Duitslandweb logo Duitslandweb

Inval in Zionskirche: het begin van het einde
Herdenking 25 jaar na Stasi-inval

Achtergrond - 30 november 2012

Het is november 1987. Na een uitgebreide bespieding valt de Oost-Duitse veiligheidsdienst Stasi binnen in de Zionskirche in Berlijn. In de kerk is de oppositionele Umwelt-Bibliothek gehuisvest. Dat het SED-bewind een kerk binnenvalt maakt massaal protest los. Zo bereikt de Stasi het omgekeerde van wat de dienst voor ogen had.

Inval in Zionskirche: het begin van het einde
© Bundesarchiv 183-1990-0117-024 CC
De gevel van de Umwelt Bibliothek in 1990.

De Umwelt-Bibliothek speelde een belangrijke rol in de oppositie tegen de regering in de laatste jaren van de DDR. Het aanvankelijk vrij onbekende initiatief van een aantal kritische DDR-burgers, dat sinds 1986 opereerde binnen kerkmuren van de Oost-Berlijnse Zionskirche, werd op slag bekend door de Stasi-inval.

Ter gelegenheid van de vijfentwintigste verjaardag van deze razzia in de Umwelt-Bibliothek nodigden de Robert-Havemann-Gesellschaft, het archief voor de DDR-oppositie, en de Stasi-archieven (BStU) uit voor een discussiebijeenkomst over de gebeurtenissen van toen, op de plek van toen; de ijskoude Zionskirche. Omdat het, daar waren de sprekers het over eens, het begin van het einde van de DDR was. De middag begon met een rondleiding door de buurt rond de Zionskirche.

Protestwake

Tom Sello van de Robert-Havemann-Gesellschaft staat dicht tegen de kerk aan als hij vertelt over de nacht van 24 op 25 november in 1987 waarin de Stasi de ruimtes van de Umwelt-Bibiothek doorzocht, zeven medewerkers arresteerde en drukmachines meenam. Hier stond hij ook in november 1987. Met zo’n 20 tot 30 mensen nam hij deel aan een wake voor de medewerkers die waren opgepakt. Binnen de muren van de kerk stond de DDR-regering kritische geluiden toe. Hier, binnen een meter van de Zionskirche, waanden zij zich veilig, vertelt hij. De deelnemers aan de wake eisten dat de Stasi de gearresteerden zou vrijlaten en het in beslag genomen materiaal zou teruggeven.

De Umwelt-Bibliothek is in 1986 opgericht door Carlo Jordan, Oliver Kämper, Wolfgang Rüddenklau en Christian Halbrock. Ze wilden kennis verspreiden onder de DDR-bevolking die in het Westen bekend was, maar in de DDR niet. Het initiatief vond onderdak in de Zionskirche van dominee Hans Simon. 

De Umwelt-Bibliothek maakte zo gebruik van de beperkte ruimte die er in de DDR bestond voor kritische uitingen binnen de kerk. In de kelder van het parochiehuis verzamelde de groep publicaties over onder meer milieuvervuiling en mensenrechten. De bibliotheek, die voor iedereen toegankelijk was, bestond zowel uit binnengesmokkelde westerse boeken en tijdschriften als uit publicaties van oppositiegroepen, die in de DDR op provisorische wijze in kleine oplagen werden gemaakt. Zelf publiceerde de Umwelt-Bibliothek het blad Umweltblätter. De groep organiseerde ook lezingen en optredens en gaf zo bands en kunstenaars een podium waarvoor in de DDR officieel geen plaats was.

Informanten

De Stasi, goed geïnformeerd over het wel en wee van de Umwelt-Bibliothek door inofficiële medewerkers (IM) in de kern van deze groep, hoopte met de inval niet alleen de Umwelt-Bibliothek hard te treffen, maar ook de oppositiegroep Initiative Frieden und Menschenrechte (IFM). In november 1987 stelde de Umwelt-Bibliothek haar ruimte en middelen beschikbaar aan de IFM voor het drukken van hun blad Grenzfall. Genoot de Umwelt-Bibliothek nog enigszins bescherming doordat zij binnen de kerk opereerde, voor de IFM gold dat niet. Het drukken van Grenzfall zou ronduit illegaal zijn. Door de medewerkers van de Umwelt-Bibliothek en de IFM op heterdaad te betrappen bij het drukken van het blad en ze daarvoor op te pakken, dacht de Stasi twee vliegen in één klap te kunnen slaan.

De inval, die de codenaam ‘Aktion Falle’ droeg, pakte anders uit dan de Stasi voor ogen had. Op het moment van de inval werd er geen Grenzfall gedrukt. De Stasi arresteerde niettemin zeven medewerkers van de Umwelt-Bibliothek en nam drukapparatuur in beslag.

Direct na de arrestatie werd het netwerk van de Umwelt-Bibliothek en de IFM ingeschakeld om zoveel mogelijk publiciteit te genereren. Media-aandacht in het Westen betekende bescherming voor de gearresteerden en de oppositiegroepen. Roland Jahn, nu beheerder van de Stasi-archieven (BStU), speelde daarbij een belangrijke rol. Jahn werd in 1983 vanwege zijn kritiek op het regime het land uitgezet, maar bleef vanuit West-Berlijn betrokken bij de oppositie in de DDR. In gesprek met historicus Ilko-Sascha Kowalczuk beschrijft hij tijdens de bijeenkomst in de Zionskirche samen met Ralf Hirsch, medeoprichter van de IFM, minutieus hoe dit mediaoffensief in zijn werk ging.

Hirsch stelde Jahn telefonisch op de hoogte van de inval. Jahn vertelt dat hij het nieuws aanvankelijk niet geloofde. Er leek in die tijd juist sprake van een kentering in de DDR, de oppositie deed dingen die je tot dan te niet voor mogelijk had gehouden, herinnert Jahn zich, en de ontwikkelingen in de Sovjet-Unie onder Gorbatsjov stemden hoopvol. Dit aanvankelijke ongeloof werd direct gevolgd door de overtuiging dat de wereld dit moest weten. Jahn belde een Amerikaanse correspondent van AP uit zijn bed met het bericht dat de Stasi voor het eerst sinds de jaren ’50 openlijk in kerkelijke ruimtes was binnengedrongen. Het bericht werd direct opgepikt. Niet lang erna verscheen er een artikel over de arrestaties in de New York Times herinnert hij zich.

Het nieuws over de wake bereikte via de West-Duitse televisie en radio, die in het grootste deel van de DDR te ontvangen waren, ook de Oost-Duitse bevolking. De tot dan onbekende Umwelt-Bibliothek was op slag beroemd. Een groter geschenk had de Stasi deze oppositiegroep niet kunnen geven.

Iedereen solidair

De solidariteit met de gearresteerde burgers was groot. Ook in de DDR, waar op verschillende plekken solidariteitsacties werden georganiseerd. Dat merkte ook Tom Sello tijdens de wake op de smalle strook langs de kerk, waar de vrouw van de bakker bijvoorbeeld langskwam om broodjes te brengen. Dat de 'gewone' DDR-bevolking zo openlijk solidair was met een oppositionele groep was nieuw. Deze solidariteit was ook merkbaar binnen de oppositie, klinkt in verschillende bijdragen tijdens de bijeenkomst. Conflicten tussen  oppositiegroepen verdwenen als sneeuw voor de zon.

Onder druk van de steunbetuigingen in Oost- en West-Duitsland liet de Stasi alle gearresteerden binnen enkele dagen vrij. In de woorden van Jahn ‘een enorme nederlaag voor de Stasi’. De Umwelt-Bibliothek bleef bestaan en zou net als de IFM een grote rol spelen in de protesten die in de laatste jaren van de DDR steeds omvangrijker werden.

De Stasi bereikte zo met ‘Aktion Falle’ op verschillende punten het omgekeerde van wat ze had willen bereiken: de Umwelt-Bibliothek werd beroemd, verdeeldheid binnen de oppositiegroepen verdween naar de achtergrond en er ontstond een ongekende solidariteit onder de burgers met oppositionele activiteiten. Volgens de historicus Kowalczuk werd in november 1987 de kiem voor de burgerrechtenbeweging gelegd, die zo’n belangrijke rol zou spelen in de aanloop naar de val van de Muur. ‘De inval in de Umwelt-Bibliothek was het begin van het einde van de DDR.’

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

Lees meer over 'Geschiedenis':

Berlijn en Hamburg vind je ook in Suriname

Berlijn en Hamburg vind je ook in Suriname

Veel Duitsers wisten vanaf de 17e eeuw hun stempel te drukken op de Nederlandse kolonie Suriname. 'Ze waren graag geziene gasten.'


Lees meer

Een mondiale blik op de Duitse geschiedenis

Een mondiale blik op de Duitse geschiedenis

Wat levert het op als je de Duitse geschiedenis vanuit een mondiaal perspectief bestudeert? Daarover spraken historici in Amsterdam.


Lees meer

Duitse keizer Wilhelm II was 'kolonialer' dan gedacht

Duitse keizer Wilhelm II was 'kolonialer' dan gedacht

Onderzoek naar persoonlijke spullen geeft een inkijkje in het koloniale wereldbeeld van de laatste Duitse keizer.


Lees meer

Graphic novels: herdenken in stripvorm

Graphic novels: herdenken in stripvorm

Aansprekende stripromans kunnen worden ingezet om een nieuwe generatie te vertellen over de oorlog. Interview met NIOD-onderzoeker Kees Ribbens.


Lees meer


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger