Duitslandweb logo Duitslandweb

‘Ik moest leren werkloos te zijn’
Angelika Nguyen blikt 25 jaar na de val van de Muur terug

Achtergrond - 3 juli 2014

Angelika Nguyen was 29 jaar toen de Muur viel. Na de euforie van de eerste dagen kwam de economische catastrofe. De filmmaakster raakte werkloos en had bij de eenwording het gevoel dat haar land, de DDR, haar werd afgenomen. Op Duitslandweb blikt ze 25 jaar later terug. “We kregen eigenlijk een spoedcursus kapitalisme.”

‘Ik moest leren werkloos te zijn’
© dpa/picture-alliance
Een Oost-Duitser neemt in West-Berlijn zijn 100 DM 'begroetingsgeld' in ontvangst

“Toen de Muur viel, lag ik in bed in mijn illegaal betrokken, zeer verwaarloosde oude woning in een kunstenaarsgemeenschap in Prenzlauerberg. Ik had een heel jong kind en was uitgeteld. Zo gaat dat nu eenmaal met jonge moeders.

Midden in de nacht belde mijn nicht uit West-Berlijn op en riep: ‘Mensen komen door de Brandenburger Tor!’ Ik dacht dat het oorlog was. Waarom kwamen mensen anders door de Brandenburger Tor?

Pas daarna drong tot me door wat er hand was, toen ze zei dat ook ik naar West-Berlijn kon komen. Natuurlijk ging ik niet meteen: ik had een kind dat sliep. Maar de volgende dag, direct nadat ik haar had afgeleverd bij de crèche, heb ik aan de andere zijde mijn nicht ontmoet. 

We hebben eerst inkopen gedaan en hebben toen bij haar thuis wat gepraat. Daarna ben ik nog wat gaan winkelen: je kreeg 100 D-Mark ‘begroetingsgeld’ waardoor mensen meteen gecorrumpeerd raakten. Ik kocht een ongelooflijk lelijke plastic olifant voor mijn dochter, waar ze nog best lang mee heeft gespeeld. 

Bedelaar

Het was…als een droom! Alles was anders: chiquer, veelkleurig. Het was een geheel andere wereld. Ook de mensen waren anders. En als inwoonster van Berlijn had ik altijd van West-Berlijn gedroomd. Ik was me heel erg bewust van het feit dat er nog een andere kant van de stad was. Nu kon ik erheen. Ik vond het allemaal heel opwindend. 

Een paar dagen later zag ik op de Kurfürstendamm voor het eerst van mijn leven een bedelaar. Ik was 29 jaar en ik kreeg een shock. Het choqueerde me dat er mensen waren die op straat woonden en dat anderen daar gewoon langs liepen. Wij kenden dat niet, dat naast elkaar leven van arm en rijk en dat mensen zich niet om elkaar bekommerden. Er was geen honger, geen grote armoede, geen kloof tussen arm en rijk. 

Voor mij was vooral belangrijk dat ik kon reizen. Ik ben opgegroeid in de wetenschap dat ik niet naar het Westen kon en dat was vreselijk. We voelden ons opgesloten, ingeperkt, provinciaals. We hadden een groot verlangen naar de wereld. We wilden nergens anders wonen, maar we wilden kunnen reizen. Dat was waar het me om ging. Ik wilde niet dat de DDR ineenstortte. 

Maar reizen, daar is geld voor nodig. We konden naar West-Berlijn en de rest van Duitsland, maar dat is niet reizen. We hadden nu dus de toestemming, maar niet de middelen. 

Compleet overhoop

Angelika Nguyen (Oost-Berlijn, 1961) is filmwetenschapper en auteur. Ze maakte bijvoorbeeld de film 'Bruderland ist abgebrannt' over Vietnamese immigranten in Berlijn en schrijft onder meer voor het linksliberale weekblad 'Der Freitag'. 

Ons leven werd compleet overhoop gehaald. In het begin vonden we dat, geloof ik, geweldig. De supermarkt ging op zaterdag dicht met de gebruikelijke Oostproducten en ging op maandag open met Westproducten, terwijl we gelijktijdig overgingen op de D-mark. Bont, chic, leuk. 

Maar na die euforie kwam de economische catastrofe. Het land stortte compleet ineen. Zodra de DDR producten uit het Westen ging consumeren, was er geen behoefte meer aan de dingen die wij zelf maakten. Onvoorstelbaar veel Oost-Duitsers raakten hun baan kwijt en hadden geen enkel perspectief meer. De mensen waren radeloos. En ook ik raakte mijn werk kwijt bij DEFA, de filmstudio van de staat. Maar er was geen staat meer en in het Westen hadden ze ook filmstudio’s. In 1990 stonden ook wij allemaal op straat.

Lange tijd dachten we dat de DDR alleen maar een beetje moest veranderen om voort te blijven bestaan. Maar op een bepaald moment werd duidelijk dat het Westen het Oosten op zou vreten. Zo was het ook. En wij wilden dat niet. We wisten wat kapitalisme was en wat daar dom aan was. Massawerkloosheid, geen sociale zekerheid in onze zin van het woord, daklozen, te weinig plek in de kinderopvang. Wij hadden onze eigen cultuur, ons eigen wereldbeeld, onze eigen interpretatie van gerechtigheid. Ik had het gevoel dat mijn land, mijn herkomst, me werd afgenomen. 

Spoedcursus kapitalisme

In die periode ben ik politiek actief geworden. We hebben in 1989 de Vereinigte Linke opgericht, een platform waarbinnen we linkse bewegingen verenigden. We probeerden de mensen duidelijk te maken dat de economie op instorten stond, dat we werkloos zouden worden, dat we alleen maar werden opgezogen. Dat het geen echte democratische verbintenis met het Westen zou zijn, maar bijna een Anschluss – zoals Oostenrijk bij nazi-Duitsland. 

Bij de eerste vrije verkiezingen in 1990 werd duidelijk dat de inwoners van de DDR niet links waren, maar rechts van het midden. Ze wilden de D-Mark, de televisie, het vrolijk gekleurde speelgoed, kauwgum, mars en coca-cola. We vonden dan ook weinig gehoor, maar desalniettemin is toch één iemand van ons in de Bondsdag gekomen. En hoewel na die verkiezingen duidelijk was dat de race gelopen was, zijn we toch doorgegaan. Uiteindelijk zijn we meer dan een jaar echt actief geweest. 

We kregen in die eerste periode na de hereniging eigenlijk een spoedcursus kapitalisme. We moesten leren wat rood staan was en hoe je daarmee om moest gaan. Hoe banken werkten. Mensen hadden plotseling schulden. Vroeger waren alle eerste levensbehoeften goedkoop: voedsel, boeken, kleren, toneel, de film, de tram. De huren waren laag, maar duurzame consumptiegoederen waren weer belachelijk duur: een auto voor 25.000 Ostmark, waar je dan ook nog eens twintig jaar op moest wachten. Nu waren de basics opeens duur, maar luxegoederen goedkoop. Je moest opnieuw met geld leren omgaan. En je moest werkloos leren zijn, en leren solliciteren. 

Gek genoeg ben ik voor die cursus met vlag en wimpel geslaagd. Ik heb het systeem op de een of andere manier in de vingers en ik consumeer vlijtig mee. Kapitalisme is een test om te zien hoe sterk iemand is - en kennelijk ben ik behoorlijk sterk. 

Etnisch divers

Ik sta absoluut kritisch tegenover de DDR. Er heerste een cultuur van privileges, er was geen democratie, fundamentele rechten bestonden niet. Je moet niet ontkennen wat er fout was, want dan gaat het weer verkeerd. En het land was echt wel op zijn einde: moreel, economisch, intellectueel, cultureel. 

Ik heb vroeger ook veel racisme ondervonden. Ik ben waarschijnlijk het enige gemixte kind uit Oost-Duitsland: mijn vader is Vietnamees en mijn moeder Duits. Ze was tolk toen ze elkaar ontmoetten in Hanoi. Ik werd uitgescholden en nageroepen, zowel op school als op straat. Nu is Berlijn, en vooral het westelijke deel, zo etnisch divers dat ik niet eens meer opval. Daar voel ik me stukken beter bij.

Ik zal ook een vuistdik dossier bij de Stasi hebben. De kunstenaarsgemeenschap waar ik toe behoorde, was van alle kanten geïnfiltreerd. 

Maar ik ben me zeer bewust van wat ik in het Oosten verworven heb aan cultuur. De DDR-literatuur is hoogstaand, en ik vind de kinderboeken ook beter. Niet zo gekunsteld en weinig realistisch als veel kinderboeken uit het Westen. Ze maken je bewust van de wereld om je heen. 

En hoewel we van buitenaf gezien natuurlijk opgesloten zaten, waren we op een bepaalde manier vrij. Mannen en vrouwen gingen gelijkwaardiger met elkaar om; ze konden zich economisch met elkaar meten omdat ze allemaal een opleiding hadden gevolgd en hun eigen geld verdienden. In het Westen had je toen nog die burgerlijke structuur waarbij vrouwen trouwden en vaak niet werkten. Ook toen ik moeder werd, was het vanzelfsprekend dat ik na een jaar gewoon weer mijn baan zou hervatten. Dat is een vorm van vrijheid. Er waren dingen die beter waren en dingen die slechter waren – aan beide kanten.”

Jetteke van Wijk is freelance journalist en werkte onder meer als Duitslandredacteur voor dagblad Trouw 

Reacties

Geen reacties aanwezig

Maximaal 500 tekens toegestaan

Lees meer over 'Geschiedenis':

Berlijn en Hamburg vind je ook in Suriname

Berlijn en Hamburg vind je ook in Suriname

Veel Duitsers wisten vanaf de 17e eeuw hun stempel te drukken op de Nederlandse kolonie Suriname. 'Ze waren graag geziene gasten.'


Lees meer

Een mondiale blik op de Duitse geschiedenis

Een mondiale blik op de Duitse geschiedenis

Wat levert het op als je de Duitse geschiedenis vanuit een mondiaal perspectief bestudeert? Daarover spraken historici in Amsterdam.


Lees meer

Duitse keizer Wilhelm II was 'kolonialer' dan gedacht

Duitse keizer Wilhelm II was 'kolonialer' dan gedacht

Onderzoek naar persoonlijke spullen geeft een inkijkje in het koloniale wereldbeeld van de laatste Duitse keizer.


Lees meer

Graphic novels: herdenken in stripvorm

Graphic novels: herdenken in stripvorm

Aansprekende stripromans kunnen worden ingezet om een nieuwe generatie te vertellen over de oorlog. Interview met NIOD-onderzoeker Kees Ribbens.


Lees meer


top
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Accepteer Weiger