Touwtrekken om DDR-tapes
Columns - 19 februari 2019 - Auteur: Krijn ThijsHistoricus Krijn Thijs stuitte op spannende DDR-tapes, die hij graag wil horen. Het leidde tot een tergende worsteling met Oost-Berlijnse archieven. Niet alledaags, wel tekenend voor de druk en de onzekerheid waar de verwerking van de DDR-geschiedenis zo nu en dan nog mee te maken heeft.
Meestal gaat bronnenonderzoek tamelijk soepel, maar niet altijd. Twee jaar geleden bezocht ik een archief in Berlijn voor mijn onderzoek naar de eenwording bij West- en Oost-Duitse historici (die nogal eenzijdig eindigde met het opdoeken van de Oost-Duitse geschiedwetenschap). In een rommelige inventaris had ik beet: een verwijzing naar geluidsopnames uit 1990, die ik wel eens wilde horen. Maar toen ik de buit wilde opvragen, reageerde de dame van het archief terughoudend. Ik was in al die jaren kennelijk de eerste. Ze kon mij over het verblijf en de staat van de audiobanden zo snel niets vertellen.
Het ging om een opname van het laatste congres van de beroepsvereniging van DDR-historici, een mengeling van professionele belangenbehartiging en verplichte staatsclub. Ze hadden zich in 1958 afgescheiden van het gesamtdeutsche, en dus voortaan West-Duitse Historikerverband. Maar hun eigen vereniging werd in de loop van 1990 weer opgeslokt door de klassenvijand, zoals de hele DDR. In februari 1990, middenin de ondergang van hun staat, hadden de Oost-Duitse vakgenoten een turbulente ledenvergadering gehouden, met wanhopige pogingen de DDR te vernieuwen. En nu bleek er daarvan een tape te zijn bewaard!
De dame van het archief zou het uitzoeken, weinig enthousiast. Ik ben het wel gewend. Ook dit archief is, zoals wel vaker, duidelijk onderbezet. Er is geen personeel om de kilometers papierwerk door te ploegen die de socialistische heilstaat nagelaten heeft. Sommige ordners die ik opvraag zijn kromgetrokken van jarenlang scheefliggen. Ze landen op mijn tafeltje zoals ze ooit aan het archief zijn afgegeven, vies, met roestige nietjes en vooral ongefilterd. Daar liggen archivarissen nou wakker van. Of ze die tapes überhaupt nog kunnen afspelen, als ze al opduiken?
Dat laatste Historikerkongress van de DDR ligt een beetje gevoelig. In februari 1990 was de macht van het communistische DDR-regime eigenlijk al gebroken. De Muur was gevallen, de centrales van de geheime dienst waren door het volk bestormd en overal ontstonden ‘Ronde Tafels’ van oppositionelen, oude machthebbers en deskundigen. Maar niet in de geschiedwetenschap, die volkomen vergroeid was met de DDR-ideologie.
De grote ledenvergadering van februari had de bakens naar de toekomst moeten verzetten, waarvan wel duidelijk was dat die vroeg of laat in de Bondsrepubliek zou liggen. Met zo’n 600 aanwezigen waren de DDR-historici voor het laatst onder elkaar, zonder pers of westerlingen. Alleen de bekende Amerikaanse marxist Georg Iggers, toevallig in Duitsland, werd door Oost-Duitse vrienden naar binnengesmokkeld – zo ver was het regime dan wel afgetakeld. Maar de dag draaide uit op een fiasco, weten we onder meer uit schriftelijke verslagen. Geen nieuwe ideeën, plannen of gezichten, veel lethargie, geruzie en onzekerheid.
Van het archief kwam op herhaaldelijke navraag eindelijk het berichtje dat de Tonbänder waren gevonden. Alleen beschikte het niet over de technische middelen om ze af te spelen. Ze zouden hun best voor me doen, maar gezien de tekorten waren de verwachtingen niet gunstig. Maandenlang probeerde ik hoogte van de vorderingen te krijgen. Ik bood aan om zelf bij te springen, als ze mij lieten weten welk apparaat ontbrak. Kansloos. Intussen schreef ik een hoofdstuk zonder de tapes.
Het laatste DDR-Historikercongres lag ook gevoelig omdat voor het eerst enkele oppositionele geschiedschrijvers het woord hadden gegrepen. Toen geen van de hoogleraren aanstalten had gemaakt om zelfkritisch af te rekenen met hun jarenlange marxistisch-leninistische verdraaiingen, was een jonge dissident boos naar de microfoon gelopen en aan een beledigende rede begonnen. Volgens de oppositionele overlevering hadden de oude heren geprobeerd hem het woord te ontnemen, maar lukte dat begin 1990 niet meer – de dictatuur was voorbij. De tapes boden kans deze overlevering aan de tand te voelen en de brisante discussie te analyseren…
En toen kreeg ik ineens het berichtje dat het afspelen was gelukt en dat de technische afdeling bezig was met de digitalisatie. Daarna moest de juridische afdeling zich buigen over de niet zo heel erg gemakkelijke Rechtslage. Dat kon helaas allemaal nog wel even duren, liet de dame van het archief mij mit Bedauern weten. Ik voelde de bui al hangen.
Na het congres en na de Duitse eenwording werden de socialistische academici van de DDR door West-Duitse professoren vervangen, soms snel, soms langzaam, soms na een jarenlang juridisch steekspel. Onder de weggestuurde elites ontstonden spoedig solidaire netwerken van Genossen, die zich tot advocaat omschoolden en alles aanvochten: hun eigen ontslag, de karige pensioenen, de in hun ogen eenzijdige westerse berichtgeving. Ze behaalden geregeld opmerkelijke successen. Hier circuleren alternatieve verhalen over de DDR en de Duitse eenheid (“de Anschluss”). Paradox: ze gebruikten de middelen van de liberale rechtsstaat die ze decennia lang vanuit het socialisme hadden bestreden, om hun postsocialistische gelijk te halen (VU-promovenda Amieke Bouma schreef er een interessant proefschrift over en sprak erover met Duitslandweb).
De dame van het archief, zelf nog stammend uit Oost-Duitse tijden, is nerveus en onzeker. Niet alle informatie in de stapels stoffige ordners is openbaar. Personeelszaken uit DDR-tijden en andere persoonlijke gegevens van Duitse burgers mogen niet bij archiefgebruikers terechtkomen. Haar weinige medewerkers kijken de mappen die ik bestel noodgedwongen vluchtig door, soms ontbreken er pagina’s die ze eruit hebben gehaald. Soms zien ze iets over het hoofd.
Ik onderteken dat ik geen personenbezogene Informationen zal publiceren. Het is geen denkbeeldig risico. Er zijn collega’s aangeklaagd wegens smaad, een enkele keer loopt zo’n conflict hoog op. Nog steeds wordt er geprocedeerd tegen wetenschappelijke onderzoeksresultaten over de DDR. De dames van het archief zijn als de dood dat ik per vergissing toch aan ‘persoonsgerelateerde’ informatie kom. En nu wil ik die tapes uit de revolutie.
Op de technische problemen volgen uiteindelijk juridische bezwaren. De banden zijn beluisterd en te explosief bevonden. Ik krijg ze niet. ‘Het recht op het gesproken woord’ staat in de weg. Het archief heeft de conferentie bestudeerd en geconcludeerd dat het niet om een openbare bijeenkomst ging. Er hebben die dag 42 mensen aan de microfoon gesproken. Zij moeten mij nu allemaal hun schriftelijke toestemming geven. Ik weet dat een flink deel van de sprekers niet meer leeft. Een lijst met namen kan de dame van het archief me helaas ook niet leveren – de opdracht is dus onmogelijk.
Het is een absurde redenering. En waarom geldt dat wel voor tapes, maar niet voor papier? Ik schrijf dat iedereen die hier in februari 1990 voor 600 mensen het woord voerde, ook gehoord wilde worden, maar het mag weinig baten. Het archief heeft zelfs de hoogbejaarde secretaris van destijds – hij leeft dus nog – geraadpleegd. Die bevestigde: alleen leden waren uitgenodigd, het ging dus om een interne clubvergadering.
Dat is Duitse Zeitgeschichte: het object van onderzoek houdt hoogstpersoonlijk zijn eigen bestudering tegen. De tapes – gevonden, gedigitaliseerd, beluisterd – blijven achter slot en grendel.
Lees meer over 'DDR':
Nederlandse atlete trainde in doping-staat DDR
Kogelstootster Els van Noorduijn trainde in de jaren 60 in de DDR. Dat het regime toen zijn dopingsysteem opbouwde, hoorde ze pas veel later.
'De Muur voorbij' getuigt van het gewone leven in de DDR
Harrie Lemmens werkte in de jaren 80 als vertaler in de DDR. Hij gebruikte zijn dagboeken van toen voor zijn boek.
'Tausend Aufbrüche': Duitsers en hun democratie
Historicus Christina Morina schreef een boek over de Duitse democratie vanuit een gezamenlijk Oost- en West-Duits perspectief.
Nieuwe ronde in debat over DDR
Historicus Katja Hoyer schreef een boek over de DDR. Het wordt tijd dat de DDR en Oost-Duitsland niet meer als ‘afwijking’ van de West-Duitse norm worden gezien, vindt ze.
Reacties
Ik heb voor enkele jaren gesproken met een Belgisch professor hedendaagse geschiedenis die in de jaren 80 (voor de Wende) enkele keren op een congres van historici werd uitgenodigd. Hij vertelde mij dat elke sessie begon met een halfuur "marxistische doctrine" over de geschiedenis. Velen dommelden dan in. Nadien kwamen de echte resultaten van het historisch onderzoek. Hoe dan ook, Duitsland heeft problemen met verwerking van het verleden, of het nu nazistisch of communistisch is.
Ze maken het wel heel spannend zo. Wat zou er toch op die tapes staan...