"Denkimpulsen uit de Duitstalige wereld"
50 jaar Genootschap Nederland-Duitsland
Achtergrond - 28 oktober 2003
(28 oktober 2003) Wie op zoek is naar Duitse Kultur - met een hoofdletter K - hoeft niet naar Berlijn, Hamburg of Keulen. Het Genootschap Nederland-Duitsland haalt al vijftig jaar lang Duitse wetenschappers, musici, auteurs en politici naar Nederland voor culturele activiteiten.
Het Genootschap werd opgericht op 1 april 1953 door de Nederlandse hoogleraren Herman Meijer en Jan Aler met als doel "het bevorderen van de culturele betrekkingen tussen Nederland en Duitsland in de ruimste zin van het woord". Kort na de oorlog lagen de wonden van de bezettingsjaren nog open. Juist daarom echter vonden Meijer en Aler dat de positieve elementen van de Duitse cultuur in Nederland gauw weer onder de aandacht moesten worden gebracht. Het was daarbij van het grootste belang dat het Genootschap 'schoon' was, vrij van leden en sprekers met een nazi-verleden. Daarom kozen zij voor de juridische vorm van een stichting, zodat men slechts op uitnodiging van het bestuur als begunstiger kon toetreden.
Aanvankelijk bestond het programma vooral uit lezingen, die gehouden werden aan de universiteiten van Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Groningen en Nijmegen. Elke spreker kwam in alle steden een lezing houden, vaak van hoog wetenschappelijk niveau. Het was niet ongebruikelijk dat de spreker bij bestuursleden van het Genootschap thuis dineerde en overnachtte. Volgens mevrouw Meijer, weduwe van de oprichter, ervoeren de eerste sprekers - afkomstig uit het verwoeste Duitsland - Nederland als een oase en deed het hen goed om te merken hoezeer ze weer gewaardeerd werden. Er is vanaf het begin samengewerkt met andere organisaties die zich met wetenschap, cultuur en Nederlands-Duitse betrekkingen bezighouden, zoals de Deutsche Bibliothek in Den Haag en de Goethe-Instituten in Amsterdam en Rotterdam. Het Duitsland-Instituut Amsterdam en het Centrum voor Duitsland-Studies in Nijmegen volgden later.
Grotere manifestaties
In 1986 is er gekozen voor nog meer samenwerking met andere instanties om de belangstelling te spreiden en voor meer 'grote manifestaties', zoals discussies over actuele onderwerpen. Er ontstond een vruchtbare samenwerking met onder andere het Joods Historisch Museum, de Balie en de Rode Hoed in Amsterdam. Volgens oud-bestuurslid en hoogleraar Hans Ester heeft de huidige voorzitter van het Genootschap, mevrouw Rüter-Ehlermann, een fijne neus voor onderwerpen die in het kader van de Nederlands-Duitse relaties van belang zijn. Zij is zeer betrokken en weet haar gesprekspartners te prikkelen tot helder denken in combinatie met praktische antwoorden. Voor Heidi Rüter zijn politici en denkers van elke kleur en richting welkom bij het Genootschap, zo lang zij iets bijdragen aan de kwaliteit van het debat. Voor haar inspanningen voor de Nederlands-Duitse betrekkingen heeft zij dan ook het Bundesverdienstkreuz gekregen. Een van haar belangrijkste wapenfeiten is de bijeenkomst die in 1995 in De Balie werd georganiseerd over het Nederlandse en het Duitse drugsbeleid. Er was grote belangstelling voor en haalde het nieuws. Omdat drugsbeleid in Duitsland onder de verantwoordelijkheid van de deelstaten valt, wordt er in sommige Länder een minstens even soepel beleid gevoerd als in Nederland. Dat weten veel mensen niet. In 2000 is - mede door een symposium over de omgang met het culturele erfgoed in Europa - het Huis Doorn, verblijfplaats van de laatste Duitse keizer, gered.
Duitse taal
De relaties tussen Nederland en Duitsland zijn allang niet meer zo slecht als kort na de oorlog, maar toch spreken steeds minder mensen Duits. Daardoor is ook de belangstelling voor de Duitse cultuur minder geworden. Wanneer de Duitse taal nog verder wegsijpelt, vreest Ester diepgaande vervreemding. Volgens hem hebben "wij luie Nederlanders de denkimpulsen vanuit de Duitstalige wereld nodig om niet in te suffen". Aan de andere kant hebben volgens hem de Duitstaligen de nuchtere vragen van de Nederlanders nodig "om niet al te hoog te gaan zweven".
Jongere generatie
Het Genootschap is opgericht door Nederlanders voor wie de Duitse cultuur van vóór de oorlog nog heel vanzelfsprekend een belangrijke functie had. Volgens Joost Kleuters van het Centrum voor Duitsland-Studies in Nijmegen is de jongere generatie Nederlanders net als de jongere generatie Duitsers opgegroeid met de dominante Amerikaanse cultuur. Je zult daarom nu volgens hem veel meer moeite moeten doen dan vroeger om jongere mensen met de Duitse cultuur te laten kennismaken. Je moet dan wel de cultuur van nú aanbieden, niet die van honderd jaar geleden. Om een muziekstuk te kunnen waarderen hoef je geen Duits te kennen. Ook een film is toegankelijk en een goede afspiegeling van de Duitse cultuur. Bovendien is het Duits voor Nederlanders passief makkelijk op te pikken. Het komt bij lezingen en discussies vaak voor dat een Nederlander een vraag stelt in het Engels, waarop hij in het Duits antwoord krijgt. Dat werkt prima.
Jubileumjaar
Het speciale jubileumprogramma van het Genootschap, dat van oktober tot en met december plaatsvindt, bestaat uit muziek, beeldende kunst en discussie. In de nabije toekomst worden bovendien in het kader van het lopende programma Zeitzeugen de feministe Alice Schwarzer en de schrijver Jorge Semprun verwacht.
Mira Peeters
Bron: 'D-Magazine' 3/03
Jubileumprogramma:
Duits-Nederlandse beeldende kunst
Ambassadeursgesprek
Reacties
Geen reacties aanwezig