‘Aan Europa krijgt Duitsland nog een flinke kluif’
Kathalijne Buitenweg over Duitsland, de Groenen en Europa
Achtergrond - 18 januari 2012
Ze zat tien jaar voor GroenLinks in het Europees Parlement. Voor Kathalijne Buitenweg heeft Europa na haar vertrek uit het parlement beslist niet aan belang verloren. “De natiestaat heeft op heel veel terreinen geen macht meer.” Een interview.
Voor het oplossen van de eurocrisis wordt voornamelijk naar de regeringsleiders gekeken, alle ogen zijn gericht op ‘Merkozy’. Doen Europese instanties zoals het Europees Parlement er in tijden van crisis nog wel toe?
Buitenweg: “Volgens mij moeten we de eurocrisis niet zien als een renationalisatie van Europa. De onderwerpen die nu spelen stonden eerder nog niet op de agenda. Toch zijn we niet overvallen door deze crisis. Dat dit ooit zou gebeuren was in mijn optiek vrij logisch, omdat Europa te weinig maatregelen genomen heeft om tot een politieke unie te komen. Ik zie de huidige ontwikkelingen juist meer als het omgekeerde: een Europeanisering van nationale belangen. Daardoor staat het parlement niet buitenspel.
Ik ben er wel op tegen dat het Europees Parlement op andere onderwerpen wordt gepasseerd, bijvoorbeeld bij het opstellen van een nieuw grondwettelijk verdrag voor Europa. Daar zou een Europese Conventie aan vooraf moeten gaan. Toch heeft het Europees Parlement wel dingen bereikt, er wordt wel degelijk wetgeving aangepast door het parlement. Zelfs het Nederlandse kabinet wordt daar wel eens door verrast. Dan komen ze er ineens achter dat er in Brussel ook een parlement is dat werkt. Van de nieuwe voorzitter van het Europees Parlement, Martin Schulz, kunnen we nog wat verwachten, hij heeft een activistische agenda.”
Zuidelijke eurolanden klagen wel eens over de overmacht van Duitsland in Europa. Werkt die overmacht ook door in het Europees Parlement?
“De Duitse stem is heel relevant, relevanter dan de Nederlandse. Zonder de Europese Unie was dat ook het geval geweest, dan zat onze munt aan de D-Mark vastgeklonken. In het Europees Parlement kan Duitsland een richtlijn helemaal omgooien, maar ook voor Duitsland geldt dat het in Europa niets alleen kan.
Bij de verdeling van portefeuilles binnen de fracties is Duitsland wel minder terughoudend geworden. De Groenen verdeelden de portefeuilles niet op basis van nationaliteit - gelukkig maar, anders was ik altijd als laatste aan de beurt - maar bij de grote fracties gebeurde dat wel. De grote landen hebben dan altijd de eerste keuze. In het verleden was Duitsland daar terughoudend in, anders zaten op alle belangrijke posities Duitsers. Dat laten ze nu varen.
Aan de andere kant krijgt Duitsland aan Europa nog een flinke kluif. De lage Duitse lonen helpen de Duitse export, onder meer naar Griekenland. Het Duitse handelsoverschot leidt tot onbalans. Duitsland moet daarom zelf maatregelen nemen, zoals hogere lonen. De scheve verhoudingen in Europa hebben niet alleen met de Grieken te maken. Je moet niet alleen naar staatsschuld en begrotingen kijken, het gaat niet alleen over stabiliteit. Wat dat betreft kan Duitsland nog wat verwachten op termijn.”
U heeft van 1999 tot 2009 in het Europees Parlement gezeten. Wat is daar eigenlijk belangrijker, partijkleur of nationaliteit?
“Ja, dat is een typische vraag die niet makkelijk te beantwoorden is. Ik vind dat we een beetje van die tegenstelling af moeten. Als parlementariër ben je namelijk lid van een Europese fractie. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat die fracties heel coherent zijn, ze stemmen voor 95 procent met één stem. Binnen je fractie stuit je natuurlijk wel op verschillen in nationale kennis en ervaring: de Nederlandse bodem is anders dan in Bulgarije en leidt tot andere vraagstukken.
Rond het Europees Parlement is alles gericht op die transnationale, Europese partijen. Als parlementariër moet je een veelvoud aan belangen en identiteiten met elkaar verenigen: je bent Nederlands, lid van GroenLinks, Europeaan én lid van de Europese Groenen. Het idee is dat je al deze eigenschappen vertegenwoordigt en tot een eenheid maakt. Dat hoort er bij. Ik vond dat leuk en boeiend. Het vereist vooral dat je geïnteresseerd bent. Je moet je verdiepen en niet gelijk je mening tetteren. Dat je meer moet vragen en zoeken naar een compromis vind ik een pré. In Nederland vinden we compromissen tegenwoordig vies, maar het is in mijn ogen een mooie eigenschap van de democratie.”
Hoe zijn uw ervaringen met de Duitse Groenen in het Europees Parlement?
“Ik ben heel trots op de Duitse Groenen. Ik weet nog goed hoe de Groenen in de Europese fractie aan hun eigen standpunten vast durfden te houden toen de rood-groene regering van Gerhard Schröder de Duitse bijdrage aan Europa wilden verlagen. De Europese fractie hield voet bij stuk. De Groenen verbonden rationaliteit en ideologie heel goed en opereerden naar hun waarden. Het waren prettige, hardwerkende collega’s. Wat ik waardeerde was het co-voorzitterschap. Het is een beetje ouderwets, maar je geeft er ook een signaal mee af: je kiest niet voor één persoon maar doet het samen.
De ‘Realos’ en de ‘Fundis’ haal je er zo uit. Met de ‘Fundis’ kon ik niet zoveel. Ik wilde wetgeving beïnvloeden. Het Europees Parlement is een ‘werkend’ parlement. Je maakt amendementen in plaats van moties. Het lijkt meer op het Amerikaanse Congres, je bent veel meer betrokken bij de vormgeving van een wet. Je moet dan onderhandelen en compromissen maken, dat deed ik graag, maar de ‘Fundis’ vonden dat lastiger.”
Is er veel verschil tussen GroenLinks en de Duitse Groenen?
“De Duitse, Vlaamse en Nederlandse Groenen lijken voor een groot deel erg op elkaar. Mijn standpunten en die van Groene politici als Daniël Cohn-Bendit of Joschka Fischer liepen vrij naadloos in elkaar over. De Duitse Groenen brengen wel duidelijker bepaalde waarden over, dat ze tegen kernenergie zijn bijvoorbeeld. Ook houden de Duitse Groenen mensen langer vast. Kopstukken als Jürgen Trittin of Claudia Roth staan al jaren aan de top. Dat maakt de partij herkenbaar. In Nederland is het verloop in de partijtop veel groter.”
U bent lid van de Spinelli-denktank. Wat is dat precies?
“Dat is een groep van zo’n 20 politici en wetenschappers. De liberaal Guy Verhofstadt en Cohn-Bendit zijn de grote trekkers. Het idee is dat wij het publieke debat proberen te beïnvloeden met duidelijke standpunten over Europa. De Spinelli-methode is een supranationale methode met aandacht voor een grote rol voor het Europees parlement en een einde aan veto’s voor individuele lidstaten. We willen een stap naar voren zetten, naar een sterker, federalistisch Europa.”
Waarom is federalisme de oplossing voor Europa?
“Ik denk dat de natiestaat op heel veel terreinen geen macht meer heeft. Die heeft ze afgestaan aan andere instanties of aan de markt. Wil je nog een deuk in een pakje boter slaan dan heeft het geen zin om dat nationaal te regelen. Dat is een achterhaald idee van soevereiniteit. Ik was erg geraakt door een poster van de SP. Daar stond een kaart van Europa op, maar dan zonder Nederland. Alsof het weggespoeld was. Dat vond ik zo xenofoob-nationalistisch. Ik dacht: wat hebben juist jullie nu nog te bieden?”
Kathalijne Buitenweg was van 1999 tot 2009 lid van het Europees Parlement voor GroenLinks. Ze was lid van commissies voor begroting, burgerrechten en milieu. Sinds 2010 werkt ze bij de afdeling Europees Recht, Faculteit Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit van Amsterdam.
Lees meer over 'Duitsland en Europa':
Haperende Frans-Duitse motor probleem voor EU
Frankrijk moet een beetje Duitser worden en Duitsland een beetje Franser, betoogt econoom Carsten Brzeski.
Verkiezingsuitslag hard gelag voor Duitse regering
Zo stemde Duitsland bij de verkiezingen voor het Europees Parlement.
Duitsland en de Europese verkiezingen 2024
Wat vinden Duitsers van de EU? Welke Duitse partijen doen mee aan de Europese verkiezingen? We zetten het in dit factsheet op een rij.
Podcast: De Duitse rol in Europa
Welke rol speelt Duitsland in de EU sinds het aantreden van kanselier Scholz? Daarover vertelt Ton Nijhuis, directeur van het Duitsland Instituut, in deze podcast.
Reacties
Geen reacties aanwezig