Duitse ambassadeur wil naar dodenherdenking
'Relaties Nederland en Duitsland sterk verbeterd'

Volgens ambassadeur Thomas Läufer zijn de relaties tussen Duitsland en Nederland zo sterk verbeterd, dat er geen beletsels meer moeten zijn om hem uit te nodigen voor de jaarlijkse officiële dodenherdenking in de Nederlandse hoofdstad. Läufer is bij meer herdenkingen van de Tweede Wereldoorlog geweest en daar merkte hij vrijwel geen weerstand meer, zegt hij.

Het Nationaal Comité 4 en 5 mei, dat de nationale dodenherdenking in Amsterdam organiseert, is geen voorstander van de aanwezigheid van een officiële Duitse vertegenwoordiging. De plechtigheid is een Nederlandse gebeurtenis, aldus het Comité in 2007, toen er ook sprake was van een mogelijke gemeenschappelijke herdenking. Niet alleen de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog worden dan herdacht, maar ook die van andere oorlogen en vredesmissies, zoals die in Afghanistan. Vertegenwoordigingen van andere landen zijn daar niet op z’n plek, vindt het Comité.

Het merendeel van de Nederlanders – 73 procent - vindt dat Duitsers wel welkom zijn bij de dodenherdenkingen op 4 mei. Dat bleek uit een enquête die rond de herdenking in 2007 werd gehouden. Zelfs de aanwezigheid van Duitse (oud-)militairen stuitte bij 70 procent van de Nederlandse bevolking niet op bezwaren.

In 2006 legde Läufers voorganger Edmund Duckwitz voor het eerst een krans tijdens de herdenking in het voormalig concentratiekamp Kamp Vught. In de grensstreek worden Duitsers al langer betrokken bij de dodenherdenking op 4 mei. De plechtigheid maakt soms onderdeel uit van grensoverschrijdende projecten, die jongeren bewust moeten maken van hetgeen er in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd.

Lees ook op Duitslandweb.nl:

Läufer: ‘Wilders zou in Duitsland worden uitgelachen’
Duitsers welkom bij dodenherdenking
Duitse ambassadeur bij dodenherdenking
In grensstreek herdenken Duitsers mee