European Medical School: Huwelijk in het slop
Achtergrond - 1 mei 2019 - Auteur: Maaike TrimbachMislukt willen ze het niet noemen. Boos zijn ze ook niet. Niet op elkaar, niet op instanties of overheden. Maar ze zijn wel wat teleurgesteld... Een gesprek met Jan Kuks en Kirsten Gehlhar over het Duits-Nederlandse project European Medical School voelt als praten over een huwelijk in het slop. Bruid en bruidegom begonnen vol goede moed en overtuigd van elkaar aan een gezamenlijk leven. Maar het bleek niet zo te werken als verwacht. Misschien waren ze gewoon nog te jong.
De bruid is de Fakultät für Medizin und Gesundheitswissenschaften van de Carl von Ossietzky Universiteit in Oldenburg. De bruidegom is de faculteit Medische Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen/UMCG. Ongeveer tien jaar geleden startten ze vol enthousiasme European Medical School, een grensoverschrijdende geneeskunde-opleiding, die ze naar Europees voorbeeld wilden inrichten volgens het bachelor-mastersysteem.
Dat zou uniek zijn in Duitsland, want daar is bachelor-master nog niet ingevoerd voor geneeskunde. Medicijnenstudenten sluiten hun studie na zes of zeven jaar af met een staatsexamen.
"Het Duitse ministerie van gezondheid wist niet goed wat het met studenten aan moest, die al na de bachelor geneeskunde zouden stoppen met studeren", zegt Kirsten Gehlhar, hoofd van het onderwijsinstituut van de medische faculteit in Oldenburg. "Die zorg was nergens voor nodig, want een geneeskundestudie houdt nergens in Europa op bij de bachelor. Je mag je overal pas arts noemen als je de master hebt afgerond."
De medische faculteiten van Maastricht en Aken hadden eerder ook al pogingen ondernomen om samen te werken in een medische opleiding. Ook dat project strandde.
Toch durfden Groningen en Oldenburg de stap te wagen. "Alle nieuwe studies kunnen in Duitsland eerst ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Wetenschapsraad. Die gaf een positief advies", zegt Gehlhar, die overigens pas 2011 in het project stapte. Het zou slechts een kwestie van tijd zijn, tot het Bundesgesundheitsministerium ook zijn fiat zou geven, zo was de verwachting. Maar dat gebeurde niet.
Jan Kuks, neuroloog en onderwijskundige in Groningen, denkt dat het niet alleen aan de Duitse regelgeving te wijten is, dat het niet zo liep als gehoopt. Hij vermoedt dat cultuurverschillen ook een rol speelden. "Ik ben opgegroeid in Twente, notabene aan de Gronausestraat. Ik ben mijn hele leven al vertrouwd met Duitsland en de Duitsers, ik spreek redelijk goed Duits. Mijn hart ligt daar en dat blijft overigens ook zo." En Gehlhar is ook dol op Nederland. De start van European Medical School was voor haar aanleiding om Nederlands te leren.
Maar in dit geval was elkaars taal spreken niet genoeg. "Wij Nederlanders willen dóór", zegt Kuks. "Maar Duitsers willen niet te veel risico’s nemen. Alles moest via hogere instanties en commissies. Er werden kennelijk beslissingen over mijn hoofd genomen. Voor ik met het project begon heb ik me overigens ook wel vaak afgevraagd waarom men in Duitsland met een goed doordacht en degelijk systeem überhaupt ons lossere curriculum wilde overnemen."
Gehlhar: "Het is voor de Nederlanders moeilijk te begrijpen dat wij als universiteit echt niet om de regelgeving heen kunnen. Dat is vervelend genoeg en daar hebben we zelf ook last van. Duitse studenten die om wat voor reden dan ook hun geneeskundestudie in Nederland of elders in Europa beginnen en na hun bachelor in Duitsland verder willen, kunnen hier niet instromen."
Beiden winden er geen doekjes om dat het vertrekpunt van de samenwerking niet zozeer in Groningen lag, als wel in Oldenburg, waar de wens bestond een studie met een nieuwe opzet te starten. Dé geneeskundestudie in de deelstaat Nedersaksen is van oudsher aan de Georg August Universiteit in Göttingen (opgericht in 1737). Van later datum (1965) is de Medizinische Hochschule Hannover. De Carl von Ossietzky-universiteit is met oprichtingsjaar 1973 een groentje.
Met de eerste geneeskundeopleiding met een bachelor-mastersysteem, die bovendien mikte op Europese samenwerking, wilde Oldenburg zich etaleren als hypermoderne tegenhanger van de twee klassieke studies. Om het grensoverschrijdende karakter te benadrukken, is één studiejaar in Nederland nog steeds een verplicht onderdeel van de geneeskundestudie in Oldenburg.
"Wij hebben altijd tekort aan klinische opleidingsplaatsen", zegt Kuks. "Ons belang was daarom onder meer dat jaarlijks veertig studenten de kans zouden krijgen om co-schappen te lopen in Duitsland. Dát is gelukt, onze studenten hebben het daar goed."
Kuks schreef het curriculum voor de bachelor. "Het hielp niet echt, dat na een jaar het curriculum in Nederland werd omgegooid, waardoor ons curriculum niet meer aansloot", verzucht Gehlhar. Ook Kuks was hier op zijn zachtst gezegd niet mee in zijn nopjes. Maar daaraan was nog wel een mouw te passen. Toen het Bundesministerium echter niet van zins bleek de Nederlandse master op korte termijn goed te keuren, hield het op.
Wat eerlijk gezegd ook een beetje tegenviel: Niet alle Duitse studenten bleken in de praktijk even enthousiast een jaar van hun studie 130 kilometer verderop in Nederland te doen, ook al wisten ze vanaf het begin dat dat een verplicht onderdeel was.
Helemaal stilgevallen is European Medical School niet. Jaarlijks lopen veertig Nederlandse studenten co-schappen in Duitsland. En er gaan ook Duitse studenten de grens over, een deel zoals afgesproken als onderdeel van hun geneeskundestudie, een deel om onderzoek te doen aan de RUG en het UMCG in Groningen.
En Gehlhar geeft de moed niet op. "Onze medische faculteit moet groeien van 80 aanmeldingen per jaar nu naar 200 in de komende twee jaar. Daar is alles op gericht. Op de achtergrond voeren we nog steeds gesprekken om European Medical School weer vlot te trekken. De meeste andere Duitse studies bieden al een bachelor-master, geneeskunde kan op den duur niet achterblijven."
Kuks maakt dat van een afstand mee. Hij heeft het Nederlandse stokje van European Medical School overgedragen. "Ik ga nog steeds graag naar Duitsland, maar nu vooral voor onze eigen co- assistenten en om nog eens gezellig met de Oldenburgers uit eten te gaan. Want vriendschappelijke banden zijn er nog steeds."
Lees meer over 'Nederlands-Duitse samenwerking':
Nieuwe generatie Nederlandse auteurs klaar voor Duitsland
Nederland & Vlaanderen zijn deze maand gastland op de Leipziger Buchmesse. Een uitgelezen kans voor auteurs zich te presenteren in Duitsland.
Koning in Duisburg: ‘Kunnen niet zonder elkaar’
Koning Willem-Alexander bezocht Noordrijn-Westfalen om de waterstof-samenwerking aan te zwengelen.
Duitsland als vluchtheuvel
Wat als Nederlanders op de vlucht voor het water massaal aankloppen in Duitsland? Cabaretier Patrick Nederkoorn maakte er een (Duitse) voorstelling over.
Duits-Nederlandse top in Rotterdam
De Duitse kanselier Scholz en enkele van zijn ministers halen vandaag in Rotterdam de banden aan met de Nederlandse regering.
Reacties
Geen reacties aanwezig