Hoogleraar Rüter: Faber blijft vrij
Duitslands moeizame omgang met oorlogsmisdadigers
Achtergrond - 16 november 2011
Onlangs ontstond opnieuw beroering om een van de laatste Nederlandse oorlogsmisdadigers die nog in leven zijn. De oud-SS’er Klaas Carel Faber leeft, 89 jaar oud, al sinds de jaren vijftig als vrij man in Duitsland. Herhaaldelijke pogingen om hem achter de tralies te krijgen, zijn altijd zonder resultaat gebleven. Emeritus-hoogleraar strafrecht Frits Rüter legt uit waarom.
Klaas Carel Faber in een item gemaakt door journalist Arnold Karskens (l) voor Eén Vandaag in 2007. Te vinden in een bijdrage van RTV Noord op Youtube (zoek op 'arrestatiebevel tegen Klaas-Carel Faber')
Wie op internet op zoek gaat naar de Haarlemse nazi Klaas Carel Faber, stuit op een hoop ingehouden en zelfs openlijke woede. Over de wrede moorden die hij als lid van de SS in Nederland pleegde. Over zijn vlucht naar Duitsland met zes medegevangenen uit het Bredase huis van bewaring in 1952. Maar vooral over het grotendeels vrije leven dat Faber sindsdien in Duitsland heeft kunnen leiden. Toch is de kans dat daarin verandering komt, voorspelt emeritus-hoogleraar Strafrecht Frits Rüter, te verwaarlozen.
Stelselmatig gedwarsboomd
Dat is volgens Rüter evenzeer de schuld van Nederland als van Duitsland. Op internet wordt vaak de suggestie gewekt dat Duitsland Fabers uitlevering stelselmatig heeft gedwarsboomd. Dankzij een besluit van Hitler persoonlijk zou Faber als SS’er de Duitse nationaliteit hebben verkregen – en Duitsland levert nu eenmaal geen staatsburgers uit. Maar “dat is overtrokken”, aldus Rüter. “Het is overal zo dat je je staatsburgerschap verliest als je in een buitenlandse krijgsmacht dienst neemt. Doorgaans mag je dan die nieuwe nationaliteit aannemen. Dat was niet alleen zo in Hitler-Duitsland.”
Maar Duitsland heeft op een andere manier wel een kwalijke rol gespeeld in de zaak-Faber. Vooral in de “kameraderie” die in Duitsland nog decennialang na de oorlog onder oud-strijders bestond – ook binnen de rechterlijke macht – ziet Rüter een belangrijke reden voor het uitblijven van Fabers gevangenneming. Daar staat tegenover dat Nederland uit gebrek aan vertrouwen in de Duitse rechtspraak in de jaren vijftig ook zelf te weinig deed om Faber in Duitsland veroordeeld te krijgen.
Fanatiekelingen en leiders
Onlangs verscheen in Duitsland een proefschrift dat ingaat op het relatief geringe aantal veroordelingen onder SS’ers en andere uitvoerders van het misdadige naziregime na de oorlog. Auteur Christina Ullrich bevestigt in 'Ich fühl mich nicht als Mörder' Rüters beeld dat veel rechters in naoorlogs Duitsland zelf vroegere nazi’s waren. Maar ze verhaalt ook van een politiek klimaat waarin liever naar voren werd gekeken dan achteruit. Daarin paste dat openbare aanklagers zich concentreerden op de harde kern van degenen die echte excessen hadden begaan, op de fanatiekelingen en de leiders.
Voor de rest gold meestal dat hun krijgsgevangenschap of internering als voldoende straf werd beschouwd. Tijdens het proces van denazificering, waarbij de gangen van de voormalige daders werden nagetrokken, slaagden velen er bovendien in hun misdaden te verdoezelen of af te zwakken. Zo ontsprongen veel oud-strijders de dans, ook zij die oorlogsmisdaden hadden begaan. Daaraan zat, bewust of niet, ook een pragmatische kant. Duitsland had in de jaren vijftig en zestig zijn mannelijke bevolking hard nodig voor de wederopbouw van het land.
Schoon schip
In de jaren zeventig veranderde de juridische omgang met het naziverleden. De ‘dadergeneratie’ ging met pensioen of het hoekje om. Onder jongeren bestond meer animo om schoon schip te maken. Rüter: “De rechterlijke macht is ook een afspiegeling van wat in de bevolking wordt gevonden, ze zeilt mee met de geldende opvattingen.” Dat betekende niet in dat oud-strijders systematisch werden opgepakt. Het waren volgens Rüter vooral de niet-Duitse nazi’s die in het vizier kwamen van de openbare ministeries.
“Het aandeel buitenlanders in nazi-processen is sindsdien omhooggeschoten”, zo heeft hij in de cijfers teruggevonden. Daarvan is ook de recente veroordeling van de Oekraïner John Demjanjuk een voorbeeld, evenals de heropening van de zaak van Fabers medevluchter Heinrich Boere. Die is in maart 2010 alsnog tot levenslang veroordeeld voor oorlogsmisdaden. De rechtbank in Aken besloot afgelopen september dat de 89-jarige Boere zijn straf ook daadwerkelijk moet uitzitten.
Jong in de oorlog
Buitenlandse nazi’s als Boere en Faber hebben in Rüters cynische bewoordingen de ‘pech’ dat ze niemand meer hebben om hen te steunen. Zij waren relatief jong in de oorlog en daarmee laag in rang. Van hun bevelhebbers leeft praktisch niemand meer. En de rest van de bevolking “laat hun veroordeling koud”. Ophef ontstaat pas als de beschuldigende vinger wijst naar vader of opa. Rüter refereert aan de commotie die de Wehrmacht-tentoonstelling in de jaren negentig veroorzaakte. Deze prikte de mythe door dat het nationale leger ‘schoon’ was en alleen Hitlers eigen SA en SS bestond uit fanatieke bruten.
Wat dat betreft staat een heropening van de zaak-Faber niets in de weg. Maar een veroordeling acht Rüter zeer onwaarschijnlijk. Doodslag is inmiddels verjaard, dus om Faber achter de tralies te krijgen, moet moord worden bewezen. Dat kan haast niet zonder getuigen, maar vind die maar eens. En dan nog. Zelfs als er een vonnis is, gelooft Rüter niet dat Duitsland er haast mee maakt 90-plussers in de gevangenis te zetten. “Denk je echt dat Boere op dit moment in de gevangenis zit? Die moet eerst aangepast worden voor een bejaarde die slecht ter been is. En daarmee zijn ze natuurlijk net zo lang bezig totdat Boere overlijdt.”
Toneelstukje
Zo lang de laatste oorlogsmisdadigers leven, zal het “toneelstukje” volgens Rüter wel doorgaan. Van politici die daadkracht suggereren, maar ook wel weten dat ze daartoe de middelen niet hebben. Van rechters die vonnissen uitspreken, maar zich niet om de tenuitvoerlegging bekommeren. Van de publieke opinie die de eenling koud laat, behalve als het om de eigen opa’s gaat. Daarbinnen, zo schat Rüter in, komt Faber zijn dagen ook nog wel door.
Lees meer over 'Nationaal-socialisme':
Museum Die Villa_: 'Hoe meer debat, hoe beter'
In Osnabrück is het museum over de omstreden nazi-jurist Calmeyer geopend. Journalist Ingrid Bosman bracht er een bezoek.
Nazi-bouwwerk Prora in toeristisch jasje gestoken
Na decennia van leegstand en verpaupering is het megalomane nazi-bouwwerk op het Duitse eiland Rügen omgebouwd tot een luxe vakantieoord.
'Duitsland heeft thema dwangarbeid lang verwaarloosd'
Miljoenen mensen werkten tijdens de oorlog onvrijwillig voor nazi-Duitsland. De verwerking daarvan duurt nog altijd voort.
De vermoorde componist
Merlijn Schoonenboom stuit in Rostock bij toeval op de muziek van Dick Kattenburg, een Nederlandse componist die in Auschwitz is vermoord.
Reacties
Geen reacties aanwezig