Riskant getouwtrek
Machtsstrijd coalitie schadelijk voor Duitsland
Achtergrond - 18 oktober 2006
(18 oktober 2006) De rust in de grote coalitie is nog niet weergekeerd, ook niet na het compromis rond de hervorming van het gezondheidsstelsel. Los van de inhoudelijke geschilpunten hebben CDU, CSU en SPD zich in een riskant politiek machtsspel verstrikt.
Maar de SPD draagt zelf ook verantwoordelijkheid voor de slechte stemming in de coalitie. De afgelopen dagen roept vooral de linkervleugel van de partij dat ze de hervorming zal blokkeren. Tegelijkertijd hebben SPD-woordvoerders als partijvoorzitter Kurt Beck en fractievoorzitter Peter Struck geen gelegenheid ongemoeid gelaten de ongehoorzaamheid van de deelstaatleiders in de media te berispen.
Wat op het eerste gezicht op bijval voor Merkel lijkt, was in feite een poging om haar zwakte als partijleidster nog eens te onderstrepen. Bovendien waren de gevechten binnen de CDU/CSU een welkome mogelijkheid voor de SPD-leiders de aandacht van de eigen conflicten met de linkervleugel van hun partij af te leiden.
Het gevolg was een onverkwikkelijke mediastrijd, die met het oog op Stoibers recente uitlatingen voorlopig nog niet ten einde lijkt. De betrokken partijen lijken daarbij wel op de tovenaarsleerling uit Goethes beroemde ballade: heen en weer geslingerd tussen regeringsverantwoordelijkheid en partijbelangen kunnen zij de zelf opgeroepen geesten niet meer temmen.
Guido Westerwelle, lijsttrekker van de liberale oppositiepartij FDP, sprak in de Frankfurter Allgemeine Zeitung misprijzend van een "interviewoorlog". De voorzitter van Die Grünen, Reinhard Bütikofer, verweet de coalitiepartijen een compleet gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel.
Geen alternatief
Merkel en Beck hebben alle reden om de interne machtsstrijd te beeindigen. Er bestaat immers nauwelijks een werkbaar alternatief voor de grote coalitie. Volgens de laatste peilingen zijn CDU en SPD nu ongeveer even groot. In het geval van een nieuwe regeringscombinatie zou de oppositie de regering weer sterk kunnen blokkeren bij het doorzetten van hervormingen – net als in de tweede periode van de regering-Schröder.
Als de conflicten binnen de coalitie nog lang aanhouden, zou dat bovendien tot onherroepelijke schade voor de twee grootste partijen in de kiezersgunst kunnen leiden en daarmee tot een versplintering van het politieke landschap. In het ergste geval profiteren extreem-rechtse partijen het meest van het onvermogen van de coalitiepartners. Observatoren wijzen in dit verband op de snelle opkomst van de NPD tijdens de eerste grote coalitie in Duitsland tussen 1966 en 1969.
Als de regeringspartijen zich niet snel op het eigenlijke doel van hun samenwerking bezinnen - een efficiënt en daadkrachtig hervormingsbeleid - verspeelt de grote coalitie niet alleen haar bestaansrecht, maar brengt zij de Duitse democratie ook ernstige schade toe.
Reacties
Geen reacties aanwezig