'DDR-oppositie verdient meer aandacht'
Gesprekken met voormalig dissidenten in Jena en Leipzig
Achtergrond - 29 april 2014
Wie aan de val van de Muur denkt, ziet Berlijn voor zich: radeloze grenswachten en juichende menigten die met hamers de gehate scheiding tussen Oost en West te lijf gaan. Maar de gebeurtenissen in Berlijn vormden de climax van oppositie die al veel eerder ook elders in de DDR begon. Historicus Christie Miedema sprak in Jena en Leipzig met betrokkenen en concludeert dat de rol van de Oost-Duitse oppositie meer aandacht verdient.
25 jaar na de val van de Muur lijken veel hoofdrolspelers van de DDR-oppositie vergeten. Terwijl zij een belangrijke rol hebben gespeeld in het proces dat een einde maakte aan de Duitse deling. Zo floreerde in Jena eind jaren zeventig en begin jaren tachtig de vredesbeweging die zich onder meer tegen de Oost-Duitse dienstplicht verzette. In Leipzig gingen in 1989, maanden voor de val van de Muur, duizenden mensen de straat op – de Montagsdemonstrationen. Die voorgeschiedenis blijft, zeker in West-Duitsland, vaak onderbelicht.
Jürgen Fuchs
De betekenis van de oppositie in de DDR mag je niet onderschatten, zegt historicus Martin Morgner. Hij is als onderzoeker verbonden aan de Universiteit Jena en was voor 1989 zelf in die oppositie actief. Hij kende de kleine, maar prominente oppositionele wereld goed. Voor het voormalige woonhuis van de schrijver Jürgen Fuchs, waarop een kleine plaquette is aangebracht, vertelt hij een groep Nederlandse studenten van de master Duitslandstudies vol vuur over zijn bewondering voor deze man.
Fuchs werd vanwege zijn dissidente gedichten en proza van de universiteit gestuurd. Hij kwam door zijn protest steeds weer in conflict met het DDR-regime. In 1977 werd hij uit de DDR gezet. Vanuit West-Berlijn schreef hij een indrukwekkend boek over zijn arrestatie en zette hij zijn activisme voort. Ondanks Fuchs’ jonge leeftijd fungeerde hij als een soort vaderfiguur voor de oppositie in Jena, vertelt Morgner.
“Ik hoop dat er ooit nog eens een standbeeld voor Jürgen Fuchs wordt opgericht”, zegt hij. Maar die kans lijkt niet groot. Wie in de grootste boekhandel van Jena naar de schrijver vraagt, krijgt nul op het rekest. Boeken van Jürgen Fuchs? Nee, die hebben ze niet.
Matthias Domaschk
Bij het Thüringer Archiv für Zeitgeschichte in Jena, oorspronkelijk opgericht door Oost-Duitse dissidenten, houden medewerkers de herinnering aan de Oost-Duitse oppositie levend, vooral onder jongeren. Ze organiseren projecten met scholieren uit Jena om hen bewust te maken van de Oost-Duitse geschiedenis. Onderwerpen als jongeren in de DDR en dienstweigering staan daarbij centraal.
Het archief laat met voorbeelden van jonge activisten uit de Oost-Duitse oppositie zien wat het leven in een repressief regime inhield. Centraal staat daarbij Matthias Domaschk, de jonge activist uit Jena. Domaschk werd midden jaren zeventig actief in een kritische jongerengroep in de kerk. Vanwege zijn protest mocht hij geen eindexamen doen. In 1981 werd hij op weg naar Berlijn gearresteerd en twee dagen later werd hij dood in zijn cel gevonden. De toedracht van zijn dood is nooit opgehelderd.
Het lot van Domaschk blijkt een tot de verbeelding sprekend voorbeeld voor de nieuwe generatie Oost-Duitsers die na de eenwording is geboren. In 2009 nam de studentenraad van de Universiteit Jena het initiatief een collegezaal naar Domaschk te vernoemen in plaats van naar de grote sponsor van de zaal. Ook in het archief zelf merken de medewerkers dat jongeren geïnteresseerd zijn in de Oost-Duitse oppositie.
Ostalgie
Het is niet verrassend dat jonge Oost-Duitsers op voorbeelden uit hun eigen lokale geschiedenis teruggrijpen. In de Duitse openbaarheid komen de alledaagse aspecten van de Oost-Duitse geschiedenis er meestal maar bekaaid af. Dat geeft veel Oost-Duitsers het gevoel dat hun geschiedenis geen plek heeft in het huidige Duitse geschiedbeeld, zegt historicus Jana Fuchs van het Zeitgeschichtliches Forum in Leipzig, een museum over de Duitse deling en het dagelijks leven en de oppositie in de DDR. Het idee dat de eigen identiteit en geschiedenis niet voor vol worden aangezien, werkt Ostalgie, nostalgie naar de tijd in de DDR, in de hand.
Het klinkt gek dat in een land waar met kanselier Angela Merkel en president Joachim Gauck twee Oost-Duitsers aan de top staan, de Oost-Duitse geschiedenis achtergesteld blijft. Jana Fuchs: “Twintig jaar geleden zou niemand hebben gedacht dat we een Oost-Duitse kanselier en president zouden hebben.” Toch is van een volledige emancipatie van Oost-Duitsland nog geen sprake, legt Fuchs uit. Ook Merkel en Gauck zijn niet voldoende om het gevoel van veel Oost-Duitsers weg te nemen dat zij te weinig gerepresenteerd zijn in de openbaarheid.
Om tot een geschiedbeeld te komen waarin de DDR-oppositie beter tot haar recht komt, zouden Oost- en West-Duitsers op gelijkwaardige wijze moeten leren over elkaars geschiedenis. De herinnering koesteren aan die mensen die al voor 1989 niet bang waren voor hun rechten op te komen, zou een mooi begin zijn.
Lees meer over 'DDR':
Nederlandse atlete trainde in doping-staat DDR
Kogelstootster Els van Noorduijn trainde in de jaren 60 in de DDR. Dat het regime toen zijn dopingsysteem opbouwde, hoorde ze pas veel later.
'De Muur voorbij' getuigt van het gewone leven in de DDR
Harrie Lemmens werkte in de jaren 80 als vertaler in de DDR. Hij gebruikte zijn dagboeken van toen voor zijn boek.
'Tausend Aufbrüche': Duitsers en hun democratie
Historicus Christina Morina schreef een boek over de Duitse democratie vanuit een gezamenlijk Oost- en West-Duits perspectief.
Nieuwe ronde in debat over DDR
Historicus Katja Hoyer schreef een boek over de DDR. Het wordt tijd dat de DDR en Oost-Duitsland niet meer als ‘afwijking’ van de West-Duitse norm worden gezien, vindt ze.
Reacties
Geen reacties aanwezig