De Salon
Op bezoek bij de Ghettokids

Achtergrond - 28 maart 2007

“De Duitse samenleving heeft mij niet nodig en ik haar niet”. Susanne Korbmacher ziet veel jongeren met deze instelling en zij weigert zich hierbij neer te leggen. Via sociale projecten probeert zij de jongeren weer betekenis aan hun bestaan te geven. Een van deze projecten is de Salon. De Salon is een gelegenheid waar jongeren uit de probleemwijk Hasenbergl elke zaterdag heen kunnen gaan. Zo worden ze van de straat gehouden en leren ze respectvol met elkaar om te gaan. Na alles wat wij erover gehoord hebben, achtten wij het project zeker een bezoek waard.

door Jessica Koning

Om ervoor te zorgen dat iedereen voor elkaar en voor zichzelf leert te zorgen, dat ze respect hebben voor anderen en vriendelijk met elkaar omgaan, hebben bijna alle kinderen een taak. Twee van de meiden geven dansles, een van de jongens drum- en trommelles en een paar van de oudsten hebben de taak van jeugdleider gekregen. Mocht er een ruzie ontstaan dan komt altijd eerst de jeugdleider tussen beiden. Mocht dat niet helpen, dan komt Susanne eraan te pas.

Onze groep splitste zich op: het ene deel ging met Mutish mee leren trommelen en het andere deel ging met Adeline en Juliane sieraden maken. Ik deed aan de sieradencursus mee en het viel me meteen op dat de beide meisjes er heel erg graag mee bezig waren. Ze gingen helemaal op in wat ze maakten en vonden het ontzettend leuk om het ons te leren. Boeken en mappen met voorbeelden werden uit de kast gehaald en al snel kregen we de kneepjes onder de knie. Ondanks het taalverbod openende het gesprek zich met: “Kunnen jullie ons Nederlands leren?” en zo geschiedde. Na twee paar oorbellen af te hebben en de meiden wat Nederlands bij gebracht te hebben, gingen we naar beneden, naar de kelder. Waar de trommelles inmiddels was afgelopen en nu iedereen aan het tekenen was. De tafels waren bedekt met boeken en iedereen zat stil te tekenen.

De stilte werd onderbroken door Arabische muziek toen de buikdansles begon. Een aantal meiden van onze groep heeft zich al dansend flink uitgeleefd op de muziek en de muntjes aan de doeken om hun heupen flink laten rinkelen. Al snel deden we allemaal mee op de muziek, hetzij met een trommel, hetzij op de dansvloer.

Na ons te hebben uitgeleefd in de kelders was het tijd weer naar boven te gaan, waar het eten klaarstond. We mochten een bord spaghetti nemen net als alle kids en we konden meegenieten van de belevenissen die er openhartig werden verteld. Ze vertelden elkaar wat ze op school hadden beleefd, wat hun plannen voor het weekend waren en praatten met ons over de verschillen en overeenkomsten tussen Duitse en Nederlandse kinderen.

Daarop volgde een gesprek met Susanne waarin zij vertelde over de kinderen die daar rondliepen, wat ze hadden meegemaakt en waarom ze zo gestrand waren. Ze noemde openlijk alle namen en vertelde hoe het met die kinderen zat zonder ook maar iets onder stoelen of banken te steken. Ons werd openlijk verteld welke kinderen een crimineel verleden hadden en hoe hun leven was verbeterd sinds het Ghettokids-project. Tussen het gesprek door kwamen er steeds kinderen voorbij lopen, ze hadden toegang tot alle kamers en konden doen en laten wat ze wilden, zolang ze zich aan de huisregels hielden.

Een van de dingen die Susanne ‘haar’ kids probeert bij te brengen is zelfvertrouwen. De kinderen moeten leren voor zichzelf op te komen en zichzelf te presenteren. Zo kwam er onder het gesprek een klein jongetje langs die een sigaret kwam halen voor een van de ouderen. Dat zinde Susanne niet en ze onderbrak ons gesprek. “Laat jij je zo commanderen? Kom eens hier en zeg me na: Nee!”. Het jongetje schoot in de lach en giechelde “Nee.” Waarop Susanne antwoordde: “Zo gelooft niemand je. Nu zonder grijns op je gezicht.” Het kleine ventje deed netjes wat hem gezegd werd en ze deden het nog een paar keer opnieuw. “Goed zo, en nu ga je terug en zeg je tegen hem dat hij die sigaret zelf maar moet komen halen.” Dit is een van de vele voorbeelden van Susannes principes. Je behandelt elkaar als gelijken. Groot of klein, zwart of wit, iedereen is gelijk en niemand commandeert elkaar.

Na het gesprek vond Susanne het tijd voor een bezigheid die we met de hele groep konden doen. De radio ging aan en liedteksten werden verdeeld. De stad München kon tot diep in de nacht genieten van het nummer Vielleicht van Söhne Mannheims, dat onder leiding van Susanne werd ingestudeerd.

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger