Het keizerrijk als economische supermacht
Keizerrijk: 1871-1888
De Duitse economie maakte aan het einde van de negentiende eeuw een stormachtige groei door. De industriële productie nam spectaculair toe, net als het aantal inwoners.
© Eduard Biermann, 1847, Wikipedia.orgMachinefabriek van August Borsig. Het keizerrijk werd een industriële supermacht.
In 1835 werd de eerste Duitse spoorweg aangelegd tussen Neurenberg en Fürth. Dertien jaar later lag er al 5000 kilometer rails. Het ontstaan van een goede infrastructuur gaf een grote impuls aan de economie. In het Roergebied, Saksen en rondom Berlijn ontstonden industriegebieden met talrijke fabrieken. Aan goedkope arbeidskrachten - afkomstig van het platteland - was geen gebrek. De bevolking groeide explosief, van 49 miljoen in 1890 naar 67 miljoen in 1914.
Direct na de eenwording maakte het keizerrijk al een economische groeiperiode door maar die werd gevolgd door een depressie die in de jaren 1873-1879 heel Europa trof. De definitieve doorbraak van Duitsland als moderne industriestaat kwam aan het einde van de negentiende eeuw. In de periode 1890-1914 verdubbelde de industriële productie in Duitsland. Bedrijven als Siemens, Bayer en Hoechst zijn in deze jaren groot geworden. Duitsland nam de leidende rol van Frankrijk op het Europese vasteland over en begon op militair, technologisch, demografisch en economisch gebied ook Engeland naar de kroon te steken.