Herdenken in het hol van de leeuw
Tentoonstelling ‘Verzet en verdriet in beeld’
Achtergrond - 27 augustus 2018
- Auteur:
Lynn Stroo
De Duitse keizer Wilhelm II verafschuwde haar, maar nu staan de beelden van de Duitse kunstenares Käthe Kollwitz prominent tentoongesteld in museum Huis Doorn, het voormalige ballingsoord van Wilhelm II (1859-1941). De tentoonstelling ‘Verzet en verdriet in beeld’, afgelopen vrijdag geopend door prinses Beatrix, laat zien hoe kunstenaars gestalte hebben gegeven aan het trauma van de Eerste Wereldoorlog. “De keizer heeft zich vast al omgedraaid in zijn graf”, zegt conservator Cornelis van der Bas.
Prinses Beatrix bij de opening van de expositie 'Verzet en verdriet in beeld’ op 24-8-2018 in Huis Doorn
Een tentoonstelling ter ere van het 100-jarige einde van de Eerste Wereldoorlog, waarom hebben jullie voor sculpturen gekozen?
Cornelis van der Bas: “Sculpturen zijn een belangrijke culturele uiting van hoe mensen omgaan met grote gebeurtenissen. Rijd maar eens door Frankrijk of België zonder monumenten tegen te komen, met name van de vele oorlogsslachtoffers - dat is onmogelijk. Voor Duitsland is dat een ander verhaal. Herdenken ligt gevoeliger, omdat het land de Eerste en ook de Tweede Wereldoorlog verloor.
Honderd jaar na het einde van de Grote Oorlog kijken we nu terug naar hoe Duitse kunstenaars het verzet en verdriet toch vorm hebben gegeven. En aangezien wij een Duits huis zijn in Nederland, staan beide landen centraal. Nederland was neutraal tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar dat betekent niet dat er niets gebeurde. De oorlog had ook invloed op ons land.”
De Duitse beelden in de expositie zijn vooral na de Eerste Wereldoorlog gemaakt, de Nederlandse beelden na de Tweede Wereldoorlog. Waarom?
“We hebben ervoor gekozen om ook de Tweede Wereldoorlog bij de tentoonstelling te betrekken, omdat dit een groot trauma is voor Nederland. Dat is terug te zien in de hoeveelheid herdenkingssculpturen, minstens 3900 door het hele land. We laten voorstudies zien van grote nationale werken als het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam (van John Rädecker, red.), de Dokwerker in Amsterdam (Mari Andriessen) en het Indisch monument in Den Haag (Jaroslawa Dankowa). Het staat in contrast met de herdenkingscultuur in Duitsland. Door de grote Nederlandse werken te laten zien, willen we ook aandacht vragen voor de Eerste Wereldoorlog, want die is in Nederland onderbelicht. Zonder die oorlog was er geen Tweede Wereldoorlog geweest.”
Is er in Nederland dan helemaal niets te vinden met betrekking tot de Eerste Wereldoorlog?
“Het zal mensen verrassen dat in Nederland zeker 70 monumenten zijn die betrekking hebben op 1914-1918. Op de boulevard van Katwijk bijvoorbeeld, daar staat een beeld van een vrouw met haar zoon, ter nagedachtenis van de ongeveer 300 vissers die tijdens de Eerste Wereldoorlog op de Noordzee omkwamen door zeemijnen. En in Brabant staat een monument voor de doden die vielen bij de ‘dodendraad’, een grensafscheiding met België. Op de begraafplaats Crooswijk in Rotterdam is een beeld van een moeder met kind bij een massagraf van 14 Duitse krijgsgevangenen (Engeland en Duitsland gebruikten het neutrale Nederland voor het uitwisselen van krijgsgevangenen, red.), gemaakt door Gustav Adolf von Bredow, die zelf in een interneringskamp in Wolfheze had gezeten. Een bronzen kopie van het beeld is in de tentoonstelling te zien. We kregen het in 2015 geschonken uit een privécollectie en het beeld is een belangrijke aanstichter geweest voor deze expositie. Voor de andere monumenten, zoals die in Katwijk, was het te complex om ze naar Doorn te halen.”
Hoofdrol in de expositie is er voor het werk van Käthe Kollwitz (1867-1945), een Duitse kunstenares. Keizer Wilhelm II was op z’n zachtst gezegd geen liefhebber van haar, toch?
“Klopt. Kollwitz was revolutionair, nam het in haar werk op voor de ‘gewone man’. Dat vond de familie Hollenzollern (de Duitse keizerlijke familie, red) niks, en dat botste. In 1898 kreeg Kollwitz een onderscheiding voor haar prenten over de weveropstand, maar Wilhelm II weigerde die aan haar uit te reiken. Medailles horen op de borst van dappere mannen, vond hij. Een paar jaar later weigerde de vrouw van de keizer, Augusta Victoria, een tentoonstelling te openen waarvoor Kollwitz het affiche had gemaakt. Daarop is een zichtbaar vermoeide vrouw afgebeeld, waarmee Kollwitz aandacht vroeg voor de slechte omstandigheden waarin veel vrouwen thuiswerk verrichtten. Alle posters in Berlijn moesten daarop worden afgeplakt voordat de opening kon beginnen.”
En nu staat haar werk prominent het voormalige huis van Wilhelm II.
“Ja, in het hol van de leeuw, kun je zeggen. De keizer, die op hetzelfde terrein in een mausoleum ligt, heeft zich vast al omgedraaid in zijn graf. Kollwitz was niet alleen begaan met de lagere sociale klassen, zij heeft ook expliciet uiting gegeven aan het trauma van de Eerste én Tweede Wereldoorlog. Ze verloor in 1914 al haar zoon Peter op het slagveld in Vlaanderen, en in de Tweede Wereldoorlog haar kleinzoon Peter. Haar krachtige en treurende mensbeelden, zoals de piëta in de Neue Wache in Berlijn, zijn wereldberoemd. Het origineel daarvan is bij ons te zien.
Kollwitz heeft veel treurende figuren afgebeeld, maar ook moeders die hun kinderen met hun armen beschermen, als teken van verzet. Haar beroemde poster ‘Nie Wieder Krieg’ (1924) hangt prominent tussen de spullen van de aanstichter van de oorlog, Wilhelm II. Het is een weliswaar verlate, maar spannende confrontatie. Het maakt ons museum meer compleet; we laten nu ook zien wat keizer Wilhelm II vreselijk vond.”
Lees meer:
'De Duitse taal is mijn gereedschap'
Omdat het 10 oktober de Dag van de Duitse Taal is, spraken we vertalers Lotte Hammond en Ralph Aarnout over hun vak.
Vijf vragen over de Duitse grenscontroles
Alles wat we tot nu toe weten over de aangekondigde controles aan de Duits-Nederlandse grens.
‘Duitse restitutie nazi-roofkunst moet beter’
Duitsland krijgt al jaren kritiek op zijn restitutiebeleid voor nazi-roofkunst. De regering komt nu met hervormingen.
Nieuwe generatie Nederlandse auteurs klaar voor Duitsland
Nederland & Vlaanderen zijn deze maand gastland op de Leipziger Buchmesse. Een uitgelezen kans voor auteurs zich te presenteren in Duitsland.
Reacties
Mijn bijdrage ligt in de lijn van Holwerda’s reactie. Dat de conservator van Huis Doorn Willem van Hohenzollern “de aanstichter van de Wereldoorlog” noemt, is nog tot daar aan toe (mijn mening: zeer discutabel). Vervolgens laat het Duitslandinstituut Amsterdam onverkort de uitspraak staan. Zo komt foutieve info de wereld in. En niet na 55 of zeventig jaar na de gebeurtenissen, maar in de inmiddels 2de eeuw na dato. „Hundert Jahre Urkatastrophe. Der Kolonialvertrag 1919“ Cuvillier, Göttingen 2018
Beste Peter de Bourgraaf, dank voor uw reactie. Dit interview is geschreven door de redactie Duitslandweb van het Duitsland Instituut Amsterdam. Deze journalistieke redactie is inhoudelijk onafhankelijk van het instituut. Het DIA is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de artikelen. Ik ben dat wel als hoofdredacteur. Ik begrijp uw punt, maar ik lees uit het aangehaalde citaat dat het de conservator te doen was om het contrast tussen beiden. Ik geef uw opmerking door aan de auteur.
Wilhelm hield niet van moderne kunst.
Tot 3x toe heeft hij aanwijsbaar WOI trachten te voorkomen! Google eens " het concept verdrag van Bjorkoe"
Bezoek;
www.dossier-wilhelm2.nl