Staat van crises
Samenvatting DDR, 1949-1961
De geschiedenis van de Deutsche Demokratische Republik is onlosmakelijk verbonden met die van de Sovjet-Unie. De Russische leider Stalin kon na de Tweede Wereldoorlog zijn eigen politieke systeem opleggen aan het door hem bezette deel van Duitsland. De dagen van de DDR waren geteld toen eind jaren tachtig duidelijk werd dat de Sovjets de Koude Oorlog hadden verloren.
De wil van Stalin was wet in de door de Sovjets bezette zone. De DDR bleef altijd afhankelijk van de Sovjet-Unie.
Op 7 oktober 1949 werd de Deutsche Demokratische Republik (DDR) opgericht. Nog geen jaar later, op 7 september 1950, liet de leider van de Oost-Duitse communistische partij, Walter Ulbricht, het paleis van de Hohenzollern in het centrum van Berlijn opblazen. Hij brak daarmee letterlijk en figuurlijk met het Duitse verleden. De DDR werd een communistische staat naar het voorbeeld van de Sovjet-Unie. De communistische partij, de SED, met Ulbricht als onbetwistbare leider, controleerde het staatsapparaat, de economie en de rechtspraak. Hoewel er in theorie meerdere partijen bestonden, was er van oppositie nauwelijks sprake.
De door de Sovjets gepropageerde planeconomie stak mager af bij het Wirtschaftswunder van West-Duitsland. De bevolking, die nooit veel enthousiasme voor het systeem kon opbrengen, werd nauwgezet in de gaten gehouden door een enorm grote geheime dienst, het Ministerium für Staatssicherheit (Stasi). Onafhankelijke media bestonden niet. Kranten, televisie maar ook het onderwijs stonden onder strenge controle van de communistische partij.
Op het vlak van de buitenlandse politiek moest de DDR zich houden aan de richtlijnen uit Moskou. De relatie tussen beide staten werd in de grondwet van de DDR verankerd. Oost-Duitsland werd in 1955 zoals verwacht lid van het Warschaupact - het militaire antwoord van Moskou op de NAVO. In 1956 werd het Oost-Duitse leger, de Nationale Volksarmee (NVA), opgericht. In eerste instantie bestond dat uit vrijwilligers. In 1962, na de bouw van de Muur, werd in de DDR de dienstplicht ingevoerd. Wapens en ander legermaterieel kwamen grotendeels uit de Sovjet-Unie.
Al met al kan de geschiedenis van de DDR samengevat worden als `permanent crisismanagement'. Deze crisis was soms zichtbaarder dan anders: zoals bij de juni-opstand in 1953 en de bouw van de Muur in 1961. Maar ook in rustiger tijden had het regime grote problemen met zijn geloofwaardigheid. De aanpak van de crisisbestrijding wisselde van tijd tot tijd maar in essentie veranderde er tussen 1949 en 1989 weinig.