'Breng leerlingen af van Bratwurst-idee'
Docenten Duits over hun lespraktijk anno 2014
Achtergrond - 13 augustus 2014
- Auteur:
Iduna Paalman
Wat wordt er verwacht van een leraar Duits anno 2014? In de Duitse les is de afgelopen decennia veel veranderd. Studente Duitslandstudies Iduna Paalman sprak met vier docenten Duits over hun lespraktijk en concludeert dat een sterke, persoonlijke band met leerlingen meer oplevert dan rijtjes stampen.
Een oude rot in het vak; een zij-instromer uit het bedrijfsleven; een studente die net komt kijken en een moedertaalspreekster uit Zuid-Duitsland. Allemaal staan ze voor de klas en allemaal hebben ze te maken met de vraag wat een goede docent kenmerkt. Duitse les anno nu betekent meer dan vroeger vervagende grenzen, je inleven in een andere cultuur, geïnspireerd raken. Een docent Duits moet volgens deze vier leraren inspelen op de communicatieve behoeften van de leerling, maar niet een te invoelend weekdier worden.
Op zoek naar contact
"Leerlingen zijn mondiger geworden", vindt docent Jan Uittenbroek. Hij is, zoals hij zelf zegt, een oude rot in het vak. Eenendertig jaar staat hij voor de klas, en hij heeft het taalonderwijs langzaam zien veranderen. "Vanuit de maatschappij waarin we nu leven is het onderwijs veel meer gericht op communicatie. Humor en interactie met de leerling is nu belangrijker dan het stampen van rijtjes. Dat was vroeger wel anders."
Ook Kristel Haalboom, sinds zeven jaar docent Duits, merkt hoe belangrijk het is als docent benaderbaar te zijn. "Een docent is geen alleenheerser maar is constant in contact met leerlingen. In vergelijking met vroeger staat een docent niet meer voor, maar in de klas." Haalboom komt uit het bedrijfsleven en ziet parallellen met het onderwijs. "Ruimte creëren voor de mens als individu is het streven. Dat merk je aan alles. In het onderwijs moet niet alleen de leraar een open houding hebben, ook bij de bouw van schoolgebouwen wordt gelet op toegankelijkheid, ruimte, lichtheid. Dat is in het bedrijfsleven net zo."
De klik
Een klik hebben, dat blijkt bij alle vier de docenten het ingrediënt te zijn waarmee lesgeven ‘lukt’. "Als de klik er is, is eigenlijk alles mogelijk", zegt masterstudente Bettina Merten. "Ik ben zelf jong, ik kan me redelijk makkelijk inleven in de belevingswereld van mijn leerlingen. Ik merk dat als ik goed naar ze luister, een diepe verbinding met ze aanga, maar tegelijkertijd boven ze kan staan, er ook veel van ze terugkomt. Dan komen er vragen en is er ruimte voor echte interesse in mijn vak. Natuurlijk krijg ik ook wel eens iets naar mijn hoofd: ‘val dood!’ zei een meisje laatst. Dat raakt me emotioneel, dan wil ik met haar praten, dat zoek ik dan op. Soms gaat het stroef, maar van dit meisje kreeg ik een paar dagen later een WhatsAppje met ‘sorry juf’."
Agnes Werner, afkomstig uit Duitsland en behalve in het voortgezet onderwijs sinds kort ook in het MBO werkzaam, noemt het basisenthousiasme. "Ik probeer in mijn lessen altijd terug te gaan naar het uitstralen van dit basisenthousiasme. Dat is geen toneelstukje, maar enthousiasme dat ik zelf echt voel. Ik vind het leuk om mijn leerlingen over Duitsland te vertellen, en leg ook telkens de link naar wat Duits voor hen in de praktijk kan betekenen. Zo wordt het iets van ons sámen, in plaats van van mij alleen."
Is die klik zo magisch als het klinkt? Uittenbroek: "Als je op een losse manier met je leerlingen om kunt gaan, heb je al snel een goede klik. Soms heb ik een moment dat ik denk: nu zuigen ze wat op, nu komen we ergens. Bij mij gaat dit gepaard met het feit dat ik als docent al wat doorleefd heb, geen vraag is mij te gek, zelfs niet als ik het antwoord niet weet."
Duits, cool of niet?
Duits werd jaren als zeer impopulair gezien, maar de taal krabbelt op. Leerlingen kiezen bewuster voor een taal, met het oog op hun toekomst. Wat doen deze docenten om hun leerlingen te enthousiasmeren? Haalboom: "Duits wordt toch nog vaak gekozen omdat het makkelijker is dan Frans of Spaans. Dat is soms lastig, deze praktische overweging, maar ik probeer ze meteen duidelijk te maken hoe belangrijk Duits is. Vooral leerlingen die in de handel verder willen, doen hun oren open als ik vertel dat in de economie Duits echt nodig is."
Uittenbroek: "Ik wil in mijn klas geen ballonnen en stickers hebben die Duitsland aanprijzen. Daar lachen leerlingen om. Dat bevestigt het lollige Bratwurst-idee dat veel jongeren nog van Duitsland hebben. Ik wil ze laten zien hoe gaaf Berlijn is, hoe mooi de Duitse natuur, hoe interessant de geschiedenis. En daarbij vertel ik ze altijd uitgebreid over mijn Duitse vakanties, ze weten inmiddels precies hoe mijn caravan eruit ziet."
Ook Merten en Werner zoeken naar materiaal en ideeën om de Duitse taal dichterbij te brengen. Merten: "Ik kijk wekelijks het Duitse nieuws met mijn leerlingen, de korte variant van een paar minuten. Daarna bespreken we dat met elkaar. Deze variatie werkt: leerlingen kijken er naar uit en stellen vragen over wat ze hebben gezien." Werner: "Je bent als docent in vergelijking met vroeger creatiever bezig. Ik maak eigen opdrachtjes en methodes en zoek naar verschillende media om te gebruiken. Dat houdt de les fris."
Werk aan de winkel
Ondanks deze bewuste manier van lesgeven, staat de nieuwe generatie docenten nog wat te doen. "Ik zou nog meer Duits willen spreken in de les. Duits dóen. Doeltaal is voertaal, dat idee. Maar omdat ik geen Duitse ben, vind ik dat moeilijk vol te houden," zegt Haalboom. "Eén keer in de week heb ik een native speaker in mijn les, dat werkt. En toch merk ik dat de drempel om een hele les in het Duits mee te doen voor zowel mij als mijn leerlingen erg hoog ligt."
Merten meent dat het voor jonge docenten soms lastig is om ook afstand te kunnen nemen. "Ik moet oppassen dat ik er niet te veel met mijn gevoel in ga. Soms komt het te dichtbij. Volgens mij is dat de valkuil voor veel jonge docenten. Ik heb zelf mijn schooltijd in Duitsland doorgebracht en daar staat de docent op een voetstuk. Misschien werkt dat daar, maar met mijn leerlingen wil ik toch echt een andere band aangaan. Een gelijkere, eentje waarin we elkaar kunnen horen en helpen."
Lees meer over 'Duitse taal':
'De Duitse taal is mijn gereedschap'
Omdat het 10 oktober de Dag van de Duitse Taal is, spraken we vertalers Lotte Hammond en Ralph Aarnout over hun vak.
Een problematische beer
De Duitse minister Paus wordt voor 'Problembär' uitgemaakt, las columniste Inge Jooris in de Duitse media. Zijn haar dagen als minister geteld?
Vechten als ketellappers
De Duitse regering heeft zo veel ruzie, het lijkt wel een bende 'Kesselflicker', zei een van de ministers. Columniste Inge Jooris legt uit wat hij bedoelt.
Een 'Sternstunde' voor Duitsland
Sternstunde, een mooi en onvertaalbaar woord voor wat er nu gebeurt in Duitsland, tenminste dat hoopt columniste Inge Jooris.
Reacties
Geen reacties aanwezig