Noordrijn-Westfalen ziet zwart
Een analyse van de deelstaatverkiezingen van 22 mei
Achtergrond - 23 mei 2005
(23 mei 2005) De verkiezingen van afgelopen zondag 22 mei brachten een aardverschuiving teweeg in het politieke landschap van Noordrijn-Westfalen (NRW), de grootste deelstaat van Duitsland. Na een onafgebroken regeerperiode van 39 jaar, leed de sociaal-democratische SPD een historische nederlaag ten gunste van de christen-democratische CDU. De schok kwam bij de SPD zo hard aan, dat haar bondskanselier Gerhard Schröder inmiddels heeft aangekondigd vervroegde landelijke verkiezingen te willen. Wat is er precies gebeurd in NRW?
De overwinning van de CDU in Noordrijn-Westfalen is met 44,8 procent van de stemmen, tegen 37,1 procent voor de SPD, een sensatie – dat kan ook de schaakzet van Schröder niet verbloemen. De deelstaat met de grote industriële centra van het Ruhrgebied en metropolen als Keulen en hoofdstad Düsseldorf gold lange tijd als vaste post op de balans van de SPD. Na 39 jaar onafgebroken sociaal-democratisch geleide regeringen komt nu de CDU aan de macht. Blijkbaar heeft Jürgen Rüttgers, CDU-aanvoerder en de beoogde nieuwe minister-president, de juiste snaar weten te raken bij een deel van de vaste achterban van de SPD. De CDU haalde een belangrijk deel van haar 7,8 procent winst juist bij de aartsrivaal SPD. Deze zag haar aandeel dalen met 5,7 procent.
Vakbondsleden
Anders dan verwacht profiteerde de SPD niet van de grotere populariteit van haar aanvoerder, de zittende minister-president Peer Steinbrück. Ook kon ze niet profiteren van de goede opkomstcijfers, die met 63 procent duidelijk gestegen waren ten opzichte van de vorige verkiezingen in 2000. Juist onder arbeiders verloor de SPD zo’n 9 procent aan stemmen, ook van vakbondsleden op wie de partij tot nu toe vast kon rekenen.
De CDU zag in deze categorie kiezers haar stemmenaandeel met 8 procent stijgen. Van tien arbeiders kozen bijna vier voor de CDU, tegenover zo’n vijf SPD-kiezers. Alleen in Keulen, het Ruhrgebied en het uiterste noordoosten van de deelstaat slaagde de SPD erin enkele handenvol direct gekozen kandidaten te verwerven. De overige kiesdistricten vielen allemaal toe aan de CDU.
Berlijn
Een belangrijke reden voor het verlies van Steinbrück is de stemming tegen de rood-groene regering in Berlijn. Volgens de peilingen bevindt zich de populariteit van de landelijke SPD al zeer lang op een historisch dieptepunt van circa 30 procent. De CDU haalt daarentegen al sinds het moeizame begin van de tweede regering-Schröder waarden tussen 45 en 50 procent.
Niet alles is echter op het conto van de Berlijnse politiek te schrijven. In Noordrijn-Westfalen was het sentiment ‘39 jaar SPD-regering is genoeg’ wijd verbreid. Zelfs vele SPD-kiezers meenden dat de tijd rijp is voor een machtswisseling in Düsseldorf. De CDU speelde daar handig, zij het wat eentonig, op in met een campagne die verder vooral op antibureaucratische ressentimenten en gevoelens van onveiligheid was gebaseerd.
Kleinere partijen
De gevestigde kleinere partijen leden beide verlies. De FDP bereikte slechts 6,2 procent van de stemmen, een flinke teruggang met 3,6 procent. De kleine regeringspartij Bündnis90/Die Grünen zakte onverwacht met 0,9 procent terug naar 6,2 procent. Ze bleef met een voorsprong van nog geen duizend stemmen de FDP voor als ‘derde politieke kracht’, maar zal de directe invloed op het beleid van de deelstaat nu aan de liberalen moeten overlaten.
Het deelstaatparlement zal vermoedelijk deze samenstelling hebben: CDU 89 zetels, SPD 74, FDP twaalf en Bündnis90/Grünen eveneens twaalf zetels. Daarmee kan de nieuw te verwachten zwart-gele regeringscoalitie van CDU en FDP rekenen op 101 afgevaardigden. Dat is een comfortabele meerderheid van vijftien zetels.
Protestpartij
Een nieuwe linkse protestgroepering haalde ruim 2 procent van de stemmen, van vooral oud-SPD-kiezers. Daarmee bleef ze ver onder de benodigde 5 procent voor zetels in het deelstaatparlement. Het is duidelijk dat ze geen beslissende invloed op de uitslag heeft gehad. Niet onbelangrijk is evenwel het feit dat ze genoeg stemmen heeft gehaald om aanspraak te kunnen maken op enige subsidies. Deelname aan de aanstaande Bondsdagverkiezingen komt daardoor dichterbij. Van deze kopzorg is de SPD in Berlijn dus nog niet bevrijd.
Reacties
Geen reacties aanwezig