Mevrouw Merkel, vergeet de Europese Grondwet!
Hoe de Bondsrepubliek Europese integratie wil bevorderen

Achtergrond - 8 januari 2007

(8 januari 2007) Duitsland is in veel opzichten niet langer de hekkensluiter, maar opnieuw het trekpaard van Europa. Hierdoor gesterkt, voert Merkel campagne om de Europese Grondwet nieuw leven in te blazen. Het blijft de vraag of dit haalbaar is.

Bondskanselier Angela Merkel is het halfjaarlijkse voorzitterschap van de Europese Unie onder een gunstig gesternte begonnen. Economisch gezien staat haar land er beter voor dan in jaren het geval is geweest. De werkloosheid daalt met sprongen en voor het eerst sinds jaren houdt de Bondsregering zich weer strikt aan de Europese criteria voor het overheidstekort. Als er momenteel één land in staat is de Europese trein weer overtuigend op de rails te zetten, is het Duitsland. Want geen ander land is, ten gevolge van het kwade verleden, zo doordrongen van de verworvenheden van de Europese Unie: vrede, vrijheid en welvaart. Met vertrekkende politieke leiders in Frankrijk en Groot-Brittannië is dit jaar van Parijs en Londen weinig te verwachten. En het kleine Nederland, dat in het verleden nog wel eens een stoutmoedige bemiddelaarsrol in Europa wilde spelen, heeft met de jongste verkiezingsuitslag - die vooral de eurosceptische partijen heeft versterkt - de terughoudendheid tegenover al te veel Europa nog eens bevestigd.

Alle ogen zijn dus op Berlijn gericht. Op 17 januari zal Merkel haar ambitieuze programma in het Europees Parlement presenteren. Ze heeft al duidelijk gemaakt dat ze in ieder geval de betrekkingen tussen Europa en de Verenigde Staten, die door de invasie in Irak averij opliepen, met een economisch akkoord wil herstellen. Ook hoopt ze Rusland ertoe te bewegen vriendelijker te zijn voor buitenlandse investeerders en mensenrechtenactivisten. Maar de lakmoesproef voor Duitsland is de binnenlandse Europese politiek: met name de Europese Grondwet die door Frankrijk en Nederland werd afgewezen.

Op het moment ziet het er echter naar uit dat Merkel de Europese Grondwet op haar buik kan schrijven. De vertrouwenscrisis tussen veel Europeanen, niet alleen Fransen en Nederlanders, en ‘Brussel’ is eenvoudig veel te groot. “In politiek opzicht is Europa voor de meeste van zijn inwoners nog steeds een te grote jas'', zo drukte de Duitse filosoof Peter Sloterdijk het onlangs in Maastricht treffend uit. Hij sprak over de “semi-depressieve grote constructie genaamd Europa”. “De referenda”, zo stelde minister van Buitenlandse Zaken Frank-Walter Steinmeier (SPD) vorige week vast in een vraaggesprek met de Süddeutsche Zeitung, “hebben in Europa diepe sporen achtergelaten”. Ook buiten Frankrijk en Nederland is “bij velen de euroscepsis niet geringer geworden''. Hoe moeilijk een Grondwet ligt in het Verenigd Koninkrijk, in de Scandinavische landen en in verschillende Oost-Europese landen als Polen is algemeen bekend.

Verdeeldheid

Nu Europa na het afwijzen van de Europese Grondwet door Frankrijk en Nederland in een diepe crisis zit, is een doorstart nodig. Merkel is bereid haar Europees voorzitterschap volledig voor deze zaak in te zetten. Voor de Duitse kanselier staat vast: Europa moet ‘dichter’ bij de burger worden gebracht en democratischer, transparanter en beter bestuurd worden. Deze leuzen wijken in niets af van de opdracht die de Europese regeringsleiders in 2001 in het Belgische Laken meegaven aan de Europese Conventie, die het verdrag voor de Europese Grondwet moest opstellen.

Tijdens de maandenlange besprekingen van de Conventie kwam de bestaande verdeeldheid over de mate waarin Europa moet integreren en landen bevoegdheden aan Brussel willen overdragen duidelijk naar voren. Daarbij konden de Europese politieke leiders het destijds al niet eens worden over de architectuur van het nieuwe Europa als er 10 nieuwe Oost-Europese lidstaten bij zouden komen. Mede daarom was het een grove politieke taxatiefout, dat de Conventie een veel te omvangrijk (482 bladzijden tellend) en veel te complex juridisch document afleverde. In die vorm was het ten enenmale ongeschikt om in een referendum te worden getoetst.

Het is frappant dat tijdens de 'denkpauze', die na het Franse en Nederlandse 'nee' is ingelast, steeds dezelfde teneur over Europa te beluisteren valt. De grootste klacht, zo blijkt uit diverse opiniepeilingen, is de gebrekkige bestuurbaarheid en het democratisch tekort. Dit soort opiniepeilingen onderstreept wat Sloterdijk recent in Maastricht constateerde. In politiek opzicht is de Europese jas nog steeds te groot. “Alles bij elkaar zijn we nolens volens nog altijd kinderen van het nationale tijdperk'', aldus Duitslands meest prominente denker. Nationalmenschen zijn individuen die een lange training hebben gehad om zich in de politieke omvang van een natie thuis te voelen. Politici doen er goed aan om de opkomst van de sceptische burger als historische kans te begroeten, want tussen democratie en scepsis bestaat een positieve wisselwerking, aldus de filosoof.

Trapezewerk

Wat betekent dit concreet voor Merkel? De smalle marges van de nationale politiek, zullen op Europees niveau met 27 leden nog smaller blijken te zijn. Daarom heeft ze twee vertrouwelingen uit haar Europa-team erop uit gestuurd om de komende maanden hun oor in de Europese hoofdsteden te luister te leggen. De kanselier wil, in dit eurosceptische klimaat, helder krijgen wat tenminste de gemeenschappelijke elementen zijn waarop alle EU-leden wél nauwer willen samenwerken.

Wat is de politieke kern van het grondwettelijke verdrag? Hoe lang duurt het voor er overeenstemming is bereikt over een nieuw Europees verdrag? En hoe is een akkoord te bereiken? Moet er een nieuwe conferentie van regeringsleiders komen of kunnen tijdens de halfjaarlijkse bijeenkomsten van Europese leiders besluiten genomen worden? Op deze vragen wil Merkel antwoord krijgen. Uiterlijk op de Europese top in juni, aan het einde van het Duitse voorzitterschap, zal Merkel een voorstel doen over hoe verder te gaan.

Duitsland zal de komende maanden veel diplomatiek trapezewerk moeten verrichten om de gemeenschappelijke noemer te vinden voor méér integratie in Europa. Desondanks zal het opstellen van een beknopte lijst voorstellen op bijvoorbeeld drie A4tjes - als basis voor een nieuw verdrag - niet onmogelijk zijn. Maar meer zit er voorlopig ook niet in. Een kleinere Commissie, een democratisch Parlement, een echte Europese minister voor Buitenlandse Zaken en een versterkte controle door de nationale parlementen op Brusselse wetgeving. En tenslotte: vervolmaking van de interne markt. Deze topvijf lijkt haalbaar. Maar een Grondwet moet Merkel dit niet noemen.

Michèle de Waard is Europaredacteur van NRC Handelsblad. Van 1996 tot 2002 was zij correspondent in Bonn en Berlijn. In 2002 verscheen haar boek 'Duitsland achter de schermen - het wonder van de Berlijnse republiek' bij uitgever Prometheus.

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger