"Demo statt Deutsch"
Duitse scholieren nadrukkelijk tegen oorlog
Achtergrond - 10 april 2003
10 april 2003) Half Duitsland bevond zich de laatste weken - zo lijkt het - op straat. Met grote demonstraties of bij ontelbare stille tochten werd kris kras door het hele land tegen de oorlog in Irak gedemonstreerd. Het protest kwam echter niet alleen vanuit de oude vredesbeweging: steeds meer jongeren hebben zich bij de tegenstanders van de oorlog aangesloten.
Alleen al in Berlijn gingen onlangs 50.000 scholieren de straat op - dat waren er zo'n 20.000 meer dan bij de eerste Golfoorlog. Ook in Hamburg telde men minstens 30.000 jongeren. Op de Duitse scholen heerst tot op heden nog steeds een uitzonderingssituatie ten opzichte van het normale schoolleven. Overal zijn AKKs (Anti-Kriegs-Komitees) gevormd. Zij organiseren de plaatselijke manifestaties en regelen, heel praktisch, ook meteen de absentiebriefjes voor de gemiste uren. Aan de grote demonstratie in Berlijn hebben sommige scholen in hun geheel deelgenomen, andere scholen hadden het aan de leerlingen zelf overgelaten of ze liever naar de les of de demonstratie gingen. West- of Oost-Duitsland, beroepsonderwijs of gymnasium - het maakt niet uit, tegen de oorlog zijn ze allemaal.
Anti-Amerikanisme?
Maar dat blijft niet altijd zonder gevolgen. Toen tijdens een scholierendemonstratie in Bremen een Amerikaanse vlag in vlammen stond, werd de plaatselijke CDU boos. In een brief aan de minister verantwoordelijk voor onderwijs beklaagden de conservatieven zich over het feit dat leerlingen blijkbaar hun lesuren gebruikten om het anti-Amerikanisme aan te wakkeren. En dat 13.000 leerlingen dus liever op het marktplein liepen te demonstreren dan op school te buffelen. Uit CDU-kring komt ook kritiek op de docenten: de generatie gevormd door de jaren 60 zou nu via het klaslokaal de jeugd mobiliseren ten gunste van hun oude idealen en anti-Amerikanisme. De leerlingen hadden echter al twee jaar lang via Attac en andere critici van de globalisering de smaak van het protest te pakken gekregen. Dit plezier in acties blijkt ook uit de aard van de manifestaties. In Berlijn hebben scholieren vredeskampen op de middenstreep van de hoofdstraat Unter den Linden opgericht. De automobilisten worden geconfronteerd met leuzen als "Toeter voor de vrede". De jonge demonstranten vallen met kreten als "We need trees no bushs" toch al op te midden van alle geijkte vredesleuzen. Andere deelden steken uit met de leuze: "Irak is geen Rums-Feld" en een groep leerlingen, die niet onbeschoft wilde zijn, droeg de kreet "Buck Fush" met zich mee.
Motieven
Angst en hulpeloosheid zijn voor de meeste leerlingen de beslissende motieven om de straat op of de kerken in te gaan. Voor de meesten van hen is het de eerste oorlog die ze via de tv meemaken. En voor velen is het het begin van politieke betrokkenheid. De scholen proberen in ieder geval via hun lesrooster op de actualiteit in te spelen.
Peilingen
Volgens recente enquêtes is rond de 72 procent van de Duitsers tegen de oorlog. Het duidelijke "nee" van de regering Schröder tegen een oorlog zonder goedkeuring van de Verenigde Naties helpt de regering in de peilingen weer omhoog te krabbelen. De CDU, die als enige partij het beleid van de Verenigde Staten zonder meer ondersteunde, moet ondertussen de eerste ledenverliezen betreuren. Ook intern regent het kritiek op de pro-Amerikaanse koers van de CDU-partijvoorzitter Angela Merkel.
Hele land
Het zijn echter niet alleen de scholierendemonstraties die de woede van de Duitsers over de oorlog in Irak duidelijk maakt. Overal in het land hangen affiches aan de huizen. Maar hoe kleiner de plaatsen, hoe stiller het protest. Op het platteland vindt men meer wakes, stille tochten en gebeden voor de vrede dan echte demonstraties. Hier is met name de oude vredesbeweging actief, die dagelijks of op zijn minst wekelijks op de marktpleinen tot een zwijgen voor de vrede oproept en daarmee toch steeds enkele tientallen aanhangers bereikt. Ook de manieren van protest zijn moderner geworden. Van het klassieke en stille protest met spandoeken is in het mediatijdperk niet meer veel overgebleven. De socialistische PDS bijvoorbeeld houdt haar waarschuwingsacties voor de Amerikaanse ambassade in Berlijn nooit zonder aanwezigheid van een tv-camera - steeds in beeld, the breaking news van NTV.
Menselijke keten
Ook Attac had vorig weekend een spectaculaire menselijke keten in scène gezet: tussen de steden Münster en Osnabrück kregen ze een menselijke keten van vijftig kilometer op de been. Weliswaar moesten touwen ten dele de gaten in de keten dichtten, toch hebben zo'n 30.000 mensen op het platte land aan de actie deelgenomen. Attac wilde daarmee aan de Vrede van Westfalen herinneren, die in deze steden in de deelstaten Noordrhijn-Westfalen en Nedersaksen meer dan 350 jaar geleden gesloten werd. Destijds waren de landen Zweden en Frankrijk met elkaar in oorlog, tegenwoordig wordt met het langdurige bestand van deze vrede reclame gemaakt.
Een protestmars in Leipzig was daarentegen slechts 1,5 kilometer lang - weliswaar met circa 40.000 deelnemers. Net als op andere plaatsen komen de sprekers en organisatoren steeds uit dezelfde hoek: scholieren, vakbonden, kerken en diverse linkse groeperingen. Naast de vele jongeren nemen ook vele ouderen deel, alleen van de tussengeneratie vertonen zich weinig op straat.
De meestal vreedzame protesten richten zich in Duitsland in eerste instantie tegen het beleid van de Verenigde Staten en minder tegen Tony Blair en de Engelse deelname aan de oorlog in Irak. De politieafzettingen rond de Amerikaanse ambassade worden in de regel belaagd en in Stuttgart hadden onlangs meer dan duizend vredesactivisten de commandocentrale van de Amerikaanse strijdkrachten omsingeld. Iets soortgelijks lukte de Frankfurters: rond de tweeduizend demonstranten blokkeerden de Amerikaanse luchtmachtbases. Andere legden het belangrijkste verkeersplein van Frankfurt urenlang lam. De balans: zeventien arrestaties en kilometerslange files.
Dorothee Krumpipe (29) is verslaggeefster voor Radio Bremen. Daarvoor werkte zij 3,5 jaar op de redactie van de TAZ in Bremen. In 2000 en 2001 was ze in het kader van het Journalistenstipendium Duitsland-Nederland te gast bij Trouw.
Uit het Duits vertaald door Suzanne Klijnstra.
Reacties
Geen reacties aanwezig