Literatuur:

Studentenrevolte
Literatuur tijdens de roerige jaren zestig, BRD 1961 - 1969

In 1968 kwamen overal ter wereld studenten in opstand. Ze hadden niet alleen politieke eisen maar ook nieuwe ideeën over cultuur. In hun ogen was de traditionele literatuur niet meer dan een verlengstuk van het kapitalistische systeem en daarom nutteloos.

Studentenrevolte
© Bundesbildstelle, 26941-7
Studenten protesteren tegen strenge noodwetten. De protesten zijn nog steeds een thema binnen de literatuur.

Hans Magnus Enzensberger richtte in 1965 het progressieve tijdschrift Kursbuch op. Hierin beweerden radicale stemmen dat literatuur zinloos was. Activist Peter Schneider ging zelfs nog een stap verder en verklaarde dat de burgerlijke kunst dood was. Voor die tijd was dit een schokkende uitspraak. De enige vorm van poëzie die in hun ogen genade kon vinden, was die van het protestdichten – dat was tenminste een directe reactie op een actuele gebeurtenis. Daarnaast hechten de rebelse studenten literaire waarde aan happenings, fantasievolle acties en demonstraties die zij organiseerden.

De vermeende dood van de literatuur was meer provocatie dan overtuiging. Zij leidde eerder tot een toename van de literaire productie. Pas in de jaren zeventig vonden de literaire opvattingen van de 68-ers echt hun neerslag in de literatuur.

Met de roman ‘Örtlich betäubt’ (1969) reageerde Günter Grass op de politieke gebeurtenissen van het roerige jaar 1968. De studentenrevolte zelf is tot de dag van vandaag een thema in de literatuur.


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger