Duitslandweb logo Duitslandweb

Nur noch auf Deutsch, bitte
Lerarenopleiders komen in actie om Duitse les te verbeteren

Achtergrond - 2 juli 2011 - Auteur: Wiebke Pittlik

Aus, bei, mit, nach, seit, von, zu...; dertigplussers denken bij het vak Duits vaak direct aan naamvallen en voorzetselrijtjes. Maar Duits draait allang niet meer om de grammatica, zegt Kees van Eunen, bestuurslid van de Vereniging Lerarenopleiders Duits (VLoD).

Nur noch auf Deutsch, bitte
© Duitslandweb
Bijeenkomst 'Van aanbeveling tot actie'.

Het vak Duits is de laatste jaren al aantrekkelijker gemaakt, maar de concurrentie met andere vakken is moordend. Gevolg: Steeds minder leerlingen kiezen Duits op school. Op de bijeenkomst 'Van aanbeveling tot actie' van het Duitsland Instituut Amsterdam (DIA) bespraken docenten van de lerarenopleidingen vorige week wat ze kunnen doen om te zorgen dat de Duitse les populairder en beter wordt.

Wie een taal wil leren, kan zich het beste onderdompelen in die taal, daarover zijn alle deskundigen het eens. Waarom wordt er dan eigenlijk in de Duitse of Franse les op middelbare scholen nog steeds voornamelijk Nederlands gesproken? De lerarenopleiders willen dat maar wat graag veranderen - het is ook een van de belangrijkste aanbevelingen van het Belevingsonderzoek Duits van het DIA - maar dat lukt maar mondjesmaat.

Duits spreken in de les

Duits spreken in de les is zelfs voor de meest doorgewinterde docenten een hele opgave, laat staan voor de pas afgestudeerde nieuwkomer. Collega’s zien het niet zitten, leerlingen sputteren tegen of haken af, ouders melden dat hun kind niks meer van de Duitse les begrijpt en als de docent zelf geen native speaker is, is hij vaak ook nog eens bang om fouten te maken. Docent Paul Goossen: “Een student vertelde: ‘Ze loeren op mijn eerste fout’. Op veel scholen is toch de cultuur dat een leraar geen fouten mag maken.”

Wie op dit moment op een hbo of universiteit studeert om docent in een vreemde taal te worden, wordt al geschoold in het lesgeven in de doeltaal. Het liefst zouden de lerarenopleiders zien dat deze jonge docenten als een soort ambassadeurs in hun sectie op school ook de andere, oudere docenten ervan kunnen overtuigen dat in de les meer Duits moet worden gesproken. Helaas zien ze het tegengestelde gebeuren. Veel jonge docenten houden het niet vol, ze gaan toch weer over op het Nederlands.

Om dat te veranderen is het van belang dat de schoolleiding er achter staat dat leraren de doeltaal als voertaal gebruiken. Die kan dan ook aan verontruste ouders het belang ervan uitleggen. Verder zou de docent alle informatie die hij nodig heeft, bijvoorbeeld over welk spreekniveau een klas aankan en hoe om te gaan met leerlingen die zeggen dat ze er niks van begrijpen, binnen handbereik en overzichtelijk bij elkaar moeten hebben. Een werkgroep gaat nu kijken of dat te realiseren is.

Cultuur in de les

Ook van de overige aanbevelingen van het Belevingsonderzoek Duits is werk gemaakt tijdens de bijeenkomst in Utrecht. Een verplicht verblijf in Duitsland voor studenten van de lerarenopleidingen is sinds dit jaar praktijk, dat punt konden de docenten afvinken. Maar meer film, muziek en literatuur in de les, en schoolboeken die een minder stereotype beeld van Duitsland neerzetten, daar wordt in kleine groepen verder aan gewerkt.

In onderwijskringen wordt al langer gesproken over manieren om te zorgen dat meer leerlingen Duits kiezen. “Al zijn de oplossingssuggesties soms erg merkwaardig”, merkt Van Eunen op. De suggestie om onbevoegde docenten niet meer voor de klas te zetten zoals sommigen verkondigen, schiet volgens Van Eunen zijn doel voorbij. Dan zouden er nog minder leraren Duits zijn. Ook de suggestie van het Duitsland Instituut om vooral native speakers in te zetten vindt Van Eunen erg radicaal. “Een mix van Nederlanders en native speakers op een school, dat is goed.”

“En verder moeten we ook bij politici duidelijk maken dat het van belang is dat jongeren goed Duits leren. Daar valt nog veel te winnen.” Van Eunen haalt een column aan van correspondent Merlijn Schooneboom van de Volkskrant. Hem was opgevallen dat minister Jan Kees de Jager geen Duits spreekt, net als premier Rutte en minister Rosenthal. "Goed, ze lezen eerst een keurige begroeting in het Duits van een papiertje”, schrijft Schooneboom, "maar spontaan antwoorden in de taal van het grootste buurland kunnen ze niet. Hoe het er binnenskamers aan toeging is niet bekend, maar in het openbaar, in de Humboldt Universiteit, waar De Jager voor een deerniswekkend lege zaal een lezing hield, antwoordde hij op Duitse vragen in het Engels, of beter gezegd: in een Nederlandse versie van het Engels."

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

Lees meer over 'Duitse taal':

Vechten als ketellappers

Vechten als ketellappers

De Duitse regering heeft zo veel ruzie, het lijkt wel een bende 'Kesselflicker', zei een van de ministers. Columniste Inge Jooris legt uit wat hij bedoelt.


Lees meer

Een 'Sternstunde' voor Duitsland

Een 'Sternstunde' voor Duitsland

Sternstunde, een mooi en onvertaalbaar woord voor wat er nu gebeurt in Duitsland, tenminste dat hoopt columniste Inge Jooris.


Lees meer

Winnen Wutbürger de verkiezingen?

Winnen Wutbürger de verkiezingen?

In 2010 was het woord Wutbürger in zwang. De boze burger is terug, en stemt vaak AfD, ziet columniste Inge Jooris.


Lees meer

Prinzipienreiter, het is nu eenmaal zo

Prinzipienreiter, het is nu eenmaal zo

In een coalitie regeren betekent water bij de wijn doen. Dat zorgt voor conflicten in deze Duitse regering. 'Prinzipienreiter', kom van uw stokpaard, vindt columniste Inge Jooris.


Lees meer


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger