Gerommel aan de Oder-Neiße-grens
Nieuws
Achtergrond - 20 december 2006
(20 december 2006) De gevoelige relatie tussen Berlijn en Warschau is opnieuw geschaad. Een Duitse particuliere organisatie heeft schadevergoedingen geëist voor Duitsers die na de Tweede Wereldoorlog uit Polen zijn verdreven. Nu wil Polen het grensverdrag herzien.
Afgelopen vrijdag diende de omstreden Preußische Treuhand bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg 22 aanklachten in, waarin zowel teruggave van onroerend goed als compensatie voor het aangedane leed van Polen wordt gevorderd. De Duitse regering heeft zich gedistantieerd van de rechtszaak, maar de Polen staan op hun achterste benen.
De Poolse president Jaroslaw Kaczynski zei gisteren dat Polen dit absoluut niet kon laten gebeuren. “Er moet een duidelijke verklaring komen waarin staat dat Polen gerechtelijke uitspraken, die het Poolse recht op dergelijke wijze aantasten, niet erkent”, brieste hij gisteren op de Poolse radio. Kaczynski overweegt een nieuwe wet in te voeren die Polen die Duitse goederen bezitten, beschermt tegen Duitse claims. Toen Kaczynski nog burgemeester van Warschau was, heeft hij in een soortgelijke situatie al eens gedreigd met een wederclaim van vijftig miljard euro aan herstelbetalingen die hij op de Duitse staat wilde verhalen.
De Poolse minister van Buitenlandse Zaken Anna Fotyga zei in een reactie dat Warschau opnieuw wilde onderhandelen over het Duits-Poolse grensverdrag van 1990. Dit verdrag bevestigde de overeenkomst van 1950 tussen de DDR en Polen en het verdrag uit 1970 tussen de BRD en Polen, waarbij de Oder-Neiße-grens als staatsgrens werd erkend. In 1991 werd dit verdrag uitgebreid met de wederzijdse belofte dat Polen en Duitsland zeer intensief zouden gaan samenwerken, onder andere door regelmatig gesprekken te voeren. Over individuele gerechtelijke vorderingen is toen niets afgesproken.
Gisteravond laat verklaarde de Poolse ambassade in Berlijn dat Fotyga niet het grensverdrag van 1990 wilde herzien, maar de afspraken van 1991. Maar toen was de rel reeds geboren en het kwaad al geschied. De Poolse ambassadeur Marek Prawda bespeurt een vertrouwenscrises in de relatie tussen de beide landen. Volgens hem zijn de eisen van de organisatie die de belangen van de verdreven Duitsers behartigt “politiek, moreel en justitieel onacceptabel”.
In Duitsland probeert men de boel te sussen. Duitse politici maanden de Poolse regering om de zaak niet te hoog op te nemen. De Duitse regering verklaarde geen begrip te hebben voor de eisen van de Preußische Treuhand, maar kan volgens het democratisch principe niemand verbieden om een aanklacht in te dienen. Volgens een woordvoerder opereert de Preußische Treuhand volledig geïsoleerd en belast de organisatie “de waardevolle en goede verstandverhouding met Polen”.
Deze goede verstandhouding is echter met het blote oog niet waarneembaar. De communicatie tussen Berlijn en Warschau liep de laatste maanden op zijn zachst gezegd stroef door onder andere het aardappelincident, de omstreden Vertriebenen-tentoonstelling in Berlijn, de waarschuwingsschoten die de Poolse kustwacht op een Duits passagiersschip afvuurde en de onenigheid over de Duits-Russische oliepijpleiding. Het lijkt erop of de Poolse regering er alles aan doet om de diplomatieke betrekkingen met Duitsland spannend te houden.
Handelsblatt.com
Polen stellt Grenzvertrag in Frage
Reacties
Geen reacties aanwezig