Duitslandweb logo Duitslandweb

Beck pleit voor een Europa van de burger

Achtergrond - 27 november 2014

De Otto von der Gablentzprijs is dit jaar niet uitgereikt aan een politicus maar aan een wetenschapper. Het verschil zal de aanwezigen niet ontgaan zijn. In een diepgaand betoog bracht de Duitse socioloog Ulrich Beck sociaalwetenschappelijke theorie en concrete politieke praktijk samen.

Beck pleit voor een Europa van de burger
© DIA/Rebke Klokke
Wim Kok (links), Ulrich Beck (rechts)

Beck kreeg de prijs uit handen van Minister van Staat Wim Kok. De oud-premier en voorzitter van de Otto von der Gablentz-stichting sprak de laudatio uit. “Ulrich Beck bekijkt als socioloog de Europese maatschappij, bestaande uit natiestaten, vooraleerst door een sociologische bril. Hij wil de Europese integratie ook in de sociologie betrekken. Tegelijkertijd houdt hij als geëngageerd burger in talrijke artikelen en interviews in binnen- en buitenland ook een pleidooi voor een Europa van de burger.”

De Otto van der Gablentzprijs wordt elke twee jaar verleend aan een persoon die zich heeft ingezet voor Europa of voor het bevorderen van de betrekkingen tussen Duitsland en Nederland. Otto von der Gablentz (1930-2007) was Duits ambassadeur in Nederland tussen 1983 en 1990 en zette zich daarna als rector van het Europa College in Brugge in voor de Europese gedachte.

De reden om Ulrich Beck met de prijs te eren berust op het feit dat hij “sociologische analyse en Europees engagement op zo een bijzondere wijze met elkaar verbindt.(…) In een tijd waarin zo vaak geklaagd wordt dat de wetenschap tot een zelfreferentiële citeergemeenschap is verworden met nauwelijks oog voor concrete maatschappelijke problemen, moeten we wetenschappers zoals de heer Beck koesteren.“

De verbinding tussen sociologische analyse en Europees engagement, waar Kok zo lovend over sprak komt in Becks toespraak mooi tot uitdrukking. De socioloog voert zijn toehoorders vanuit sociaal-theoretische overwegingen, via een analyse van de tegenstrijdigheden in het hedendaagse Europa, naar een blik op het Europa van de toekomst.

Het proces van kosmopolitisering, voor Beck het theoretische uitgangspunt, komt in de Europese Unie tot uitdrukking in een handelingswijze waar het loslaten van een oorlogsverleden en het vormgeven van een gemeenschappelijke toekomst centraal staan. Beck schetst een beeld van een continent dat bezig is een perspectiefwisseling te doorlopen: van het Europa van het verleden, het Europa van de natiestaat en van gewelddadige conflicten, naar het Europa van de toekomst.

Dat gaat niet zonder slag of stoot. “Europa is geen vervanging van de oude natiestaat maar blijft een voortschrijdend experiment in de zoektocht naar nieuwe vormen van politieke organisatie en innovatie, die de uitdagingen van de moderne wereld het hoofd kunnen bieden”, citeert hij Otto von der Gablentz.

Het experimentele karakter van de Unie heeft echter ook een verregaande ambivalentie tot gevolg. Niemand heeft de huidige institutionele constellatie van Europa specifiek zo bedoeld of geautoriseerd. Daaruit komt ook een vervreemding van het Europese volk van Europa voort. “We hebben Europa dan wel opgebouwd maar zijn vergeten om van de mensen Europeanen te maken”, haalt hij nogmaals Von der Gablentz aan.

Een Europese renaissance

Hoe kunnen de nationale burgers van Europa Europeanen worden? Wat betekent de toekomst van Europa voor toekomstige generaties? “Het Europa van de elite, het Europa dat zijn rechtvaardiging enkel in het verleden vindt en met de blik op de toekomst niks nieuws te bieden heeft” is volgens Beck niet levensvatbaar gebleken. Maar het Europese project opgeven zou een fatale fout zijn. Er bestaat geen ander antwoord voor de uitdagingen waar de moderniteit ons mee confronteert.

Scriptieprijs

Katie Digan (Vrije Universiteit Amsterdam) kreeg de scriptieprijs uit handen van Ton Nijhuis, directeur van het Duitsland Instituut en voorzitter van de jury, voor haar scriptie met titel: Place of memory/memory of place. Space, place and authenticity in the developments of sites of memory: the case of the Haus der Wannsee Konferenz. In haar scriptie ondervraagt Digan aan de hand van de historische casus van het Haus Wannsee de wisselwerking tussen de materialiteit en sociale context in het ontstaansproces van een herinneringsplaats.

De jury was bijzonder te spreken over de klare analytische taal en de bondigheid van het betoog. ‘In enkele grote stappen slaagt Digan erin de balans in de huidige wetenschappelijke literatuur op te maken, en de zwakke plekken daarin te vinden. Haar onderzoek leidt haar tot een heroverweging van categorieën zoals materialiteit, echtheid en authenticiteit. Daarmee heeft ze een bijdrage geleverd aan de kritische omgang met onze cultuur’, aldus Ton Nijhuis. Hij voorzag een grote wetenschappelijke carrière, niet alleen voor Katie Digan, maar ook voor de drie andere genomineerden.

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

Lees meer:

Haperende Frans-Duitse motor probleem voor EU

Haperende Frans-Duitse motor probleem voor EU

Frankrijk moet een beetje Duitser worden en Duitsland een beetje Franser, betoogt econoom Carsten Brzeski.


Lees meer

Verkiezingsuitslag hard gelag voor Duitse regering

Verkiezingsuitslag hard gelag voor Duitse regering

Zo stemde Duitsland bij de verkiezingen voor het Europees Parlement.


Lees meer

Duitsland en de Europese verkiezingen 2024

Duitsland en de Europese verkiezingen 2024

Wat vinden Duitsers van de EU? Welke Duitse partijen doen mee aan de Europese verkiezingen? We zetten het in dit factsheet op een rij.


Lees meer

Podcast: De Duitse rol in Europa

Podcast: De Duitse rol in Europa

Welke rol speelt Duitsland in de EU sinds het aantreden van kanselier Scholz? Daarover vertelt Ton Nijhuis, directeur van het Duitsland Instituut, in deze podcast.


Lees meer


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger