'Nederland kan leren van Duits innovatiebeleid'
AWT-landenstudie Vasthoudend Innoveren

Staatssecretaris Sander Dekker (OCW), de Duitse ambassadeur Emmes en voorzitter Bernard Wientjes van werkgeversorganisatie VNO-NCW hebben het rapport over het Duitse wetenschapslandschap en innovatiebeleid maandag in ontvangst genomen. De studie is uitgevoerd door het Duitsland Instituut Amsterdam (DIA) in opdracht van de AWT. Het is de eerste in een nieuwe reeks landenstudies van de AWT.

Het Duitse beleid kan op veel punten een inspiratiebron voor Nederland zijn, zei Martin Schuurmans, raadslid van de AWT, tijdens de presentatie in de residentie van de Duitse ambassadeur in Den Haag. Hij roemde vooral de continuiteit in het beleid. "In Nederland is dat wat minder."

Directeur Ton Nijhuis van het DIA constateerde dat de Nederlandse wetenschap Angelsaksisch is georiënteerd. Terwijl Duitsland veel te bieden heeft. Het aanzien van de techniek is er bijvoorbeeld veel beter. "Vrijwel alle ingenieurs en chemici promoveren, vaak door het bedrijfsleven gefinancierd. Talloze 'Stiftungen' stellen kapitaal ter beschikking."

Duitsland bereikte tussen 2000 en 2010 een verdubbeling van afgestudeerden in de technische disciplines, blijkt uit het rapport. Dat is mede te danken aan de actieve rol van het bedrijfsleven en het continu branden van Duitsland als techniekland, aldus Nijhuis. Hierdoor weet het ook specialisten uit andere landen te trekken.

Domweg beter

"Duitsland doet het niet alleen anders maar op onderdelen ook domweg beter", beaamt staatssecretaris Sander Dekker. "Deze studie komt op een heel goed moment omdat we bezig zijn het innovatiebeleid verder uit te werken. We bouwen voort op het topsectorenbeleid van het vorige kabinet. We gaan voor de lange termijn." Dekker wees ook nog op het belang van het beheersen van de Duitse taal.

Download het rapport (pdf)

Duitsland laat in zijn keuzes een uitgesproken koersvast en vasthoudend beleid zien, constateert het DIA. Het land bleef succesvol inzetten op de maakindustrie toen andere landen zich op dienstverlening gingen toeleggen. De overheid schrikt niet terug voor ingrijpende keuzes en ontwikkelt op basis daarvan beleid voor de lange termijn, een voorbeeld hiervan is de Energiewende; Duitsland schaft kernenergie af en zet in op duurzame energie.

Nederland zou meer kunnen profiteren van de voordelen van het Duitse wetenschapslandschap, meent Nijhuis. Door strategische partnerschappen, zoals bijvoorbeeld een Duits-Nederlands wetenschapsjaar, en door uitwisselingen van personeel en studenten tussen universiteiten en andere instellingen. "Het DIA gaat de komende jaren inzetten op het stimuleren van deze mobiliteit", aldus Nijhuis.