Duitse meisjes krijgen al langer kankervaccin
Nederland begint nu met inenten tegen baarmoerhalskanker

Baarmoederhalskanker komt elk jaar bij zeshonderd Nederlandse vrouwen voor. Zo'n tweehonderd tot 250 vrouwen overlijden per jaar aan deze ziekte. De inenting beschermt vrouwen tegen het HPV-virus, dat baarmoederhalskanker kan veroorzaken. Het vaccin gaat twee typen van dit virus tegen, die samen verantwoordelijk zijn voor ongeveer 70 procent van alle ziektegevallen. Minister Klink van Volksgezondheid liet de vaccinatie vorig jaar in het Rijksvaccinatieprogramma opnemen.

Deze week krijgen ruim 380 duizend meisjes een uitnodiging om zich te laten inenten. Vanaf september worden alle Nederlandse meisjes tegen baarmoederhalskanker gevaccineerd.

In Duitsland wordt de inenting voor jonge meisjes sinds maart 2007 officieel aangeraden. Sinds november 2007 is de vaccinatie voor deze doelgroep ook in het ziekenfonds opgenomen. Bij particulier verzekerden hangt het van hun pakket af of ze ervoor moeten betalen. Er is echter geen vaccinatieprogramma dat alle meisjes oproept. In 2008 is er wel veel campagne gevoerd en zijn er in totaal  3 miljoen meisjes ingeënt.

Bevolkingsonderzoek

Omdat de inenting - drie prikken in een half jaar - geen volledige zekerheid biedt, moeten Duitse en Nederlandse vrouwen overigens blijven meedoen aan het bevolkingsonderzoek en om de vijf jaar een uitstrijkje laten maken bij de huisarts.

Critici vinden de inenting niet zinvol omdat die nooit op meisjes van twaalf is getest. Ook is niet duidelijk hoe lang het middel werkt en wat de bijwerkingen zijn, zeggen zij.

Borstkanker

Bij de bestrijding van borstkanker bestaan grotere verschillen tussen beide landen. In Duitsland worden vrouwen al vanaf hun dertigste jaarlijks door hun arts op borstkanker onderzocht. Ook wordt daar het zelfonderzoek - het maandelijks controleren op knobbeltjes in de borst door vrouwen zelf - nog steeds gestimuleerd.

In Nederland besloot de KWF/Kankerbestrijding vorig jaar zomer dat zelfonderzoek niet langer te promoten. De reden was een Deense studie die uitwees dat zelfonderzoek niet leidt tot minder sterfte, maar wel tot meer onnodige medische ingrepen. Het zou veel effectiever zijn vrouwen die een groot risico op borstkanker lopen, bijvoorbeeld door erfelijke factoren, regelmatig door artsen te laten controleren.

De beslissing leverde KWF/Kankerbestrijding veel kritiek op, omdat vrouwen hierdoor in verwarring en onzekerheid worden gebracht. Overigens meldt ook de Duitse kankerinformatiedienst dat het niet zeker is dat zelfonderzoek leidt tot vroegtijdige ontdekking van borstkanker.

Mammografie 

In beide landen worden vrouwen vanaf hun vijftigste via een groot opgezet bevolkingsonderzoek opgeroepen voor een mammografie. Vanaf die leeftijd neemt het risico op borstkanker toe.

Borstkanker is naast baarmoederhalskanker één van de meest voorkomende kankersoorten bij vrouwen. Beide vormen zijn bij vroegtijdige ontdekking goed te behandelen.

               Volkskrant / KWF-Kankerbestrijding / Krebsinformationsdienst.de

Afbeelding:

*MarS, www.flickr.com