Het vreemde
Column: Voor de klas
Columns - 3 oktober 2019
- Auteur:
Iduna Paalman
Soms besef ik ineens: duizenden leerlingen krijgen dagelijks Duitse les, maar van al die kinderen zijn er maar weinig in Duitsland geweest. Echt in Duitsland geweest bedoel ik, niet alleen over de Autobahn op doorreis naar Italië of een wintersportoord.
Ik verwachtte dan ook gejuich en applaus, toen ik leerlingen vertelde dat we een dag met elkaar naar Osnabrück zouden gaan. Ik vergiste me.
“Osnabrück?”
“Moeten we dan Duits praten?”
“Haha nee toch?”
“Dat ga ik dus echt niet doen.”
“Hebben ze daar McDonalds?”
Het werd alleen maar erger toen, geheel volgens instructie, de Duitse leerlingen van onze Partnerschule per mail en via Instagram contact zochten met onze Nederlandse leerlingen.
“Ik heb een bericht gekregen van ene Mia,” zei een leerling aan het begin van mijn les, met een stem die paniekerig was maar spottend klonk. “Ze wil weten wat mijn hobby’s zijn, hahahaha.”
“Antwoord gewoon in het Engels joh,” adviseerde een klasgenoot.
Heel even vond ik het geen goed idee meer, deze onderneming, maar in de bus naar Osnabrück herinnerde een collega me aan het nut hiervan. “Allemaal houding, allemaal angst voor het vreemde. Terwijl: een vreemde taal leren is kennismaken met het vreemde. Als ze in Nederland in hun lokaal blijven zitten, gebeurt dat niet.”
In Osnabrück werden we, in het kader van de Partnerschaft, ontvangen door de burgemeester. Dat maakte een beetje indruk. Daarna beklommen we een kerk met een omgang met een panoramaview. Dat maakte een beetje indruk. Een leerling gooide een leeg blikje frisdrank naar beneden, ik werd daar boos om. Dat maakte een beetje indruk.
Toen bezochten we de Partnerschule. De Duitse leerlingen stonden op het schoolplein klaar met naambordjes, alsof we van een vliegveld werden gehaald. Een Nederlandse jongen zei nog: “Whatever ik ga echt niet met ze praten,” maar werd een seconde later door een hartelijke Duitse jongen op de schouders geslagen. Na een paar minuten waren de Duits-Nederlandse duo’s gemaakt, stroomden de leerlingen de school in en startten de rondleidingen en de Austausch.
‘Nu begint de echte Duitse les,’ zei mijn collega tevreden. Ik kon aan zijn gezicht zien dat hij erg toe was aan Kaffee en Kuchen.
Lees meer over 'Duitse taal':
Mythes en misverstanden over talenstudies
Moet je per se leraar worden na een talenstudie? Germanist Trixie Hölsgens beantwoordt deze en andere vragen over talenstudies.
'De Duitse taal is mijn gereedschap'
Omdat het 10 oktober de Dag van de Duitse Taal is, spraken we vertalers Lotte Hammond en Ralph Aarnout over hun vak.
Een problematische beer
De Duitse minister Paus wordt voor 'Problembär' uitgemaakt, las columniste Inge Jooris in de Duitse media. Zijn haar dagen als minister geteld?
Vechten als ketellappers
De Duitse regering heeft zo veel ruzie, het lijkt wel een bende 'Kesselflicker', zei een van de ministers. Columniste Inge Jooris legt uit wat hij bedoelt.
Reacties
En na afloop was er zeker iets veranderd: een meer levendige voorstelling van taal en cultuur, overwonnen angstjes, geleerd hoe je in het proces van een vreemde taal leren jezelf en je remmingen serieus neemt maar niet ál te serieus...
En na het bezoek was er zeker iets veranderd: een meer levendige voorstelling van taal en cultuur, overwonnen angstjes, geleerd hoe je in het proces van een vreemde taal leren jezelf en je remmingen serieus neemt maar niet ál te serieus...
Ik ben inderdaad benieuwd of het enig verschil heeft gemaakt. Nu heb ik een erg onbevredigend gevoel, waarin het verhaal stopt bij in mijn ogen schokkend ongeïnteresseerde leerlingen. Hopelijk zijn ze toch Duits gaan praten nadat ze de medescholieren in Duitsland ontmoet hebben. Zo niet, dan zou dat toch echt getuigen van typisch onbeschoft Nederlands gedrag. Sorry, maar ik vraag me echt af hoe het in Nederland met onze leerlingen zo ver heeft kunnen komen.
Na afloop bleken een boel leerlingen over hun angsten (en hun in nonchalance en onbeschoftheid verpakte angsten) heen te zijn gestapt, gelukkig. De leerlingen vonden het leerzaam, en leuker dan gedacht. Wat maar weer bewees dat de terughoudende en soms afwerende houding van kinderen t.o.v. een onbekend land/onbekende taal geen reden is om het niet áán te gaan, wat mij betreft :)
Danke! Wat was je eigen vraag, Iduna? Je wens, je angst, je behoefte, om zo een uitwisseling op gang te brengen, te doen en ook af te sluiten? En; na het bezoek: is er iets veranderd, bv.meer zin in Duits leren? Meer begrip waarom zij het (moeten) leren, meer vragen, meer nieuwsgierigheid?
En na afloop was er zeker iets veranderd: een meer levendige voorstelling van taal en cultuur, overwonnen angstjes, geleerd hoe je in het proces van een vreemde taal leren jezelf en je remmingen serieus neemt maar niet ál te serieus...
Mijn eigen vraag was eigenlijk een overzichtelijke en kleine: kan het in één dag gebeuren, die angsten om 'het vreemde' te ontmoeten overwinnen? Lessen in moderne vreemde talen zijn in ons onderwijs zoveel 'droog zwemmen' wat mij betreft - onze behoefte was om eens het water in te gaan. En daarbij is het voor ons als begeleiders denk ik de uitdaging geweest de angsten van de leerlingen wel te zien (zoals ik gepoogd heb in het stuk duidelijk te maken), maar er niet ál te zwaar aan te tillen.