Belasting

Belasting is een onderwerp dat in verkiezingstijd betrekkelijk eenzijdig wordt belicht door de politieke partijen en hun lijsttrekkers. Er wordt met name aandacht besteed aan de aspecten die retorisch goed bruikbaar zijn, dat wil zeggen aan belastingverlaging. Iedere politicus kan op de sympathie van de kiezer rekenen wanneer hij hem een verlaging van zijn verplichte afdracht in het vooruitzicht stelt. Deze strategie wordt dan ook dikwijls toegepast. Voor de inhoudelijke aspecten van het onderwerp bestaat doorgaans aanmerkelijk minder interesse. Belasting is een tamelijk abstract thema en spreekt daardoor weinig mensen aan. Paradoxaal is dit overigens wel: het financiële beleid van een regering bepaalt immers wat de mogelijkheden zijn op al die andere beleidsterreinen, waarvoor soms de meest uitbundige beloftes worden gedaan tijdens de verkiezingen.

Bündnis 90/ Die Grünen wil het hoogste tarief van de inkomensbelasting verlagen tot 42% en het laagste tot 15%. De belastingvrije voet moet worden verhoogd naar 7.664 euro. De Groenen zijn de enige partij die na de invoering van de volgende fase van de Ökosteuer, op 1 januari 2003, deze milieubelasting nog verder willen ontwikkelen.

CDU/CSU

De FDP wil het systeem van de inkomensbelasting sterk vereenvoudigen en de tarieven drastisch verlagen. Het belastingtarief voor inkomens tussen 7.500 en 15.000 euro moet 15% worden; voor inkomens tussen 15.000 en 40.000 euro 25% en voor inkomens hoger dan 40.000 euro 35%. Tot 7.500 euro moet een belastingvrije voet gelden. Deze tarieven moeten ook gehanteerd worden bij de vennootschapsbelasting. De bedrijfsbelasting en de Ökosteuer moeten worden afgeschaft. De successiebelasting moet niet worden verhoogd. Het staatsquotum moet worden teruggebracht tot eenderde van het bruto nationaal product.

PDS

De SPD wil de Steuerreform met vertraging alsnog ten uitvoer brengen. Zij wil in 2004 het hoogste tarief van de inkomensbelasting verlagen van 48,5% naar 47%, en het laagste tarief van 19,9% naar 17%. Bovendien moet de belastingvrije voet worden verhoogd naar 7.426 euro. Daarna moeten de ingangstarieven van de inkomensbelasting respectievelijk 42% en 15% worden, en wordt de grens van belastingvrije voet verhoogd naar 7.664 euro. Doel is het wegwerken van de staatsschuld voor 2006. Na de invoering van de volgende fase van de Ökosteuer, op 1 januari 2003, geen verdere milieubelastingen invoeren.