Aguirre - der Zorn Gottes (1972)
West-Duitse films, 1949-1990
De adembenemende avonturenfilm 'Aguirre - der Zorn des Gottes' met enfant terrible Klaus Kinski in de titelrol betekende de internationale doorbraak van regisseur Werner Herzog. Herzog is in de jaren zestig en zeventig een van de bekendste vertegenwoordigers van de Nieuwe Duitse Film.
‘Aguirre – der Zorn Gottes’ gaat over een groep Spaanse veroveraars die in de zestiende eeuw op zoek gaat naar het mythische goudland Eldorado. Dat land moet ergens in de binnenlanden van Zuid-Amerika verborgen liggen. Als een deel van de conquistadores de Amazone op wordt gestuurd voor een heilloze missie besluit onderofficier Don Lope de Aguirre te muiten. Hij neemt de bevelhebber gevangen en roept de adellijke Don Fernando de Guzman alvast uit tot Keizer van Eldorado.
Aguirre is ervan overtuigd dat hij het beloofde land zal vinden en raakt bezeten van Eldorado. Met de overgebleven mannen gaat hij verder op zoek. De reis verloopt rampzalig en het gezelschap dunt door ziekte, honger en conflicten steeds verder uit. Het is een hopeloze missie, maar terugkeren is geen optie meer.
‘Aguirre’ wordt nog interessanter door het verhaal áchter de film. De opnamen vonden onder zware omstandigheden plaats in Peru. Geen enkele scène werd in de studio opgenomen. Het kleine budget ging voor een kwart op aan de gage van Kinski. De lokale indianen die dienst deden als figuranten werden betaald met cocabladeren. De crew werd door Herzog stoïcijns door de jungle gejaagd. Kinski klaagde over de barre omstandigheden. Hij maakte ruzie met Herzog en ontstak regelmatig in woede waardoor de productie nog meer vertraagde. De crew werd bovendien meerdere malen overvallen door kleinere en grotere (natuur)rampen.
Herzog wist al deze gebeurtenissen op een prachtige manier te gebruiken. Hij monteerde de moeilijkheden in de film alsof ze ook de conquistadores dwars hadden gezeten. Hierdoor lijkt ‘Aguirre’ vaak meer op een documentaire dan op een speelfilm.