Gelukkige Felix!
Column: Voor de klas
Columns - 7 januari 2019
- Auteur:
Iduna Paalman
‘Gelukkige Felix!’ stuurt een vriendin me op 1 januari om 00:32 uur.
Ik ben in Berlijn op een feestje bij vrienden thuis. In de gang hangt een rek met verkleedkleren, in de badkamer wordt geschminkt. Ik heb mezelf in een witglanzend broekpak gehesen, een Duits meisje met een knalroze pruik heeft vier regenbogen op mijn gezicht getekend. Ik ben me net aan het afvragen of ik niet eigenlijk te oud ben voor dit soort toeren, of hoe het anders komt dat ik niet helemaal in de stemming ben, als ik het berichtje krijg.
Gelukkige Felix? Wat bedoelt ze in hemelsnaam?
‘Dankjewel,’ schrijf ik terug, en daarna bij wijze van grap: ‘maar er is hier geen Felix! Wel een Thomas, een Chris, een Björn…?’
De vriendin reageert niet meer en veel tijd om erover na te denken krijg ik niet, want er moet Blei gegossen worden. In de keuken worden stukjes lood in lepels gelegd en boven lange kaarsen tot loeihete papjes gesmolten. Daarna wordt de smurrie in een pan koud water gegoten, waarna plukjes mensen zich gebiologeerd over de hard geworden vormpjes lood buigen die weer uit het water worden gevist.
Er wordt volop geassocieerd. "Een paard met een Pokémon erbovenop!", roept iemand. "Een toren met armen! Nee, dit is een beer met overgewicht en een jerrycan benzine!"
De man die de leiding heeft over het loodgieten trekt me erbij. "Wil je je toekomst weten?", vraagt hij. Hij neemt een slok Rotkäppchen, goedkope sekt, dat drinken ze hier allemaal.
"Ik ben reuzebenieuwd", zeg ik. Ik krijg een lepel heet lood in mijn handen, giet het in de pan water en schraap het gestolde stukje metaal van de bodem.
"Een druppel met een handvat", legt de man uit terwijl hij naar mijn creatie kijkt. "Je zult in het komende jaar veel tranen vergieten, maar je weet jezelf weer te herpakken." Stralend kijkt hij me aan. "Lood liegt nooit. Succes ermee!"
Net als ik wat terneergeslagen met mijn looddruppel-met-handvat in een hoekje van de woonkamer ben gaan zitten, trilt mijn telefoon. Een berichtje van de vriendin: ‘Je bent toch in Berlijn?’
‘Ja?’, stuur ik terug.
‘Daar zeggen ze met oud en nieuw 'gelukkige Felix' toch?’
‘Eh’, stuur ik, ‘nee? Niet dat ik weet?’ Ik graaf diep in mijn geheugen, of ik in de jaren dat ik Duits studeerde, of in de maanden dat ik in Duitsland woonde, misschien iets gemist heb. Maar ik heb net tijdens de jaarwisseling geen mens ‘gelukkige Felix’ horen zeggen.
De vriendin gaat offline. Ik blijf weer in verwarring achter.
Dan, na een paar minuten, stuurt ze een plaatje door. Het zijn Felix en Sylvester, twee tekenfilmfiguren. Er begint me iets te dagen. Oud en nieuw wordt in Duitsland Silvester genoemd. Ik begin te typen maar krijg al bericht van haar.
‘SILVESTER,’ schrijft ze. ‘HAHAHAHA, ik bedoelde Silvester! Mijn geheugen is een draaikolk. Dit komt ervan als je wild gaat associëren met bubbels op. Nooit doen. Een heeeel gelukkige Silvester!!!’
Lees meer over 'Duitse taal':
Mythes en misverstanden over talenstudies
Moet je per se leraar worden na een talenstudie? Germanist Trixie Hölsgens beantwoordt deze en andere vragen over talenstudies.
'De Duitse taal is mijn gereedschap'
Omdat het 10 oktober de Dag van de Duitse Taal is, spraken we vertalers Lotte Hammond en Ralph Aarnout over hun vak.
Een problematische beer
De Duitse minister Paus wordt voor 'Problembär' uitgemaakt, las columniste Inge Jooris in de Duitse media. Zijn haar dagen als minister geteld?
Vechten als ketellappers
De Duitse regering heeft zo veel ruzie, het lijkt wel een bende 'Kesselflicker', zei een van de ministers. Columniste Inge Jooris legt uit wat hij bedoelt.
Reacties
Geen reacties aanwezig