Veel kiezers namen de Groenen hun sceptische houding ten opzichte van de Duitse eenwording kwalijk. In 1994 haalde Bündnis 90/Die Grünen weer de kiesdrempel in heel Duitsland.
Rood-groen
In de jaren negentig nam de partij steeds vaker deel aan deelstaatregeringen en in 1998 ging ze samen met de SPD ook op bondsniveau regeren. Joschka Fischer, die in de jaren zeventig nog stenen gooide naar de politie, werd minister van Buitenlandse Zaken. Mede dankzij minister van Milieu Jürgen Trittin wist de partij tijdens de rood-groene jaren te zorgen voor de sluiting van de kerncentrales op termijn - de Atomausstieg, die in 2010 nog een keer werd teruggedraaid door CDU/CSU en FDP maar in 2011 alsnog werd ingevoerd.
Rood-groen zorgde ook voor andere maatschappelijke hervormingen, zoals een geregistreerd partnerschap voor homoparen en een soepeler naturalisatiebeleid. Daar stond tegenover dat Die Grünen instemden met de Duitse bijdrage aan de bombardementen op Joegoslavië in 1999 en de inzet van het Duitse leger in Afghanistan in 2001. Het debat daarover verdeelde de traditioneel pacifistische partij tot op het bot.
Kort na de kernramp in Fukushima in 2011, toen het traditioneel groene onderwerp Atomausstieg weer hoog op de agenda stond, werd Winfried Kretschmann in Baden-Württemberg de eerste groene minister-president van een deelstaat, met de SPD als kleinere coalitiepartner. In andere deelstaten regeerde en regeert Bündnis 90/Die Grünen inmiddels ook met de CDU of met de CDU en de FDP.
Bij de Bondsdagverkiezingen van 2017 haalde ze slechts 8,9 procent van de stemmen en werd daarmee de kleinste partij in het parlement. Ze leek even deel te gaan uitmaken van de nieuwe bondsregering. De coalitie-onderhandelingen tussen CDU/CSU, FDP en Groenen waren al in een vergevorderd stadium toen de FDP er ineens de brui aangaf. De Groenen belanden weer in de oppositiebanken.
Bij de verkiezingen van 2021 haalden de Groenen met lijsttrekkers Annalena Baerbock en Robert Habeck - opnieuw twee Realo's - 14,8 procent van de stemmen. Samen met de FDP en de SPD vormen ze sindsdien de zogenoemde stoplichtcoalitie (naar de partijkleuren rood, geel en groen) onder leiding van SPD-kanselier Olaf Scholz.